- meningen (wat je vindt) en argumenten (waarom je dat vindt) herkennen- signaalwoorden die een reden aangeven (want, omdat, daarom,
vanweg, immers, namelijk)
- wat een betoog is (schrijver geeft mening, wil jouw overtuigen)
- signaalwoorden die een conclusie aangeven (kortom, dus, dan ook)
- hoofdgedachte van een tekst vinden
(belangrijkste wat een schrijver wil vertellen)