1.2 Steden, netwerken en bestuurders - 3

Laatste lessen voor de toetsweek

  • Economie en positie van de steden in de late middeleeuwen
  • De rol van de steden in de Tachtigjarige Oorlog
  • Donderdag: quiz! Dus zorg dat je al geleerd hebt :)
  • Tijd voor leren, opdrachten maken en vragen stellen  
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Laatste lessen voor de toetsweek

  • Economie en positie van de steden in de late middeleeuwen
  • De rol van de steden in de Tachtigjarige Oorlog
  • Donderdag: quiz! Dus zorg dat je al geleerd hebt :)
  • Tijd voor leren, opdrachten maken en vragen stellen  

Slide 1 - Tekstslide

Weet je dit nog?

Slide 2 - Tekstslide


Opkomst steden was gunstig voor:
A
Horigen: in steden waren zij na een jaar en een dag vrij!
B
Adel: zo konden zij meer belasting innen.
C
Koning: kom meer macht over deze steden krijgen
D
Geestelijken: in steden konden zij hun producten verkopen.

Slide 3 - Quizvraag


Atrecht werd mede een financieel centrum door:
A
de handel in zijde en katoen.
B
de winstgevende leningen die ze aan koningen en edelen verstrekte.
C
het innen van tolgelden aan buitenlandse kooplieden.
D
zowel A, B als C

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Met "burgers" in de middeleeuwen bedoelen we
A
De derde stand
B
boeren en inwoners van steden
C
alle boeren
D
inwoners van de steden

Slide 9 - Quizvraag

Welke twee provincies vormden in de 14e en 15e eeuw het economische zwaartepunt van de Nederlanden?
A
Holland en Zeeland
B
Drenthe en Groningen
C
Vlaanderen en Holland
D
Vlaanderen en Brabant

Slide 10 - Quizvraag

Geert Grote

Slide 11 - Woordweb

Wat was het belangrijkste kenmerk van de moderne devotie
A
nadruk op individuele verantwoordelijkheid
B
de kerk en geestelijkheid bepaald goed en kwaad
C
wilden zich afscheiden van katholicisme
D
eerste protestantse geloof van NL

Slide 12 - Quizvraag

Brugge

Slide 13 - Tekstslide

Brugge
  • Brugge had een heel belangrijk achterland
  • In Brugge werden veel producten verhandeld, vooral textiel
  • Rond 1300 was de positie van Brugge het sterkste 
  • In 14e en 15e eeuw nam de belangrijkheid van Brugge af

Slide 14 - Tekstslide

Antwerpen
  • Lag aan de Schelde, had dus betere verbindingen met het Europese achterland dan Brugge
  • Zeeschepen konden hier komen
  • Rijn en Maas
  • Antwerpen heeft nog land een 'bijrol' gespeeld in de economie van de Nederlanden

Slide 15 - Tekstslide

1477: Bourgondische rijk valt uiteen
- Bourgondische Nederlanden vallen nu onder het Habsburgse huis
- Oorlog tussen prins van Oostenrijk Maximiliaan en de rijke steden van de Nederlanden die onafhankelijkheid terug wilden
- Maximiliaan laat Burgse haven blokkeren --> einde gouden eeuw van Brugge, belang Antwerpen nam hierdoor sterk toe

Slide 16 - Tekstslide

Antwerpen
  • Rond 1500 nam Antwerpen de positie van Brugge over
  • In de 16e eeuw werd Antwerpen de rijkste en belangrijskte handelsstad van Europa 

Slide 17 - Tekstslide

Amsterdam en Holland

Slide 18 - Tekstslide

waardoor ontwikkelden de Hollanders zich in de 14e en 15e eeuw tot hele goede scheepsbouwers en -vaarders?
A
Ze kregen kolonies in Azië
B
Ze moesten hun graan uit het Oostzeegebied halen
C
De bodem in Holland was te nat voor graanteelt

Slide 19 - Quizvraag

Amsterdam en Holland
  • Amsterdam specialiseerde zich steeds verder in de graanhandel overzee in Oost-Europa
  • Begon ook andere grote steden te voorzien van graan
  • Werd op den duur een belangrijke voorhaven voor Antwerpen

Slide 20 - Tekstslide

Naar de Republiek
- Kleinzoon van Maximiliaan van Oostenrijk was Karel V
- Ging door met de centralisatiepolitiek in de Nederlanden
- Veroverde alle 17 Nederlandse gewesten. die vielen nu voor het eerst onder 1 vorst!

Slide 21 - Tekstslide

Naar de Republiek

- De zoon van Karel V, Filips II zet deze centralisatiepolitiek voort
- Hij trad o.a. hard op tegen de protestantse stromingen (want dat ging centralisatie tegen) 
- Leidde uiteindelijk tot de Nederlandse Opstand in 1568

Slide 22 - Tekstslide

Tachtigjarige Oorlog
  • Onder leiding van Willem van Oranje
  • Tegen het Spaanse gezag
  • Werd een oorlog om steden: steden moesten veroverd worden om de macht in een gebied te houden, veel steden sloten zich aan bij de Opstand
  • 1579: Unie van Atrecht: enkele zuidelijke gewesten sloten zich aan bij de Spanjaarden
  • 1584: Ieper, Brugge, Gent komen in Spaanse handen

Slide 23 - Tekstslide

Tachtigjarige Oorlog
  • Antwerpen kwam in handen van de Spanjaarden. deze stad werd door de opstandelingen vervolgens afgesloten van de belangrijkste vaarwegen (Westerschelde) en was zo veel minder bruikbaar als handelsstad. 
  • Dit leidde er uiteindelijk toe dat Amsterdam de belangrijkste handelsstad van de Nederlanden zou worden
  • 1588: Noordelijke gewesten stichten de Republiek.

Slide 24 - Tekstslide

Vragen over de stof?

Slide 25 - Open vraag

Maak de volgende vragen:
9, 10, 12, 17
Klaar? --> 16 en 18, leren voor de toets

Slide 26 - Tekstslide

9A: Beschrijf met brongegevens de gevolgen van het Spaanse optreden op de emigratie uit Antwerpen
B: Noem twee soorten motieven van emigranten

Slide 27 - Open vraag

10. Leg uit hoe de bron past bij de kenmerkende aspecten:
- de protestantse Reformatie die de splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had en
- het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat

Slide 28 - Open vraag

12. Noteer de nummers (1-6) van de zes feiten in volgorde van vroeger naar later:

Slide 29 - Open vraag

17. Vergelijk de bron met de paragraaftekst. Noem een opvallend verschil en geef er een verklaring voor.

Slide 30 - Open vraag