Bouwsteen 1 - Startklaar

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.

Hoe zit je er momenteel bij?

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 1
  • Thema: Johan de Witt Kijkwijzer
  • Benodigde lesmaterialen: Kijkwijzer, klimwijzer, laptop, pen en papier


Bijeenkomst 1
Bijeenkomst 2
Bijeenkomst 3
Bijeenkomst 4
Startklaar
Voorkennis activeren
Leerdoelgericht werken
Formatief handelen
Bijeenkomst 5
Bijeenkomst 6
Bijeenkomst 7
Bijeenkomst 8
Actieve verwerking
Inclusieve didactiek
Concrete en herkenbare voorbeelden
Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijkwijzer
Klimwijzer

Slide 7 - Tekstslide

Punten Lesobservatie formulier hierbij verwerken?
Wissel uit


Wat helpt jou om samen met de leerlingen startklaar te zijn?

Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Welke gouden tip heb jij (gekregen)?

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

      Leerdoelen
  1. Je kent de bouwsteen Startklaar (R).
  2. Je kunt de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T1).
  3. Je kunt, indien de situatie afwijkt van normaal, de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T2).


Slide 10 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Opbouwen gewoontes
"Onderzoek toont aan dat een goede sfeer zorgt voor betere schoolresultaten"
Je kunt beter leren als de sfeer goed is en iedereen zich aan bepaalde regels houdt.

Het gaat niet alleen om regels en straffen, maar vooral ook om de gewoontes die we samen willen opbouwen en de relaties tussen leerlingen en docenten. 

Zonder goed gedrag wordt effectief leren moeilijk. 

Slide 11 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Gedrag



1. Gedrag dient als een curriculum te worden beschouwd.
2. Gedrag moet aan de leerlingen worden onderwezen, enkel uitleggen is onvoldoende.
3. Een uniforme gedragsstrategie is effectief voor alle leerlingen.
4. Optimaliseer de omgeving zodanig dat het voor leerlingen gemakkelijker is om gewenst gedrag te vertonen dan om ongewenst gedrag te vertonen.
5. Constructieve relaties zijn geworteld in structuur en hoge verwachtingen.
6. Leerlingen zijn inherent sociale wezens.
7. Consistentie vormt de basis voor goede gewoonten.
8. Ieder individu wil er toe doen.
9. De regels van onze school zijn bindend voor iedereen.
10. De regels van de klas zijn specifiek en moeten worden nageleefd.



Bennet (2020) 

Slide 12 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Wat vinden leerlingen op dit moment nog lastig?

Slide 13 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Routine
Een routine is een reeks opeenvolgende gedragingen die je regelmatig gebruikt om een bepaald doel te bereiken. Routines zijn een soort recept, een reeks van ‘doe eerst dit, doe dan dit, doe dan dat’. 

Routines zijn:
• specifiek
• komen in een vaste volgorde voor
• eenvoudiger te onderwijzen omdat ze heel duidelijk gedefinieerd zijn;
• een ‘verzameling’ van gedragingen die belangrijk zijn voor de groep om op een beschaafde en efficiënte manier te functioneren.




Slide 14 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Aan welke routines besteed je op dit moment veel aandacht?
Hoe doe je dit? 

Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Goed gedrag

• Goed gedrag draagt fundamenteel bij aan elke onderwijsdoelstelling.
• Het verbeteren van gedrag dient een gemeenschappelijk doel te zijn voor iedereen in het onderwijsveld.
• Een positief gedragspatroon is een essentiële voorwaarde voor effectief leren.
• Goed gedrag stimuleert en versterkt de motivatie van leerlingen.


