M7_§7.1 Koolwaterstoffen
1 / 29
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welk type bindingen kennen we?
Slide 4 - Woordweb
Moleculaire stoffen zijn opgebouwd uit:
A
metalen én niet-metalen
B
ionen
C
niet-metalen
D
metalen
Slide 5 - Quizvraag
Wat verstaan we onder Elektronegativiteit?
Slide 6 - Open vraag
Wanneer is een molecuul polair?
Slide 7 - Open vraag
Hoe geven we een polair deel van een molecuul aan?
A
Met een grote D
B
Met een kleine d
C
Met een D+ of een D-
D
Met een d+ of een d-
Slide 8 - Quizvraag
In een ion-binding mag je de binding als een streepje weergeven.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quizvraag
In een atoombinding liggen de elektronen van de binding in het midden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quizvraag
Een ion-binding ontstaat doordat het negatieve ion en het positieve ion zich tot elkaar aangetrokken voelen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Metaal atomen worden altijd positieve ionen
A
Ja, want ze nemen graag een elektron op ivm lage elektronegativiteit
B
Ja, want ze staan makkelijk hun elektron af ivm lage elektronegativiteit
C
Ja, want ze nemen graag een elektron op ivm hoge elektronegativiteit
D
Ja, want ze staan graag hun elektron af ivm hoge elektronegativiteit
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
A
