Helena geschiedenis democratie

De oudheid - Tijd van grieken en romeinen 
De prehistorie
In deze tijd leven wij
1 / 22
volgende
Slide 1: Sleepvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De oudheid - Tijd van grieken en romeinen 
De prehistorie
In deze tijd leven wij

Slide 1 - Sleepvraag

Aan het eind van de les:
  • Ken je woorden om over geschiedenis te praten
  • Weet je (weer) hoe de oude Grieken leefden
  • Weet je (weer) hoe de democratie is ontstaan
  • Kan je het verschil opnoemen tussen de eerste democratie en de huidige democratieën.

Slide 2 - Tekstslide

Sparta

Vragen:
- Wat voor stad was het?
- Hoe leefden de mensen in de stad?
- Wat was belangrijk voor deze stad?
- waren alle mensen gelijk?
- Hoe werd de stad bestuurd?

Slide 3 - Tekstslide

Korinthe

Vragen:
- Wat voor stad was het?
- Hoe leefden de mensen in de stad?
- Wat was belangrijk voor deze stad?
- waren alle mensen gelijk?
- Hoe werd de stad bestuurd?

Slide 4 - Tekstslide

Athene

Vragen:
- Wat voor stad was het?
- Hoe leefden de mensen in de stad?
- Wat was belangrijk voor deze stad?
- waren alle mensen gelijk?
- Hoe werd de stad bestuurd?

Slide 5 - Tekstslide

Spreken

Vragen:
- In welke stad wil jij wonen?

Slide 6 - Tekstslide

Korinthe
Sparta
Athene
democratie
monarchie
handel
kunst en theather
aan zee
oligarchie
militaire training

Slide 7 - Sleepvraag

Wat is een ander woord voor stadstaat?
A
Polis
B
Urbaan
C
Pre-agrarische stad
D
Dorp

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

De oude Grieken

  • Stadstaat (polis)
  • Griekse stad met het gebied eromheen


  • bijvoorbeeld Athene, Sparta, Corinth etc,


Op dit plaatje zie je een stadstaat met het omliggende gebied.
In Griekenland had je verschillende stadstaten bijvoorbeeld Athene, Sparta, Corinth etc. 

Stadstaat --> een Griekse stad met het gebied er omheen 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De oude Grieken
  • 20% van de bodem was geschikt voor landbouw
  • Dementer, godin van de landbouw
  • Rond 800 V.Chr. trokken veel Grieken weg
  • Koloniën: Grondgebied van een Griekse stadstaat buiten Griekenland



De stadstaten hadden ook gebied buiten Griekenland. Dit noemen we koloniën. In deze koloniën lieten de Grieken spullen verbouwen/maken, bijvoorbeeld graan, om dit weer van hun eigen stadstaat te vervoeren.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Welke vier bestuursvormen heb je gezien in het filmpje?

Slide 14 - Open vraag

De Atheners hadden een democratie. Alle mannen met burgerschap mochten stemmen. In dit schema zie je hoe zij dit hadden geregeld. Uit de volksvergadering werd de raad van 500 gekozen, uit deze 500 mannen werden er weer 50 gekozen om het dagelijks bestuur van de stadstaat te regelen.

Slide 15 - Tekstslide





Blz. 29
Buste van Solon (ca. 636 V.Chr. - va. 558 V.Chr.)

Slide 16 - Tekstslide

Einde van alle problemen?







  • Nog steeds veel verschil tussen arm en rijk
  • Kleisthenes: voorkomen dat een persoon teveel macht zou krijgen --> Ostracisme (ostrakon is oud-Grieks voor scherf) of schervengericht (rechtbank). Verbannen van bepaalde mensen uit de gemeenschap voor een bepaalde tijd. 

Slide 17 - Tekstslide

Atheense democratiespel
  • Aan het begin van iedere dag moeten wij het Nederlandse volkslied zingen voordat de lessen beginnen. 
  • Alle leerlingen moeten elke dag gymles krijgen. 
  • De lessen moeten geen 45 maar 70 minuten duren. 


  • Wel stemmen: mannen die genoeg verdienden
  • Niet stemmen: vrouwen, slaven, vreemdelingen, kinderen

Slide 18 - Tekstslide

Democratie
  • Democratie
  • Directe democratie  (oude Grieken): zelf stemmen op wetsvoorstellen
  • Indirect democratie (Nederland): mensen kiezen die stemmen op deze wetsvoorstellen

In Athene konden alle mannen die deel waren van de volksvergadering stemmen op wetsvoorstellen, dit noem je een directe democratie. In Nederland gaat dit anders. Wij kiezen volksvertegenwoordigers om voor ons te stemmen. Met 10 miljoen mensen 40 keer per jaar op een plein bijeenkomen is namelijk niet te doen. Dit noem je een indirecte democratie.

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen de Atheense democratie en de Nederlandse democratie?

Slide 20 - Open vraag

Aan het eind van de les:
  • Ken je woorden om over geschiedenis te praten
  • Weet je (weer) hoe de oude Grieken leefden
  • Weet je (weer) hoe de democratie is ontstaan
  • Kan je het verschil opnoemen tussen de eerste democratie en de huidige democratieën.

Slide 21 - Tekstslide

Ik woon het liefst in een
democratie
oligarchie
monarchie

Slide 22 - Poll