Herhaling hoofdstuk 6

Herhaling hoofdstuk 6
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling hoofdstuk 6

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 6.1
  • Je kunt enkele gemeenschappelijke eigenschappen van metalen noemen.
  • Je kunt edelmetalen en hun belangrijkste eigenschappen noemen.
  • Je kunt enkele onedele metalen en hun belangrijkste eigenschappen noemen.
  • Je kunt enkele legeringen en hun belangrijkste eigenschappen noemen.
  • Je kunt enkele zware metalen en hun schadelijke effecten noemen.

Slide 2 - Tekstslide

Metalen
Aantal gemeenschappelijke kenmerken van metalen:
  • Alle metalen geleiden elektrische stroom goed
  • Alle metalen geleiden warmte goed
  • Veel metalen blinken en hebben een typische metaalglans (als ze gepolijst zijn)
  • Zuivere metalen zijn makkelijk te vervormen/zijn buigzaam
  • Alle metalen zijn vast, behalve kwik!

Slide 3 - Tekstslide




  • Reageren niet met zuurstof en water én niet/nauwelijks met andere stoffen. (ook niet met zuren)
  • Drie edele metalen: goud, zilver en platina.
  • Komen als zuivere stoffen in de natuur voor.





  • Reageren wel met andere stoffen zoals zuurstof en water. Vb: Roesten van ijzer.
  • Hoe onedeler het metaal, hoe reactiever het is.
  • -  Vb. onedele metalen: ijzer
  • -  Vb. zeer onedele metalen: natrium en kalium.
  • Komen als verbindingen (meestal metaaloxiden en metaalsulfiden) in de natuur voor.

Metalen
Edel metaal
Onedel metaal

Slide 4 - Tekstslide

Metalen (vervolg)
  • Edele metalen: worden veel gebruikt in sieraden

  • Onedele metalen: Reageren langzaam met andere stoffen.




  • Zeer onedele metalen: reageren heftig met zuurstof/water







Slide 5 - Tekstslide

Legering
  • Legering: (een gestold) metaalmengsel. De legering heeft vaak andere eigenschappen dan de metalen waaruit die legering gemaakt is. Vaak is het veel harder.







Slide 6 - Tekstslide

voorbeelden legering
Amalgaam: legering van kwik en een ander metaal.
  • Zilveramalgaam werd vroeger gebruikt als tandvulling.
Brons: legering van koper en tin
  • Laag smeltpunt, makkelijk in vorm te gieten. (maken van bijlen, dolken en medailles)
  • Minder buigzaam en harder dan gewoon koper
Messing: legering van koper en zink.
  • Kranen en waterleidingen
  • Is erg hard en stevig
Soldeer 




  • Soldeertin kan je gebruiken om een elektronische schakeling aan elkaar wilt verbinden. 
  • Soldeertin heeft een laag smeltpunt. 

Slide 7 - Tekstslide

voorbeelden legering
  • Gouden sieraden bestaan niet alleen uit puur goud, want dat is té vervormbaar. 
  • 24 karaat is zuiver goud
  • een goudsmid gebruikt meestal 14 karaats goud, dat is 14/24 x 100 = 58 % goud. 

Slide 8 - Tekstslide

Zware metalen
  • Zware metalen: zijn giftig. 'zwaar' betekent dat de metalen een grote dichtheid hebben. 
  • Cadmium, Arseen, Tin, Lood en kwik

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen 6.2 Reacties van metalen
  • Je kunt uitleggen wat corrosie is.
  • Je kunt de reactievergelijkingen opstellen voor de corrosie van metalen.
  • Je kunt uitleggen hoe je ijzer tegen corrosie kunt beschermen.
  •  Je kunt uitleggen wat blik en gegalvaniseerd ijzer zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Corrosie
  • Oxideren: algemene naam waarbij metalen door zuurstof worden aangetast. 
  • Corrosie: algemene naam voor alle processen die metalen aantasten (alleen bij onedele metalen). 

