Lessenserie debat

Lessenserie debat
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 240 min

Onderdelen in deze les

Lessenserie debat

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Leerdoel les 1: Je kent de begrippen rondom een debat en kunt deze uitleggen
  • Leerdoel les 2: Je kunt argumenten bedenken bij een stelling en deze beoordelen
  • Leerdoel les 3: Je kunt een monoloog houden met de belangrijkste argumenten
  • Leerdoel les 4: Je hebt een deelgenomen aan een debat

Slide 2 - Tekstslide

Les 1
Je kent de begrippen rondom een debat en kunt deze uitleggen

Slide 3 - Tekstslide

Bekijk de volgende 3 video's geef daarna antwoord op de vraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een debat?

Slide 5 - Open vraag

Debat

Slide 6 - Woordweb

Theorie
Debat : Een argumentatie wedstrijd tussen voor- en tegenstanders van een stelling. Er kan een winnaar gekozen worden, maar dat is niet noodzakelijk
Stelling: Onderwerp van een debat, geformuleerd als feit
Argument: een "feit" waarmee je de stelling bevestigd of ontkent
Onderbouwing: "Feiten" om een argument sterker te maken
Mening: Wat iemand vindt over/van een bepaald onderwerp

Slide 7 - Tekstslide

Wat is dit? Het huidige sociaal-economische systeem, gebaseerd op kapitalisme, heeft de kloof tussen arm en rijk vergroot en heeft geleid tot sociale ongelijkheid.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 8 - Quizvraag

Wat is dit?
Het verdwijnen van de grenzen in Europa kan bijdragen aan een grotere economische integratie.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 9 - Quizvraag

Wat is dit?
Daarnaast kan het verdwijnen van grenzen ook helpen om onderlinge verschillen en vooroordelen te verminderen en een gevoel van Europese gemeenschappelijkheid te bevorderen.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 10 - Quizvraag

Wat is dit?
Het invoeren van een basisinkomen voor alle burgers kan helpen om armoede te verminderen en de economische onzekerheid te verminderen.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 11 - Quizvraag

Wat is dit?
Ik vind het eerlijk als iedere burger van Nederland een bepaald bedrag per maand gestort krijgt om van te leven. Zo stimuleer je mensen om werk te doen waar ze vrolijk van worden.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 12 - Quizvraag

Wat is dit?
Een basisinkomen kan hoge kosten met zich mee brengen voor de overheid en mogelijk leiden tot hogere belastingen.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 13 - Quizvraag

Wat is dit?
Het huidige sociaal-economische systeem, gebaseerd op kapitalisme, heeft de kloof tussen arm en rijk vergroot en heeft geleid tot sociale ongelijkheid.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 14 - Quizvraag

Wat is dit?
Het is onzin dat we minder vee nodig hebben, want nu wordt ook al het vlees verkocht.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 15 - Quizvraag

Wat is dit?
Als er minder dieren worden gehouden, kan er meer land worden gebruikt voor gewassen, wat de efficiëntie van de landbouw kan verbeteren.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 16 - Quizvraag

Wat is dit?
Het streven naar wereldwijde samenwerking en het bevorderen van vreedzame oplossingen voor conflicten is essentieel voor een stabiele en vreedzame wereldorde.
A
Stelling
B
Argument
C
Mening
D
Onderbouwing

Slide 17 - Quizvraag

Samenvatting
  • Je weet wat een debat is
  • Je weet wat de begrippen stelling, argument, mening en onderbouwing betekenen en kunt deze onderscheiden. 

Slide 18 - Tekstslide

Les 2
Je kunt argumenten bedenken bij een stelling en deze beoordelen

Slide 19 - Tekstslide

Welke afbeelding hoort bij welk begrip?
Mening
Argument
Onderbouwing
Debat

Slide 20 - Sleepvraag

Argumenten

Slide 21 - Tekstslide

Welk soort argument vind jij het meest betrouwbaar?
Feiten
Wetenschap
Nut
Gezag/autoriteit
Normen en waarden
Vermoedens
Geloofsovertuiging

Slide 22 - Poll

Soorten argumenten
Feiten 
- Je kunt het controleren, het hoeft dus niet te kloppen!
Deze telefoon kost 375 euro, wat erg goedkoop is.
Onderzoek
Energiedrankjes moeten verboden want uit onderzoek blijkt energiedrankjes hartritme- stoornissen veroorzaken bij jongeren.
Normen en waarden 
Je rijdt toch niet door rood als je ziet dat er kinderen oversteken.
Vermoedens
Jan gaat de opleiding niet halen, ik kan me niet voorstellen dat je voldoendes haalt als je er nooit bent.

