Presenteren

Presenteren 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Presenteren 

Slide 1 - Tekstslide

Regel 1
Wat je ook moet presenteren, wat je ook moet vertellen, laat de kijker altijd gewoon eerst weten wie er presenteert. 
Stel jezelf dus eerst even voor. 
Begin daarna pas aan je presentatie. 

Slide 2 - Tekstslide

Regel 2
Start eerst met een GOEDE INLEIDING. 
Waarom presenteer je? (de reden, de aanleiding)
Wat presenteer je (een korte inhoudsopgave over de inhoud)

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Aandachtsrichter
Als je hier goed in bent, kun je starten met een aandachtsrichter. We noemen dit ook wel een 'binnenkomertje' of een 'ijsbreker'.
Hiermee trek je de aandacht. 

Slide 5 - Tekstslide

voorbeelden
Een aandachtsrichter kan...
een anekdote (leuk kort verhaaltje)
een aantrekkelijke illustratie
een bijzondere eerste zin 

Slide 6 - Tekstslide

doel aandachtsrichter
Het doel van een aandachtsrichter:
- je luisteraars raken geboeid
- je luisteraars worden stil
- je luisteraars raken geamuseerd

Slide 7 - Tekstslide

Regel 3
Na de inleiding volgt een goede KERN (middenstuk).
Deze bestaat uit een goede samenhang. 
Deel je onderwerpen dus in, in deelonderwerpen 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Hoeveel onthouden luisteraars gemiddeld van een presentatie?
A
Bij een goed verhaal: alles
B
De meeste mensen zo'n 50%
C
5 (+ of - 2) items uit het verhaal
D
Na de eerste 5 minuten niets meer

Slide 10 - Quizvraag

Regel 4
Eindig met een goed SLOT.
Bedank de luisteraars. Vat je presentatie kort samen.
Geef een advies of trek een conclusie.
Sluit leuk af. Stel eventueel zelf een vraag of geef een quiz. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Aandachtspunten
  • Oogcontact
  • Stemgebruik, spreektempo
  • Interactie met de groep
  • Uiterlijk 
  • Lichaamstaal

     

Slide 13 - Tekstslide

Doén
  • Houd je verhaal simpel
  • Humor 
  • Beter goed gejat dan slecht verzonnen
  • Gebruik visuele hulpmiddelen
  • Anekdotes 
  • Variatie 
  • Maak de cirkel rond

Slide 14 - Tekstslide

Laten
  • Je tekst voorlezen

  • Te veel informatie geven
  • "Dit wordt heel leuk...."
  • 30 ppt sheets in 15 minuten
  •  Sheets voorlezen
  • ....

Slide 15 - Tekstslide

de spreekvaardigheid
Uitspraak (verstaanbaarheid, intonatie, volume)
Vloeiendheid (geen pauzes, herformuleringen, e.d.)
Samenhang (signaalwoorden, verbanden, volgorde)
Grammaticale correctheid, woordgebruik en woordenschat
Non-verbale communicatie
Kijkt rond

Slide 16 - Tekstslide

de presentatie
Waar letten we op?
Een presentatie die aanspreekt
Een inleiding-middenstuk-slot

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat valt je op?
Maak notities
Let op uitspraak, verstaanbaarheid, intonatie, stemvolume, vloeiendheid, samenhang, non-verbale communicatie

Slide 19 - Tekstslide

Samengevat
Wat zijn de tops?
Wat zijn de tips?

Slide 20 - Tekstslide

Online
1. Ga staan
Als je staat terwijl je presenteert is de overdracht veel dynamischer en levendiger. Staan helpt jou als presentator, je bent meer gefocust en je kunt beter gebruik maken van je ademhaling. Bijkomstig effect is dat je stem veel voller is. Dat is voor je toehoorders prettig om naar te luisteren en ook nog eens prettiger om naar te kijken.

Slide 21 - Tekstslide

Online examineren 
2. Zoek de interactie op 
Verwelkom het publiek
Stel vragen
Laat het publiek reageren
Start een discussie
Plaats een stelling

Slide 22 - Tekstslide

Online examineren 

3. Vertel een anekdote
4. Zorg voor een rustige, neutrale achtergrond
5. Laat je gezicht en bovenlijf zien (verlichting van boven en voren)
6. Wees voorbereid, inhoudelijk en technisch

Slide 23 - Tekstslide

aandacht voor.....met tips
- spreekangst
Neem vooraf 2 min. een krachtige houding aan
Noem het 'gezonde spanning'
Fake it till you make it
Let op je ademhaling
Vind jezelf niet zo belangrijk: houd je bezig met de ander

- te snel spreken
toentomatentomatentomatentovrat


Slide 24 - Tekstslide

Een presentatie maken
gaan we straks mee aan de slag 

maken Nu Nederlands spreken 1 & 2 verkorte versie. 

Slide 25 - Tekstslide