- hoe zien ze eruit?
- wat doen ze of wat doen ze juist niet?
- wat weet je over hun karakter?
- welke relaties heeft het personage met de andere personen?
twee soorten personages:
- round (je weet alles: het personage maakt een ontwikkeling door)
- flat (je weet slechts een klein gedeelte, dit personage speelt een bijrol