Elektriciteit

Een fietslampje werkt op 6 V en heeft een weerstand van 60 Ω. Wat is de stroomsterkte door het lampje?
1 / 29
volgende
Slide 1: Open vraag
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Een fietslampje werkt op 6 V en heeft een weerstand van 60 Ω. Wat is de stroomsterkte door het lampje?

Slide 1 - Open vraag

Een regelbare voeding kan maximaal 5 A leveren. Als de voeding op een weerstand van 0,5 Ω wordt gezet, hoeveel kan de spanning dan maximaal zijn?

Slide 2 - Open vraag

Een wekkerradio werkt op 9 V. De stroomsterkte is dan 150 mA. Bereken de weerstand.

Slide 3 - Open vraag

Een computer heeft een weerstand van 750 kΩ en werkt op een spanning van 12 V. Bereken de stroomsterkte door dit apparaat.

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

De ampèremeter in de schakeling geeft 2,0 A aan. Bereken de onbekende weerstand R2.

Slide 6 - Open vraag

Bereken wat de voltmeter aanwijst.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Bereken wat de stroommeter in de schakeling aangeeft

Slide 9 - Open vraag

Bereken wat de spanningsmeter aangeeft.

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

De ampèremeter wijst 50 mA aan.
Bereken de weerstand van R3

Slide 12 - Open vraag

Bereken wat de voltmeter aanwijst

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

de spanning over R3 is 2,00 V.
Bereken wat de ampèremeter aanwijst

Slide 15 - Open vraag

Bereken de
waarde van weerstand R3.

Slide 16 - Open vraag

Op een spanning van 12,0 V worden een weerstand van 24,0 Ω een van 8,0 Ω en een van 12,0 Ω parallel aangesloten. Teken deze schakeling.

Slide 17 - Open vraag

Bereken de stroomsterkte door elke weerstand afzonderlijk.

Slide 18 - Open vraag

Bereken de stroom die de spanningsbron levert.

Slide 19 - Open vraag

Bereken de vervangingsweerstand.

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Leg uit door welke weerstand de grootste stroom loopt

Slide 22 - Open vraag

Men sluit schakelaar S. Leg uit wat er daardoor met de stroomsterkte door de ampèremeter gebeurt.

Slide 23 - Open vraag

Bereken de vervangingsweerstand vóór en ná het sluiten van schakelaar S. als Utot = 100 V

Slide 24 - Open vraag

Teken drie lampjes in serie. L1 heeft een weerstand van 25 Ω en L2 een weerstand van 35 Ω. L3 is een onbekende weerstand

Slide 25 - Open vraag

De spanning is 12 V en de totale stroomsterkte is 150 mA. Bereken de waarde van R3.

Slide 26 - Open vraag

Bereken de spanning die over de drie lampjes staat: U1, U2 en U3

Slide 27 - Open vraag

Teken drie lampjes is serie. Gegeven: R1 is 25 Ω; R3 is 50 Ω; U1 is 12.5 V en U2 is 5 V.

Slide 28 - Open vraag

Bereken Itot, R2 en Utot.

Slide 29 - Open vraag