1.5 Overstromingsrisico's in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta

§1.5 Overstromingsrisico’s in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta deel 2
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

§1.5 Overstromingsrisico’s in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta deel 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.5 Overstromingsrisico's in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • overstromingsrisico’s en het rivierbeleid van de overheid vanuit verschillende dimensies (veiligheid, economie en natuur) analyseren;
  • uitleggen dat door de zeespiegelstijging het spuien op zee steeds moeilijker wordt;
  • uitleggen hoe afsluitbare waterkeringen en bergingsgebieden er bij hoog water voor kunnen zorgen dat overstromingsrisico’s beperkt worden;
  • verklaren dat de overstromingsrisico’s in het IJsselmeergebied en de Zuidwestelijke Delta toenemen bij een combinatie van springtij, noordwesterstorm en piekafvoeren van de rivieren.


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overstromingsgevoelig NL
Overstromingsgevoelig NL is opgedeeld in dijkringen

Ben jij overstromingsbewust?

Slide 5 - Tekstslide

Dat zijn gebieden die worden beschermd tegen water uit de grote rivieren, de grote meren en de zee.

IJsselmeergebied

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spuien
Bij eb worden de spuisluizen in de Afsluitdijk opgezet -> Waddenzee

Dit wordt steeds moeilijker, waarom?

Slide 7 - Tekstslide

Bij eb worden de spuisluizen in de Afsluitdijk opengezet, waardoor het water de Waddenzee in kan stromen. Waardoor wordt dit steeds moeilijker en zijn extra pompen op de Afsluitdijk nodig?
De klimaatverandering zorgt voor een zeespiegelstijging.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De zuidwestelijke delta



Vroeger een estuarium

1953 

Slide 9 - Tekstslide

De Zuidwestelijke Delta bestaat uit:
Zeeland
Zuid-Hollandse eilanden
het westelijk deel van Noord-Brabant
Vroeger was dit gebied een trechter-vormige riviermonding, een
estuarium
In 1953 braken als gevolg van een extreem hoge waterstand de dijken in dit gebied door.

Slide 10 - Tekstslide

Omdat daar het scheep-vaartverkeer van de haven van Antwerpen doorheen moet.

Aan de slag

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevaar 1: zee
Gevaar 2: de rivier
Gevaar 3: neerslag

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken?
Smelten landijs/gletsjes
Zeewater wordt warmer en zet daardoor uit.
Oorzaken?
Nederland zakt geologisch
Nauwelijks overstroming door dijken (geen sedimentatie in polders)
Inklinken (in elkaar zakken) van klei door verlaging grondwaterspiegel
Oxidatie (en daardoor inklinken) van veen door verlagen grondwaterspiegel.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijkvragen
  1. Welke grondsoort daalt in Nederland?

  2. Waardoor daalt de bodem in West-NL?

  3. Waardoor daalt de bodem in Noord-NL?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Inklinken!

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan zorgen voor een sterke storm?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drie mogelijkheden:
1.Noordwesterwind
2. Springtij
3. Veel neerslag

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verhoogd overstromingsgevaar 2/2
De effecten van het getij en het weer:
Bij springtij staat het zeewater extra hoog;
bij noordwesterstorm wordt zeewater verder opgestuwd in de riviermonden;
bij zware neerslag in het stroom-gebied (en eventueel smeltwater) ontstaat er een piekafvoer.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Alle opdrachten
Lesdoelencheck
-> quiz

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een dijkring is
A
een aantal dijken die samen een cirkel vormen
B
een beheerder van dijken in dienst van het waterschap
C
een gebied dat beschermd wordt door primaire waterkeringen of door hoge gronden
D
een gebied dat langs de duinen ligt en Nederland beschermt

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een primaire waterkering is een
A
duin, dijk of dam die zich bij een dijkring bevindt
B
duin, dijk of dam die mensen beschermt tegen buitenwater
C
een bescherming van hard materiaal
D
een bescherming aangelegd als onderdeel v/h Deltaplan

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het voordeel van dijkringen?
A
Je hoeft daardoor niet meer te letten op de waterveiligheid
B
Als de ene dijkring zou overstromen, gaat niet gelijk de andere dijkring overstromen
C
Je kan water van dijkring naar dijkring sturen
D
Je hoeft minder dijken aan te leggen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De veiligheidsnorm van een dijkring wordt gebaseerd op drie dingen. Welke hoort er niet bij?
A
Aantal mensen dat er woont
B
Hoeveel dijken er zijn
C
Economische waarde van een gebied
D
Hoogte van het water bij een overstroming

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke dijkring is het belangrijkste voor Nederland, maar ook het meest kwetsbaar?
A
Dijkring 14 Randstad
B
Dijkring 6 Friesland
C
Dijkring 14 in Utrecht
D
Dijkring 15 bij Rotterdam

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heette het IJsselmeer voordat deze het IJsselmeer werd?
A
De Noordelijke Binnenzee
B
Het Zuidermeer
C
De Zuiderzee
D
De Zuidelijke Waddenzee

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zijn met name het IJsselmeer en de Zuidwestelijke Delta kwetsbaarder?
A
Omdat hier veel bodemdaling is
B
Omdat hier de rivieren uitmonden
C
Omdat hier veel verzilting plaatsvindt
D
Omdat hier heel veel mensen wonen

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het IJsselmeer essentieel voor de Nederlandse bevolking?
A
Er wordt op grote schaal vis uit dit meer gehaald
B
Het IJsselmeer zorgt voor recreatie mogelijkheden en toerisme
C
Het IJsselmeer is een grote zoetwater buffer voor tijden van droogte
D
Door het IJsselmeer kon Flevoland worden aangelegd

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk modern wereldwonder werd aangelegd na aan watersnoodramp in de Zuidwestelijke Delta?
A
De Maeslandtkering
B
De afsluitdam van Zeeland
C
De deltawerken
D
De Nederlandse Rijn stuw

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies