3B Erfelijkheid en evolutie bs3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Welkom klas 3

Ben jij klaar voor deze les?

Wat heb jij wel nodig?

Wat heb je niet nodig?

Vandaag

10 min: Huiswerk bespreken

15 min: Uitleg basisstof 4: kruisingen.

15 min: Opdrachten maken.

5 min: Afsluiting (volgende keer herhaling) 

Wat betekenen deze woorden?
Homozygoot, heterozygoot, dominant, recessief en intermediair fenotype.

Aan de slag!

Wat? Lees bladzijde  
Maak opdracht 18, 19, 20, 22, 23, 26, 28  vanaf bladzijde 107 in je werkboek.

Hulp? Hand opsteken, docent komt helpen.

Klaar? Maak de opdrachten van basisstof 1 en 2 ook af. 

Wat is het genotype van iemand die een heterozygoot genotype heeft

1. X​a​​X​a​​
2. AA
3. Aa
4. X​A​​Y

Je hebt het genotype en het fenotype.
Wat wordt bedoeld met het genotype?

1. De erfelijke informatie op je chromosomen
2. Hoe je eruit ziet

Wat is het fenotype?

1. Alle eigenschappen
2. Je innerlijk
3. Alle erfelijke eigenschappen
4. Je uiterlijk

Is het fenotype van de larve hetzelfde als het fenotype van het volwassen dier?

1. Ja
2. Nee