6.3. Horigen en ridders RZ

6.3. Horigen en ridders
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

6.3. Horigen en ridders

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6.3 Horigen en Ridders
Op tafel: 
- schrift voor aantekeningen geschiedenis
- Ipad 
- Pen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Routeplanner deze les: 
  • Terugblik vorige les en bespreken HW opdrachten
  • Nieuwe paragraaf: Horigen en Ridders 
  • Hofstelsel tekenen
  • HW opdrachten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Karel de Grote was koning van een enorm rijk en besturen was lastig. Noem de oplossing (en dus het begrip)

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De paus is van de ..
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Karel de Grote was van de..
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een leenman is en was eerder een ...
A
Vazal
B
Leenheer
C
Horige
D
Graaf

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een leenheer of leenman is nooit van de ...
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een plicht van de leenman aan de leenheer

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)
In het wit zie je een helm, zoals ridders die droegen. Op de achtergrond zie je een deel van een klooster. Ridderschap en de christelijke kerk horen bij de Tijd van monniken en ridders.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen deze les: 
  • Je kunt de agrarische samenleving beschrijven aan de hand van het hofstelsel en het verschijnsel horigheid.

  • Je kunt het drieslagstelsel uitleggen.

  • Je kunt voorbeelden geven van ridderlijk gedrag

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autarkie: 
  •  Romeinen (limes) waren weg = onveiligheid
  • handel en het geldverkeer was weg
  • stadsbewoners --> platteland, werken als boer op een domein --> bescherming van een heer
  • Boeren = Land, de heer = bestuurstaken
  • Autarkie = Het verbouwen van voedsel en producten voor eigen gebruik in plaats van handel .

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Domein
  • De heer was (achter)leenman = verantwoordelijk voor het bestuur
  •  Domein = het gebied waar de heer zelf de baas over was
  • Domein = landhuis van de heer, het vroonhof, en boerderijen van kleine boeren.
  • Vroonhof = huis van de heer --> later meestal kastelen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hofstelsel
  • afhankelijke boeren = horigen 
  • Horigen wonen en werken op het land van de heer en betalen daarvoor: Pacht (opbrengst van het land)
  • Naast Pacht ook herendiensten (klusjes voor de heer)
  • Heren + Horigen = Hofstelsel

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

drieslagstelsel 
  • Middeleeuwen = vaak honger
  •  door vaak gebruik, landbouwgrond uitgeput
  • drieslagstelsel door K de G
  • Horigen wisselden om het jaar een stuk grond om vruchtbaar te houden
  • Braak voorkomt uitputting

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Hofstelsel en drieslagstelsel komen samen in deze afbeelding/bron
Ridders: 
  • overleed landsheer --> oudste zoon alles erfde
  • Andere zonen --> Ridders
  • Als Vazal vechten in dienst van de heer
  • Je kon officieel ridder worden tijdens een speciale ceremonie.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Speciale ceremonie: 
Bij de ceremonie van de ridderslag knielt een krijgsman voor de heer bij wie hij als ridder in dienst treedt. De heer slaat vervolgens met de platte kant van zijn zwaard op beide schouders van de man. Hierna staat de man op en krijgt een omhelzing van zijn heer. Dan pas is hij officieel ridder.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Niet alleen goed vechten!
Ook een goed mens zijn: 
  • eer
  • kracht en moed
  • trouw
  • hoofsheid (= hoffelijkheid, beleefd gedrag)
  • vrijgevigheid
  • eerlijkheid

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vredestijd
  • Ridder moest zelf zorgen voor zijn uitrusting
  • Geen oorlog ==> moed bewijzen in riddertoernooien! 
  • Verveling voorkomen, maar vooral plundertochten!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen deze les: 
  • Je kunt de agrarische samenleving beschrijven aan de hand van het hofstelsel en het verschijnsel horigheid.

  • Je kunt het drieslagstelsel uitleggen.

  • Je kunt voorbeelden geven van ridderlijk gedrag

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk: 
Maken vragen 1 t/m 11C 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies