Vrijdag 5 april

Lezen & Uitwisselen
Goedemorgen allemaal! 
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Lezen & Uitwisselen
Goedemorgen allemaal! 

Slide 1 - Tekstslide

Vrijdag                                                  5 april  2024                     
jhjj
08.30 - 09.10 uur
09.10 - 10.10 uur 
Lezen
Rekenen
10.10- 10.30 
P A U Z E
10.30- 11.20 uur 
Woordenschat (nieuw)
11.20- 12.10 uur 
Luisteren (Jeugd Journaal) 
12.10- 12.40 uur 
P A U Z E
12.40- 13.30 uur 
DISK 
13.30- 14.20 uur  
Woordenschat (Spelletjes)

Slide 2 - Tekstslide

Lezen & Uitwisselen
  1. Je leest voor 12 minuten
  2. Je vertelt aan jouw ellenbogenpartner waar je over hebt gelezen
  3. Je schrijft in steekwoorden op wat jouw partner heeft verteld 
timer
4:00

Slide 3 - Tekstslide

Lezen & Uitwisselen
Mevrouw Chantal 
Meneer Malte
- Leest een boek met de titel  "Waarom de klas 3B zo geweldig is"

- Heeft gelezen dat de klas 3B op de tweede verdieping zit

- Elke vrijdag is het feestvrijdag
- Is al bijna klaar met het boek "Binnenkort is het weekend"


- Elk hoofstuk beschrijft het weekend van een andere leerling

- Vandaag heeft meneer Malte over het weekend van Roccolino gelezen 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

11 
112
27
238
55
581
99 
109
97 301
17
1001

Slide 7 - Tekstslide

11 
112
27
238
55
581
99 
109
97 301
17
1001

Slide 8 - Tekstslide

11 
112
27
238
55
581
99 
109
97 301
17
1001

Slide 9 - Tekstslide

11 
112
27
238
55
581
99 
109
97 301
17
1001

Slide 10 - Tekstslide

Zelfstandig rekenen
  • Reken verder op tot aan het eind va het hoofdstuk. 
  • Heb je hulp nodig? Vragen!  
  • Om 9:55 beginnen wij met het vergelijken. Controleer zelf of jouw antwoorden goed zijn. 
optelsom
keersom

Slide 11 - Tekstslide

Woordenschat
Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema: Muziek

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 12 - Tekstslide

het effect
  • het gevolg van iets 
  • de invloed op iets hebben
  • succes hebben
  • een draaiende beweging van de bal in een spel
  • Zin: Hij sloeg de bal met effect.
  • Zin: De medicijnen hadden geen effect op de ziekte.

Slide 13 - Tekstslide

de favoriet
  • het leukst van alles of iedereen 
  • iemand van wie iedereen denkt dat hij of zij zal winnen
  • je favoriete ding is dat ding waarvan je het meeste houdt
  • Zin: Op vakantie gaan is mijn favoriete bezigheid.
  • Zin:  Van alle grote steden in Nederland, is Amsterdam mijn favoriet.

Slide 14 - Tekstslide

de conclusie
  • iets wat volgens jou waar is nadat je goed hebt nagedacht over alle informatie die je erover hebt
  • de uitkomst 
  • Zin: Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het feest niet door kan gaan.
  • Zin: Na het gesprek kwam de leerling tot de conclusie dat hij harder had moeten werken.

Slide 15 - Tekstslide

het gelijk
  • wanneer dat wat je zegt waar is 
  • gelijk hebben (in iets)
  • iemand gelijk geven (in iets)
  • hetzelfde; dezelfde = identiek
  • Zin: Ze dacht dat de trein om 12.06 uur ging, en ze had gelijk.
  • Zin: Mijn collega stopt met haar werk, en ik geef haar groot gelijk.

Slide 16 - Tekstslide

boeien

  • de aandacht vasthouden, leuk vinden 
  • boeie! = dit zeg je als je iets heel onbelangrijk en niet interessant vindt
  • interesseren
  • Zin: Het onderwerp van deze les was heel boeiend.
  • Zin: Het boeide hem niet wat de andere jongen zei.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is "effect"?
A
Iets wat geen invloed heeft op iets.
B
Iets wat succes heeft.
C
D
Iets wat ergens naast staat.

Slide 18 - Quizvraag

Maak een zin met "boeien".

Slide 19 - Open vraag

Wie is jouw favoriet?

Slide 20 - Open vraag

Wat is gelijk hebben?
A
Iemand ongelijk geven.
B
Iets zeggen wat waar is.
C
Iets wat niet waar is.

Slide 21 - Quizvraag

Maak een zin met : de conclusie

Slide 22 - Open vraag

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 23 - Tekstslide

Ik heb .................. als ik zeg dat het zo is.

Slide 24 - Open vraag

Mijn ........................ sport is schaatsen.

Slide 25 - Open vraag

De les ............... het meisje niet, zij kijkt op de laptop naar You Tube.

Slide 26 - Open vraag

Een goed cijfer is het ......................... van goed leren.

Slide 27 - Open vraag

De man kwam tot de ........................ dat hij beter had moeten uitkijken met oversteken.

Slide 28 - Open vraag

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.
De woorden: 
de conclusie
het gelijk
boeien
de favoriet
effect

Slide 29 - Tekstslide

00:50 tot 07:00
05:00 tot 12:00
10:00 tot 15:00
15:00 tot 20:00
Het Jeugd Journaal - stapje voor stapje 

Slide 30 - Tekstslide

Disk
Werken aan bronnen en bouwstenen Disk thema MUZIEK

Wil je een andere kleur of een toets maken? Vraag het je docent!

Slide 31 - Tekstslide

Woordenschat
Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema: Muziek

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 32 - Tekstslide

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.
De woorden: 
de conclusie
het gelijk
boeien
de favoriet
effect

Slide 33 - Tekstslide

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.
De woorden: 
de conclusie
het gelijk
boeien
de favoriet
effect
1. Woorden flitsen
2. Stelletjes zoeken
3. 
Quiz-Time!

Slide 34 - Tekstslide

Woorden flitsen - 

Hoeveel woorden kan je  opschrijven? 

1. 
2. 
3. 
4. 
5. 
6. 
7. 
8. 
9. 
10
timer
0:30
de achtergrond
bereiken (ww)
het effect
onderzoeken (ww)
de smaak
en hekel hebben aan
duidelijk
genieten (ww)
de poster
de artiest

timer
2:00

Slide 35 - Tekstslide

Stelletjes zoeken - 

Wie heeft een papiertje dat bij dat van jou past?
Voorbelden

Slide 36 - Tekstslide

Raadspelletje



''Het is een plek waar mensen naar muziek luisteren, misschien een beetje dansen en een goede tijd hebben."


''Het is een werkwoord. Het betekent heel goed naar iets te kijken, over iets te lezen, en informatie verzamelen"




Omschrijf de woorden zo dat jouw partner deze kan raden! 
de discotheek
onderzoeken

Slide 37 - Tekstslide

Volledige Instructie - plaatje
Waartoe?
Hoe?
Hulp?
Tijd?
Uitkomst?
Klaar?
Wat? 

Slide 38 - Tekstslide

Reflectie 

Slide 39 - Tekstslide

Reflectie 

Slide 40 - Tekstslide

Lezen & Uitwisselen
Fijn weekend allemaal! 

Slide 41 - Tekstslide