In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Onderwerp + kernboodschap eigen speech
Slide 1 - Open vraag
Argumentatie
Eugène Sutorius (professor strafrecht)
Als we denken dat we het met alleen de argumenten wel halen, komen we van een koude kermis thuis.
“Niet meer dan 50% van beslissingen in de rechtszaal berust slechts op argumentatie”
Slide 2 - Tekstslide
Retorica van Aristoteles
Argumenteren zelf is een talige bezigheid, maar om te overtuigen is vaak meer nodig dan alleen een goed argument. Binnen de argumentatieleer richt de retorische leer zich op de kunst van de welsprekendheid of het overtuigen. Aristoteles verstaat onder ‘retorica’ de “vaardigheid om geschikte overtuigingsmiddelen te vinden om in een redevoering te gebruiken” (bron [1] p. 49).
Drie overtuigingsmiddelen
- ethos
- pathos
- logos
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Ethos
Ethos is direct of indirect verwijzen naar de eigen kwaliteiten van de spreker, of van een andere autoriteit. Ethos is volgens Aristoteles het sterkste overtuigingsmiddel: “een publiek dat vertrouwen heeft in de spreker zal geneigd zijn diens standpunt te aanvaarden”. Als een spreker zijn taalgebruik aanpast aan het publiek dat hij voor zich heeft, houdt de spreker rekening met de ethos. Het gebruiken van bekendheden in reclamecampagnes kan ook als typisch voorbeeld worden gezien.
Slide 5 - Tekstslide
Ethos
(Hoe je niet helemaal te kijken!)
Robert Kennedy over de dood van Martin Luther King Best man speech (Four weddings and a funeral)
- binding met het onderwerp - zelfrelativering maakt je sympathiek
- ik ben een van jullie (gedeeld doel met publiek) - begrip tonen en complimenten geven
Het publiek moet jou als persoon gaan vertrouwen
Slide 6 - Tekstslide
Pathos
Pathos is inspelen op de emoties van het publiek. De “I have a dream”-speech van Martin Luther King is een prachtig voorbeeld van sterk gebruik van pathos, maar ook wervingscampagnes waarop zielige kinderen of stervende dieren zijn te zien vallen onder het gebruik maken van dit overtuigingsmiddel. Als we dit verder doortrekken kunnen we ook reclamecampagnes die ons het gevoel geven dat we ergens bij moeten horen onder pathos scharen.
Slide 7 - Tekstslide
Pathos
Mad Men 'The carousel'
Spreek de emoties van je publiek aan
Slide 8 - Tekstslide
Logos
Logos is overtuigen door middel van argumenten, waarbij de logica van groot belang is. Waar pathos een beroep doet op het hart, doet logos een beroep op het hoofd. Alle logische gevolgtrekkingen vallen hieronder.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Van welk retorisch middel wordt er gebruik gemaakt?
A
Ethos
B
Pathos
C
Logos
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Van welk retorisch middel wordt er gebruik gemaakt?
A
Ethos
B
Pathos
C
Logos
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Van welk retorisch middel wordt er gebruik gemaakt?
A
Ethos
B
Pathos
C
Logos
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Van welk retorisch middel wordt er gebruik gemaakt?
A
Ethos
B
Pathos
C
Logos
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Van welk retorisch middel wordt er gebruik gemaakt?
A
Ethos
B
Pathos
C
Logos
Slide 19 - Quizvraag
Opdracht voor volgende les:
Hoe ga je ethos, pathos en logos in je speech verwerken?
ethos: het publiek moet jou als persoon gaan vertrouwen
pathos: spreek de emoties van je publiek aan
logos: overtuig je publiek met goede/ logische argumenten