Slide 23 - Tekstslide

Soorten argumenten
Geloof of overtuiging
Ik, als christen, vind dat we het beste in de mens moeten zien en elkaar waar nodig en mogelijk moeten helpen. 
Gezag of autoriteit
Mijn tandarts raadt mij aan om met een ecologische tandenbortsel mijn tanden te poetsen, want dat is goed voor de natuur en mijn tanden.
Nut
Het is heel handig om veel mensen te hebben als er oorlog uitbreekt, dan hoeven we geen soldaten midden in het oorlogsgeweld te trainen

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht
Bedenk (in tweetallen) 7 argumenten, van elk soort 1, die passen bij de stelling:

"Nederland moet de actieve dienstplicht herinvoeren"

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht
Zoek (in tweetallen) 7 argumenten, van elk soort 1, die passen bij de stelling:

"Nederland moet de actieve dienstplicht herinvoeren"

Slide 26 - Tekstslide

Opdracht
Vraag (in tweetallen) aan ChatGPT 7 argumenten, van elk soort 1, die passen bij de stelling:

"Nederland moet de actieve dienstplicht herinvoeren"

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht
"Nederland moet de actieve dienstplicht herinvoeren"

Je hebt 21 argumenten bij de stelling. Vergelijk de argumenten kies bij elke soort de beste volgens jullie

Slide 28 - Tekstslide

Wat was het beste argument op basis van feiten?

Slide 29 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van nut?

Slide 30 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van wetenschap?

Slide 31 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van geloof?

Slide 32 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van vermoedens?

Slide 33 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van normen en waarden?

Slide 34 - Open vraag

Wat was het beste argument op basis van gezag/autoriteit?

Slide 35 - Open vraag

Samenvatting
Je weet nu welke soorten argumenten er zijn
Je kunt uitleggen waarom je het ene argument beter vindt dan een ander
Je weet hoe je aan argumenten kunt komen

Slide 36 - Tekstslide

Les 3
Je kunt een monoloog houden met de belangrijkste argumenten

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Monoloog en functie debat
Monoloog
- Betoog van 1 persoon
Een debat opent vaak met een monoloog waarin de 3 belangrijkste argumenten genoemd worden. 

Zowel voor als tegen kan een monoloog houden, er kan ook gekozen worden of een van beide een monoloog te laten houden en direct over te gaan op reageren. 

Slide 39 - Tekstslide

Opdracht
1. Verdeel de klas in 4 teams
2. Schrijf een monoloog, wees duidelijk voor of tegen, gebruik de stellingen uit les 2
3. Oefen met presenteren

Slide 40 - Tekstslide

Presenteren
Met een name wheel kies ik uit elke groep 1 spreken
Deze spreker houdt het monoloog
Elk groepje noteert 3 tops en 2 tips

Slide 41 - Tekstslide

Samenvatting
Je weet wat een monoloog is
Je weet wat de functie van een monoloog is in een debat
Je hebt een monoloog gehouden, of je hebt ervaren hoe je die kan houden

Slide 42 - Tekstslide

Les 4
Je hebt een deelgenomen aan een debat

Slide 43 - Tekstslide

Voorbereiden
Kies voor of tegen
Je hebt 15 minuten om zoveel mogelijk argumenten te zoeken bij de stelling

"De beste leraren moeten worden overgeplaatst naar de slechtste scholen"

Slide 44 - Tekstslide

Debat
Regels:
  • Wil je iets zeggen, dan ga je staan
  • Iedereen komt aan het woord
  • Je mag reageren of een nieuw argument inbrengen
  • Blijf respectvol!

Slide 45 - Tekstslide