bonustoets regeling 4h bs 12

Bonustoets Regeling 4H
basisstof 1 + 2
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Bonustoets Regeling 4H
basisstof 1 + 2

Slide 1 - Tekstslide



Lever een schermafdruk (van je hele scherm!) met je percentage goed zichtbaar hieronder in.
Maak jouw persoonlijke toets in Quizlet.

Slide 2 - Open vraag

Wat is de (biologische) term voor de hormonale regeling zoals die door de pijlen 1 en 2 in bron 1 wordt aangegeven?

HT = hypothalamus
H = hypofyse
S = schildklier
A
Positieve feedback
B
Negatieve feedback
C
Regeling
D
Homeostase

Slide 3 - Quizvraag

Wat regelen je hormonen niet?
A
Slaap
B
Temperatuur
C
Bewegen
D
Voortplanting

Slide 4 - Quizvraag

De anticonceptiepleister of de ‘plakpil’ is een voorbehoedmiddel. In de pleister bevinden zich bepaalde hormonen die via de huid in het bloed worden opgenomen. Deze hormonen beïnvloeden de werking van de eierstokken.
De hormonen in de anticonceptiepleister beïnvloeden de werking van de eierstokken.
Welke andere hormonen beïnvloeden vooral de werking van de eierstokken?
A
hormonen uit de bijnier
B
hormonen uit de hypofyse
C
hormonen uit de schildklier
D
hormonen uit de alvleesklier

Slide 5 - Quizvraag

Waarom hebben hormoonklieren geen afvoerbuizen?
A
Hormonen worden rechtstreeks aan de cellen af gegeven
B
Hormonen worden aan het bloed af gegeven
C
Hormonen worden via zenuwbanen geleid
D
Ze hebben wel afvoerbuizen

Slide 6 - Quizvraag

Welk hormoon wordt door de bijnieren gemaakt?
A
adrenaline
B
glycagon
C
insuline
D
groeihormoon

Slide 7 - Quizvraag


Hoe noemen we de stof waarin glucose wordt opgeslagen in het lichaam om de glucosespiegel in het lichaam naar beneden te krijgen?

Slide 8 - Open vraag


Diabetes
Een van de symptomen van diabetes is de productie van zoete urine. Verklaar waardoor bij diabetespatiënten zoete urine wordt gevormd. (2p)

Slide 9 - Open vraag

De alvleesklier bevat behalve endocriene cellen ook exocriene cellen. Wat is het verschil tussen endocriene en exocriene cellen?

Slide 10 - Open vraag

Opzoeken!
Het calciumgehalte van het bloed schommelt om een bepaalde waarde. Twee hormonen calcitonine en parathormoon regelen dit gehalte. Vooral de schildklier vormt calcitonine en de bijschildklieren vormen vooral parathormoon

Hoe zullen naar verwachting de gehaltes aan calcitonine en parathormoon na een calciumrijke maaltijd zijn?
hoog
laag
calcitonine
parathormoon

Slide 11 - Sleepvraag

Welke verschijnselen zullen voorkomen bij een patiënt met een tekort aan thyroxine?
Twee leerlingen doen een test. Pim drinkt een liter water en Sander een liter bier. Sander blijkt daarna veel meer urine te produceren dan Pim.

Welke invloed heeft alcohol op de productie van ADH?
A
alcohol remt de productie van ADH
B
alcohol stimuleert de productie van ADH
C
alcohol beïnvloedt AHD niet, er is een andere verklaring.

Slide 12 - Quizvraag

Welke verschijnselen zullen voorkomen bij een patiënt met een tekort aan thyroxine?
Thyroxine
Welke verschijnselen zullen voorkomen bij een patiënt met een tekort aan thyroxine?
A
de patiënt voelt zich snel moe en slaapt veel
B
het hart van de patiënt klopt sneller dan normaal
C
het lichaamsgewicht van de patiënt neemt af

Slide 13 - Quizvraag