Slide 16 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Voorbeelden
Te laat
Bij te laat komen wordt de leerling niet meer toegelaten in de les. De leerling blijft in de aula tot het volgende uur begint. Bij te laat komen moet de leerling zich de volgende dag om 7.30 uur melden bij de balie. Het MT staat iedere ochtend bij de deur om de (digitale) pasjes in te nemen van de leerlingen die zich niet gemeld hebben. Ouders worden gebeld door de mentor, en de leerling moet in gesprek met de mentor.
Eruit gestuurd
De leerling wordt uit de les verwijderd wanneer de veiligheid in het geding is of het onmogelijk is voor de docent om les te geven. De docent belt naar de balie dat de leerling eraan komt en geeft gepast strafwerk mee. De leerling meldt zich bij de balie. De leerling gaat vlak voor het einde van de les terug naar de klas en maakt een afspraak met de docent voor een herstelgesprek en om het strafwerk in te leveren. De docent schrijft een logboekstukje met reden voor eruit sturen en afspraak naar aanleiding van het herstelgesprek. Een herstelgesprek vindt plaats voor de volgende les.
Leswissel
De leerlingen verlaten pas op signaal van de bel en instructie van de docent het lokaal en niet eerder. Leerlingen blijven tot die tijd op hun plek zitten.
Spullen niet in orde
Iedere dag wordt bij de voordeur gecontroleerd of leerlingen een gepaste schooltas en schoolspullen (schooltas met ritssluiting: JdW-map, laptop, boeken, etui) bij zich hebben. Wanneer dit niet op orde is, wordt de leerling naar huis gestuurd. Ouders worden gebeld dat de leerling eraan komt om een schooltas en/of schoolspullen op te halen. Wanneer dit in het lokaal wordt geconstateerd, dan wordt er naar de balie gebeld dat de leerling zijn schoolspullen van huis moet halen. Ouders worden door de baliemedewerker gebeld en de leerling gaat naar huis om zijn/haar schoolspullen op te halen.
Telefoon
Eerste overtreding: De leerling wordt naar de balie gestuurd en levert daarde smartphone in (de docent belt de balie dat de leerling eraan komt). Deleerling gaat terug naar de les.
De smartphone wordt ingenomen voor de rest van de dag. De balie registreert
de overtreding in magister. Ophalen kan na de laatste les van de leerling.
Tweede overtreding: De leerling wordt door de docent naar de balie gestuurd en levert daar de smartphone in (de docent belt de balie dat de leerling eraan komt). De leerling gaat terug naar de les.
De smartphone wordt ingenomen voor de rest van de dag. De balie registreert de overtreding in magister. Ophalen kan alleen door ouder of verzorger aan het einde van de lesdag om 16.15 uur bij de locatieleiding.

Slide 17 - Tekstslide

• Herhaaldelijke overtredingen: De smartphone gaat na overleg door de teamleider met de ouders en leerling niet meer mee naar school.
• Uitzonderingen: In speciale situaties, zoals bij medische redenen, kan een uitzondering worden gemaakt. Dit wordt overlegd met de schoolleiding.
Betreffende docenten worden hiervan op de hoogte gebracht.  docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Denkend aan de voorbeelden op de vorige slide:
Waar besteed jij op dit moment veel aandacht aan?
Waar zou je meer aandacht aan willen besteden?

Slide 18 - Tekstslide

Verdiepende vraag voor de trainer:
Waarbij zou je elkaar kunnen ondersteunen?
Wat voor feedback geef je deze collega?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze

Slide 20 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Pygmalion effect

Slide 21 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Welke handelingen zijn kenmerkend voor een docent met hoge verwachtingen?

Slide 22 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Verwachtingen

Slide 23 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 24 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 25 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 26 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 27 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 28 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit


Denkend aan deze bijeenkomst: waar ga je morgen meteen mee aan de slag?

Slide 29 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

    Begrippen uit deze les
  • Gedragscurriculum
  • Startklaar
  • Gewenst en ongewenst gedrag
  • Routines
  • Succeservaringen
  • Hoge positieve verwachtingen

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht

Maak een afspraak met één van je collega's voor een flitsbezoek voor de bouwsteen Startklaar. Bespreek samen hoe het ging, wat ging goed en waar zitten de verbeterpunten?

Wil je meer weten over het gedragscurriculum?
  • Regie in de klas, Tom Bennet
  • Doorloopjes 1 t/m 3, Tom Sherrington

Slide 31 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Plan je flitsbezoek
Tijdens het flitsbezoek focus je je op onderstaande punten.
Voer het lesbezoek uit voor de volgende bijeenkomst.

Slide 32 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Afsluiting
  1. Je kent de bouwsteen Startklaar (R).
  2. Je kunt de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T1).
  3. Je kunt, indien de situatie afwijkt van normaal, de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T2).

Slide 33 - Tekstslide

Zijn alle doelen behaald?
Moet er volgende week nog ergens (extra) aandacht aan worden besteed?