In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 5 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Drugs
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik kan gevolgen van drugs op korte termijn en op lange termijn noemen.
Slide 2 - Tekstslide
Schrijf er 5 op
timer
1:00
Welke soorten genotsmiddelen (=drugs) ken je allemaal?
Slide 3 - Woordweb
Welke genotmiddelen (drugs) ken je allemaal?
Genotmiddel = product waardoor je je lekker gaat voelen.
Voorbeelden:
- alcohol - chocola en suiker
- sigaretten - cocaine
- wiet - heroine
- xtc
- lachgas
- koffie
Slide 4 - Tekstslide
Drugs hebben invloed op je hersenen.
Drugs hebben invloed op de manier hoe je de wereld waarneemt.
Ze kunnen:
Een verdovend effect hebben zoals alcohol, heroïne, GHB en hasj
Opwekkend zijn zoals tabak, XTC, speed, cocaïne
Bewustzijnveranderend zijn zoals LSD, paddo’s, hasj en wiet.
Slide 5 - Tekstslide
Gebruik van lachgas
De afgelopen jaren gebruiken steeds meer jongeren en jongvolwassenen lachgas als een roesmiddel.
Het middel wordt dan ingeademd uit een ballon gevuld met lachgas uit slagroompatronen. Deze patronen zijn eigenlijk bedoeld als drijfgas om er slagroom uit een cilinder mee te kunnen spuiten.
Wat zouden de gevolgen kunnen zijn?
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
0
Slide 8 - Video
Alcohol
Alcohol wordt in het bloed opgenomen
De snelheid van het opnemen van alcohol kan sterk verschillen
Alcohol beïnvloedt organen, je zintuigen en je zenuwstelsel
Slide 9 - Tekstslide
Effecten van alcohol
Kortetermijneffecten:
Overgeven
Kater
Bewusteloos of in coma
Alcoholvergiftiging
Slide 10 - Tekstslide
Effecten van alcohol
Langetermijneffecten:
Verstoort de ontwikkeling van de hersenen
Geheugen kan verdwijnen
Beschadigt de lever, hersenen, maag en hart
Dik maker
Slide 11 - Tekstslide
Psychose
Je weet niet meer wat echt is en wat niet.
Je kan een psychose krijgen door het gebruiken van drugs.