Brood: Studievragen

BROOD
Studievragen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
KokMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

BROOD
Studievragen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wateropname tijdens deegbereiding.
Hoeveel water kunnen de tarwe-eiwitten opnemen?
A
30% van zijn eigen gewicht
B
100 % van zijn eigen gewicht
C
200% van zijn eigen gewicht
D
300% van zijn eigen gewicht

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kan de hoeveelheid toe te voegen water verschillend zijn per graanlading/oogst?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de watertemperatuur voor toevoeging aan het deeg.
De gewenste deegtemperatuur is 28°C.
De temperatuur van de grondstoffen is 17°C.
De wrijvingstemperatuur is 10°C.

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de volgende bewering juist of onjuist?

De uitmalingsgraad zegt iets over de kwaliteit van de eiwitten/gluten.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Informatie voor volgende vraag
De volgende vraag is een sleepvraag.

Opdracht: Koppel de juiste omschrijving aan de soort bloem.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zeeuwse bloem
Amerikaanse bloem
Rijk aan gluten
Arm aan gluten
Geschikt voor koek
Geschikt voor brood
Harde tarwe
Zachte tarwe

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de belangrijkste functie van zout in het brooddeeg?

Slide 8 - Open vraag

Zout is belangrijk voor de smaak van brood en zorgt er ook voor dat het deeg beter verwerkbaar is. Zout zorgt verder voor een beter volume, een krokantere korst en een langere malsheid doordat zout het vocht in het brood langer vasthoudt. Het zout dat door bakkers wordt gebruikt is speciaal bakkerszout, dat rijker is aan jodium dan het gewone keukenzout of zeezout.
Wat is de belangrijkste functie van een vetstof in het brooddeeg?

Slide 9 - Open vraag

Vetten en oliën worden toegevoegd om het brood iets meer volume te geven en iets fluweliger/zachter te maken.
Het vet gaat om het zetmeel zitten en houdt zo vocht vast. Het brood droogt daardoor minder snel uit.
Informatie voor volgende vraag
De volgende vraag is een sleepvraag.

Opdracht: Koppel de juiste omschrijving aan de juiste fase van de deegontwikkeling.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de kruim draaien
Deegvorming
Eindfase
Overkneed
Het deeg is slap en kleverig en moeilijk te verwerken.
Het lijkt of de grondstoffen zijn gemengd.
Het deeg is minder stevig, rekbaar en elastisch tegelijk.
Er komt samenhang en het deeg laat los van de kuip, ziet er droog uit maar is ‘kort‘. 

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 4 ingrediënten die beslist nodig zijn om een smakelijk en luchtig brood te krijgen.

Slide 12 - Open vraag

Bloem, meel , granen
water
rijsmiddel; gist of desem
zout

Bloem of meel kan verschillende soorten graan gemaakt worden.
Noem 4 graansoorten

Slide 13 - Open vraag

Tarwe
Rogge
Haver
Spelt
Gerst
Rijst
Mais

Benoem de onderdelen 1 t/m 4 van
de graankorrel.

Slide 14 - Open vraag

1. Baard
2. Meelkern
3. Zemel (vliesje)
4. Kiem

Wat is bloem?


Slide 15 - Open vraag

Dat is meel dat daarna nog heel fijn gezeefd wordt.

Wat is meel?

Slide 16 - Open vraag

Dat is wat overblijft als je de korrel ontkiemt (bloem + zemel).