Bouwsteen 1 - Startklaar

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in je tas
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Laptop
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.

Hoe zit je er momenteel bij?

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 1
  • Thema: JdW-Kijkwijzer
  • Benodigde lesmaterialen: Kijkwijzer, klimwijzer, laptop


Bijeenkomst 1
Bijeenkomst 2
Bijeenkomst 3
Bijeenkomst 4
Startklaar
Voorkennis activeren
Leerdoelgericht werken
Formatief handelen
Bijeenkomst 5
Bijeenkomst 6
Bijeenkomst 7
Bijeenkomst 8
Actieve verwerking
Inclusieve didactiek
Concrete en herkenbare voorbeelden
Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op een schaal van 0 tot 10:
Hoe belangrijk vind jij de Bouwsteen 'Startklaar'?
010

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ziet 'Startklaar zijn' eruit voor leerlingen volgens jou?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wissel uit in duo's



Hoe ziet 'Startklaar zijn' eruit voor leerlingen?
timer
2:00

Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijkwijzer
Klimwijzer

Slide 10 - Tekstslide

Punten Lesobservatie formulier hierbij verwerken?
Wissel uit in duo's



Hoe ziet 'Startklaar zijn' eruit voor docenten?

Slide 11 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Hoe ziet 'Startklaar zijn' eruit voor docenten volgens jullie?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
  1. Je kent de inhoud van de bouwsteen Startklaar (R).
  2. Je kunt de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T1).

    De volgende bijeenkomst:
  3. Je kunt, indien de situatie afwijkt van normaal, de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T2).


Slide 13 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Opbouwen van gewoontes
"Onderzoek toont aan dat een goede sfeer zorgt voor betere schoolresultaten."

"Een effectieve aanpak van gedrag in school vraagt nadenken over routines en relatie, niet alleen over regels en sancties."

"Zonder goed gedrag wordt effectief leren moeilijk." 
(Bennet, 2020) 

Slide 14 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Gedrag



1. Gedrag dient als een curriculum te worden beschouwd.
2. Gedrag moet aan de leerlingen worden onderwezen, enkel uitleggen is onvoldoende.
3. Een uniforme gedragsstrategie is effectief voor alle leerlingen.
4. Optimaliseer de omgeving zodanig dat het voor leerlingen gemakkelijker is om gewenst gedrag te vertonen dan om ongewenst gedrag te vertonen.
5. Constructieve relaties zijn geworteld in structuur en hoge verwachtingen.
6. Leerlingen zijn inherent sociale wezens.
7. Consistentie vormt de basis voor goede gewoonten.
8. Ieder individu wil ertoe doen.
9. De regels van onze school zijn bindend voor iedereen.
10. De regels van de klas zijn specifiek en moeten worden nageleefd.



(Bennet, 2020) 

Slide 15 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit in duo's


Hoe maken we gewenst gedrag echt makkelijker en ongewenst gedrag moeilijker?

Slide 16 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Routine
Een routine is een reeks opeenvolgende gedragingen die je regelmatig gebruikt om een bepaald doel te bereiken. Routines zijn een soort recept.  

Routines zijn:
  • specifiek
  • komen in een vaste volgorde voor
  • eenvoudiger te onderwijzen omdat ze heel duidelijk gedefinieerd zijn;
  • een ‘verzameling’ van gedragingen die belangrijk zijn voor de groep om op een beschaafde en efficiënte manier te functioneren.




(Bennet, 2020) 

Slide 17 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit in duo's


Aan welke routines besteed jij op dit moment veel aandacht?
Hoe doe je dit? 

Slide 18 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Goed gedrag

• Goed gedrag draagt fundamenteel bij aan elke onderwijsdoelstelling.
• Het verbeteren van gedrag dient een gemeenschappelijk doel te zijn voor iedereen in het onderwijsveld.
• Een positief gedragspatroon is een essentiële voorwaarde voor effectief leren.
• Goed gedrag stimuleert en versterkt de motivatie van leerlingen.


(Bennet, 2020) 

Slide 19 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Op een schaal van 1 tot 5:
In hoeverre vind je de procedures op JDW van belang?
Denk hierbij aan te laat, eruit gestuurd, geen spullen bij, etc.
05

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Procedures
Te laat
Bij te laat komen wordt de leerling niet meer toegelaten in de les. De leerling blijft in de aula tot het volgende uur begint. Ouders worden gebeld door de mentor, en de leerling moet in gesprek met de mentor.
Eruit gestuurd
De leerling wordt uit de les verwijderd wanneer de veiligheid in het geding is of het onmogelijk is voor de docent om les te geven. De docent belt naar de balie dat de leerling eraan komt en geeft gepast strafwerk mee. De leerling meldt zich bij de balie. De leerling gaat vlak voor het einde van de les terug naar de klas en maakt een afspraak met de docent voor een herstelgesprek en om het strafwerk in te leveren. De docent schrijft een logboekstukje met reden voor eruit sturen en afspraak naar aanleiding van het herstelgesprek. Een herstelgesprek vindt plaats voor de volgende les.
Leswissel
De leerlingen verlaten pas op signaal van de bel en instructie van de docent het lokaal en niet eerder. Leerlingen blijven tot die tijd op hun plek zitten.
Spullen niet in orde
Iedere dag wordt bij de voordeur gecontroleerd of leerlingen een gepaste schooltas en schoolspullen (schooltas met ritssluiting: JdW-map, laptop, boeken, etui) bij zich hebben. Wanneer dit niet op orde is, wordt de leerling naar huis gestuurd. Ouders worden gebeld dat de leerling eraan komt om een schooltas en/of schoolspullen op te halen. Wanneer dit in het lokaal wordt geconstateerd, dan wordt er naar de balie gebeld dat de leerling zijn schoolspullen van huis moet halen. Ouders worden door de baliemedewerker gebeld en de leerling gaat naar huis om zijn/haar schoolspullen op te halen.
Telefoon
Eerste overtreding 
De leerling wordt naar de balie gestuurd en levert daarde smartphone in (de docent belt de balie dat de leerling eraan komt). De leerling gaat terug naar de les.
De smartphone wordt ingenomen voor de rest van de dag. De balie registreert de overtreding in Somtoday. Ophalen kan na de laatste les van de leerling.

