5.5 Spieren

Terugblik
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Terugblik

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de functie van het skelet?

Slide 2 - Open vraag

Rolgewricht
Kogelgewricht
Scharniergewricht

Slide 3 - Sleepvraag

5.5 Spieren

Slide 4 - Tekstslide

Doel van deze les
  • Je weet waar spieren zitten
  • Je kunt vertellen hoe ze zijn opgebouwd
  • Je kunt vertellen hoe ze vastzitten
  • en hoe ze werken

Slide 5 - Tekstslide

Spierstelsel
Aan de botten -> spieren . 

Alle spieren in het lichaam samen = spierstelsel.

Slide 6 - Tekstslide

Waar zitten al je spieren?

  • Spieren zitten onder je huid
  • Spieren zitten in organen (maag en darmen)
  • Je hart 



Slide 7 - Tekstslide

Spieren in je organen
In de wand van je maag en je darmen -> kneden en vervoeren

In je huid zitten spieren -> kippenvel

Je hart is een spiet -> pompt het bloed door je lichaam.
Spiertje

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Kuitspier
Kuitspier trekt samen

Slide 11 - Tekstslide

Antagonisten = tegengestelde spieren
armbuigspier
(biceps)
armstrekspier
(triceps)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Werking van een spier
Wat nodig om te werken?
  • Impuls !
  • Energie uit voedingsstoffen en zuurstof (O2) (verbranding). 
  • Product: warmte, koolstofdioxide (CO2) en beweging

Slide 14 - Tekstslide

Gescheurde pees
Wanneer pezen afscheuren, zitten de spieren niet meer vast aan de beenderen. 

Beweging niet mogelijk! 

Slide 15 - Tekstslide

Platvoeten 
Geen/ slecht samenspanning
Voetboog plat -> scheve houding. 

Last rug en knieën

Steunzolen!

Slide 16 - Tekstslide

Aan het werk! Biologie
5.5  Spieren - opdrachten 
1 t/m 8


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Als je een spier samentrekt, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker

Slide 19 - Quizvraag

Als je een spier ontspant, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker

Slide 20 - Quizvraag

Kippenvel ontstaat door spieren. Wat klopt over deze spieren?
A
De spieren zitten vast aan botten
B
De spieren bevinden zich in de huid
C
Het komt zowel voor dat deze spieren aan botten als aan de huid vast zitten

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de antagonist van de spierbal op je bovenarm?
A
Triceps
B
Biceps
C
Kuitspier
D
Scheenspieren

Slide 22 - Quizvraag

Een spier heeft altijd een spier die tegenovergesteld werkt?
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag