Start by putting your books on the table and reading your reading book , no reading book, please report it and start copying the pages of irregular verbs (120,121). Start getting chromebooks.
timer
10:00
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
2M week 20 les 1
Start by putting your books on the table and reading your reading book , no reading book, please report it and start copying the pages of irregular verbs (120,121). Start getting chromebooks.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Last lesson
We did part of lesson 1. You learned about the plural.
Slide 2 - Tekstslide
Pural
Slide 3 - Woordweb
Grammar
Much/ many
Slide 4 - Tekstslide
Much and many
What do these words mean?
Slide 5 - Tekstslide
Much and many
What do these words mean?
Much + many betekenen beide 'veel' Much gebruik je als je het woord dat erna komt NIET kan tellen. Many gebruik je als je het woord dat erna komt WEL kan tellen.
Slide 6 - Tekstslide
Het gaat erom of je het woord kan tellen!
Slide 7 - Tekstslide
Welke woorden hieronder kan je tellen? Er zijn er twee goed!
A
Grapefruit
B
Knowledge
C
Water
D
Bottle
Slide 8 - Quizvraag
Welke woorden hieronder kan je niet tellen? Er zijn er twee goed!
A
Money
B
Sand
C
Dollar
D
Face mask
Slide 9 - Quizvraag
Much:
Woorden die je niet kan tellen (er kan geen 1, 2, 3 voor)
I don't have much knowledge about cars.
I had so much fun yesterday!
Many:
Woorden die je kan tellen (er kan wel 1, 2, 3 voor)
Many teenagers like the game Fortnite
I don't know how many episodes I watched.
Slide 10 - Tekstslide
Translate: Veel koeien (use much/many)
Slide 11 - Open vraag
Translate: Veel geld (use much/many)
Slide 12 - Open vraag
Waar wordt 'veel bloemen' juist vertaald?
A
Much flowers
B
Many flowers
Slide 13 - Quizvraag
Waar wordt 'veel water' juist vertaald?
A
Much water
B
Many water
Slide 14 - Quizvraag
Waar wordt 'veel plezier' juist vertaald?
A
Much fun
B
Many fun
Slide 15 - Quizvraag
Waar wordt 'veel honden' juist vertaald?
A
Much dogs
B
Many dogs
Slide 16 - Quizvraag
Grammar
Now do excercise 7
Slide 17 - Tekstslide
I know the difference between much & many (ik ken het verschil tussen much & many)
😒🙁😐🙂😃
Slide 18 - Poll
Lesson 2
We will do excercises 9 to 11 together
Then you will do excersises 12/13 and fill in your percentages!
Slide 19 - Tekstslide
Grammar
Slide 20 - Tekstslide
Present Perfect
Slide 21 - Tekstslide
Present perfect
Iets is gebeurd en het is niet belangrijk wanneer dit was.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
'has' wordt gebruikt bij
A
he, she, it
B
I, you, we, they
Slide 24 - Quizvraag
I lived in Italy
I have lived in Italy
Present Perfect
Past Simple
Slide 25 - Sleepvraag
Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?
Slide 26 - Quizvraag
Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has eaten 3 sandwiches so far.
D
They worked all day yesterday.
Slide 27 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van de Present Perfect:
___ you ever ___ (live) in China before?
A
Have lived
B
Has lived
C
Lived you
D
Did live
Slide 28 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van de Present Perfect:
My boyfriend ___ ___ (buy) me some wonderful roses.
A
have bought
B
has bought
C
have buyed
D
has buyed
Slide 29 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in van de Present Perfect:
The dogs ___ ___ (not - eat) anything for three days.
A
haven't ate
B
hasn't ate
C
haven't eaten
D
hasn't eaten
Slide 30 - Quizvraag
Maak de present perfect: He listens
Slide 31 - Open vraag
Maak present perfect: John lives
Slide 32 - Open vraag
Present perfect: The parents go home
Slide 33 - Open vraag
Present perfect: I am hungry
Slide 34 - Open vraag
Hoe maak je een Present Perfect?
Slide 35 - Open vraag
Wanneer gebruik je een Present Perfect?
Slide 36 - Open vraag
Wanneer gebruik je een Simple Past?
Slide 37 - Open vraag
Grammar
Now do excercises 14/15/16
When done prepare for next lesson. Lesson 3 words or read your book.