5.1 Genotype en Fenotype

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 5.1
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 5.1
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
We gaan starten met het nieuwe hoofdstuk

Huiswerk controle


Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- kun je benoemen dat alle cellen van je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten 
- kun je omschrijven wat het genotype en het fenotype zijn

Leergebied overstijgende doelen:
Plannen en organiseren
- Neem in je agenda op wat je de komende week moet leren
- Pas je planning aan (indien nodig) voor de andere helft van de week

Slide 3 - Tekstslide

3. Mini-check
Verdiept arrangement (gemiddeld een 8 of hoger): Bregje.
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 106 t/m 108

De rest doet mee met de mini-check!

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn chromosomen?

Slide 5 - Open vraag

De cellen waaruit je lichaam is opgebouwd, heten:
A
DNA
B
Chromosomen
C
Erfelijke
D
Lichaamscellen

Slide 6 - Quizvraag

Alle zichtbaren eigenschappen van iemand, noem je het:
A
Fenotype
B
Genotype

Slide 7 - Quizvraag

De informatie van alle genen samen, noem je:
A
Genotype
B
Fenotype

Slide 8 - Quizvraag

Wie maakt wat
Had je 3/4 vragen van de mini-check goed, dan maak je  zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 106 t/m 108

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 9 - Tekstslide

4. Instructie
De cellen waaruit je lichaam is opgebouwd, noem je lichaamscellen. Elke celkern van elke lichaamscel bevat 46 chromosomen. Chromosomen zijn lange, dunne draden in de celkern. Ze bestaan uit de stof DNA. Deze stof is gebouwd als een soort wenteltrap. In het DNA is de informatie opgeslagen voor je erfelijke eigenschappen. 

Slide 10 - Tekstslide

Verschillende manieren:
- Anticonceptiestaafje (implanon): ongeveer twee keer zo groot als een lucifer en wordt onder de huid in de bovenarm aangebracht. Elke dag geeft het staafje een kleine hoeveelheid hormonen af aan het lichaam. Het staafje kan 3 jaar blijven zitten. 
- Spiraaltje: wordt door een arts in de baarmoeder ingebracht. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maken we samen opdracht 1 en 2!

Slide 13 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 106 t/m 108




Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de inzichtsvragen op blz 108 t/m 111
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

7. Evaluatie 
Hoe ging de les?
Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?
Heb je nog ergens vragen over? 

- kun je benoemen dat alle cellen van je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten?
- kun je omschrijven wat het genotype en het fenotype zijn?




Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk 
Maandag 27 maart
5.1 opdracht 1 t/m 4
Toetsen 

Slide 16 - Tekstslide