Tweede overtreding
De leerling wordt door de docent naar de balie gestuurd en levert daar de smartphone in (de docent belt de balie dat de leerling eraan komt). De leerling gaat terug naar de les.
De smartphone wordt ingenomen voor de rest van de dag. De balie registreert de overtreding in magister. Ophalen kan alleen door ouder of verzorger aan het einde van de lesdag om 16.15 uur bij de locatieleiding.

Derde overtreding
De leerling neemt de telefoon niet meer mee naar de klas.

Slide 21 - Tekstslide

• Herhaaldelijke overtredingen: De smartphone gaat na overleg door de teamleider met de ouders en leerling niet meer mee naar school.
• Uitzonderingen: In speciale situaties, zoals bij medische redenen, kan een uitzondering worden gemaakt. Dit wordt overlegd met de schoolleiding.
Betreffende docenten worden hiervan op de hoogte gebracht.  docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit in duo's

Denkend aan de voorbeelden op de vorige slide:
Waar besteed jij op dit moment veel aandacht aan?

Waar zouden we, volgens jullie, gemeenschappelijk meer aandacht aan kunnen besteden?

Slide 22 - Tekstslide

Verdiepende vraag voor de trainer:
Waarbij zou je elkaar kunnen ondersteunen?
Wat voor feedback geef je deze collega?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze

Slide 24 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Noteer
Noteer kort voor jezelf, naar aanleiding van de eerste schoolweken, de antwoorden bij de volgende opdracht.

Opdracht:
Kies vier type leerlingen uit je klas, bijvoorbeeld een leerling die goed kan leren, een leerling die moeite heeft met leren en een stille (of juist heel drukke) leerling.
  • Welke verwachtingen heb je van de leerling? 
  • Wat merkt een leerling van jouw verwachtingen?
    Wat zien leerlingen jou doen, of horen ze je zeggen?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pygmalion effect

Slide 26 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Pygmalion effect
(Jacobson & Rosenthal, 1968; Weinstein, 1986; Saphier, 2017; Rubie Davies, 2015)
Centrale vraag: In welke mate hebben leraarverwachtingen invloed op cognitieve leerprestaties?

Conclusie: overtuiging dat leraren anders omgaan met (groepen) leerlingen en dat dit de leerprestaties beïnvloed. Via verbale en non-verbale communicatie.

Slide 27 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Wissel uit in duo's


Welke handelingen zijn kenmerkend voor een docent met hoge verwachtingen?

Slide 28 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Verwachtingen
(Jacobson & Rosenthal, 1968; Weinstein, 1986; Saphier, 2017; Rubie Davies, 2015)

Slide 29 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Verwerkingsopdracht

Bereid onderstaande opdracht voor voor de volgende bijeenkomst:

Denkend aan jouw eigen lespraktijk...
  • Kun je een voorbeeld geven waarbij je (onbewust) een lage verwachting had van een leerling? 
  • Hoe heb je de vertaalslag gemaakt naar een hoge verwachting?

Slide 30 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Afsluiting
  1. Je kent de inhoud van de bouwsteen Startklaar (R).
  2. Je kunt de juiste omstandigheden creëren om samen met de leerlingen startklaar te zijn voor de les (T1).

Slide 31 - Tekstslide

Zijn alle doelen behaald?
Moet er volgende week nog ergens (extra) aandacht aan worden besteed?
Vragen stellen


Laten we met elkaar inzoomen op de verschillende typen vragen die wij aan leerlingen stellen.

Slide 32 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 33 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 34 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 35 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 36 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 37 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Waar ga je morgen meteen
mee aan de slag?

Slide 38 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

    Begrippen uit deze les
  • Gedragscurriculum
  • Startklaar
  • Gewenst en ongewenst gedrag
  • Routines
  • Succeservaringen
  • Hoge positieve verwachtingen

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plan je flitsbezoek
Tijdens het flitsbezoek focus je je op onderstaande punten.
Voer het lesbezoek uit voor de volgende bijeenkomst.

Slide 40 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Relevante Literatuur
Literatuur:
Bennett, T. (2022). Phronese. Regie in de klas.
Voerman, L., Faber F. (2023). Didactisch coachen 1. De Weijer Design
Voerman, L., Faber F. (2020). Diddactisch coachen 2. De Weijer Design
Sherrington, T. (2021). Phronese. Doorloopjes 1
Sherrington, T. (2022). Phronese. Doorloopjes 2
Sherrington, T. (2023). Phronese. Doorloopjes 3

Johan de Witt document:
Gedragscurriculum 

Slide 41 - Tekstslide

Zijn alle doelen behaald?
Moet er volgende week nog ergens (extra) aandacht aan worden besteed?