Slide 11 - Tekstslide

Reacties
Reactievergelijking van de oxidatie van calcium:
  • 2 Ca + O2 --> 2 CaO
Twee belangrijke formules:
  • IJzeroxide: Fe2O3
  • Aluminiumoxide: Al2O3

Slide 12 - Tekstslide

Voorkomen van corrosie
Hoe kan je metalen voorwerpen beschermen tegen corrosie? 
  • Verven
  • Dikke laag vet
  • Roestvast staal (rvs): legering van ijzer met een beetje chroom en nikkel. 
  • Verzinken: aanbrengen van een dun laagje zink over ijzer, het product noem je gegalvaniseerd ijzer. 
  • Laagje dun plastic in een blikje. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Metaaloxide als bescherming
Corrosie bij koper: koperoxide ontstaat
  • Groene kleur
  • Oxide laagje is luchtdicht
Ook een afsluitend oxidelaagje bij…
  • Aluminium
  • Tin
  • Chroom (in roestvast staal)
  • Zink


Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen 6.3 
  • Je kunt vertellen uit welke ertsen ijzer en aluminium worden gemaakt.
  • Je kunt een productieproces schematisch weergeven in een blokschema.
  •   Je kunt de reactievergelijking voor de elektrolyse van aluminiumoxide opstellen.
  • Je kunt de reactievergelijkingen voor de processen in een hoogoven opstellen.
  • Je kunt de samenstelling van staal beschrijven 

Slide 16 - Tekstslide

Erts
  • Erts: om een onedel metaal te maken, moet je (metaal)erts uit de grond halen. Dit erts moet je verwerken naar een metaal via productiestappen.
  • Let op: edelmetalen vind je wél als zuiver metaal in de grond, deze hoef je niet meer te verwerken. 

  • IJzererts: voornamelijk ijzer(III)oxide (Fe2O3)
  • Bauxiet: voornamelijk aluminiumoxide (Al2O3) en roest

Slide 17 - Tekstslide

Blokschema
Blokschema: een schematisch overzicht met pijlen in blokken. Je leest blokschema van links naar recht. 
  • In een blok staat een proces (zoals scheiden of ontleden)
  • Pijlen geven de stofstroom aan. Bij elke pijl staat dus minstens één stof(naam). 

Slide 18 - Tekstslide

Elektrolyse van aluminium
Wat is elektrolyse ook alweer? 
  • Een ontledingsreactie: je hebt één beginstof en meerdere reactieproducten. 

Slide 19 - Tekstslide

Elektrolyse van aluminium
  • Aluminium: metaal met lage dichtheid (toepassing in: vliegtuigen en auto's: het is licht en sterk).
  • Bauxiet: grondstof voor aluminium.
  • Bauxiet bestaat voor de helft uit aluminiumoxide
Aluminium maken
  • Stap 1: scheiden van aluminiumoxide van de rest van bauxiet.
  • Stap 2: uit gesmolten aluminiumoxide wordt via een ontledingsreactie (elektrolyse) aluminium gemaakt. Veel energie nodig.

Slide 20 - Tekstslide

Elektrolyse van aluminium

Slide 21 - Tekstslide

Hoogoven
  • Hoogoven: in een hoogoven wordt ijzererts omgezet in ijzer.
  • Cokes = koolstof
  • Slak = vervuiling die je niet in het ijzer wilt hebben

Slide 22 - Tekstslide

van ruwijzer naar staal
  • Ruwijzer: het ruwijzer (dat de oven verlaat) bevat nog veel koolstof (4%), en is daardoor hard en breekbaar. 
  • Koolstof moet worden verwijderd, door er zuurstof doorheen te blazen. 
  • 2C + O2 -> 2CO

Slide 23 - Tekstslide

van ruwijzer naar staal
  • Gietijzer: bevat veel koolstof, dan is het hard. (putdeksels en tuinkachels, géén constructie. 
  • Constructiestaal: minder koolstof, minder hard, beetje buigzaam.

Slide 24 - Tekstslide

6.4 Duurzaam gebruik van metalen

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide