chemie overal - 3v - §4.3 - rekenen aan reacties

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Korte herhaling
  • Kenmerken van chemische reacties
  • Energie-effect
  • Wet van behoud van massa
  • Reactietemperatuur
  • Reactiesnelheid (beginstof, verdelingsgraad, concentratie, temperatuur, katalysator)

  • Reactievergelijkingen
  • Reactieschema en -vergelijking

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§4.3: Rekenen aan reacties
Je leert:
  • dat stoffen in een vaste massaverhouding met elkaar reageren;
  • berekeningen aan reacties uitvoeren.
p. 120

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassing
  • Bakken/koken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Massa links van de pijl = massa recht van de pijl

  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)

  • 1 : 1 : 1

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Massa links van de pijl = massa recht van de pijl

  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)

  • 1 : 1 : 1

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Massa links van de pijl = massa recht van de pijl

  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)

  • 1 : 1 : 1

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Massa links van de pijl = massa recht van de pijl

  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)

  • 1 : 1 : 1

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
  • Wat nou als we andere hoeveelheden beginstoffen hebben?
  • 15,0 gram ijzer, hoeveel zwavel en ijzersulfide?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
  • Wat nou als we andere hoeveelheden beginstoffen hebben?
  • 15,0 gram ijzer, hoeveel zwavel en ijzersulfide?


  • x = 32,1 * 15,0 / 55,9 = 8,61 gram
8,61

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
  • Wat nou als we andere hoeveelheden beginstoffen hebben?
  • 15,0 gram ijzer, hoeveel zwavel en ijzersulfide?


  • x = 32,1 * 15,0 / 55,9 = 8,61 gram
  • y = 88,0 * 15,0 / 55,9 = 23,6 gram
8,61
23,6

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
  • Wat nou als we andere hoeveelheden beginstoffen hebben?
  • 15,0 gram ijzer, hoeveel zwavel en ijzersulfide?


  • x = 32,1 * 15,0 / 55,9 = 8,61 gram
  • y = 88,0 * 15,0 / 55,9 = 23,6 gram   òf   15,0 + 8,61 = 23,6
8,61
23,6

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • 2 Sn + O₂ --> 2 SnO
  • Sn = 118,7 u          O = 16,00 u
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • 2 Sn + O₂ --> 2 SnO
  • Sn = 118,7 u          O = 16,00 u
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • 2 Sn + O₂ --> 2 SnO
  • Sn = 118,7 u          O = 16,00 u
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2
verhouding
237,4
32,00
269,4

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • 2 Sn + O₂ --> 2 SnO
  • Sn = 118,7 u          O = 16,00 u
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2
verhouding (u)
237,4
32,00
269,4
gewicht (g)
5
x
y

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?
Sn (118,7); O (16,00)
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2
verhouding (u)
237,4
32,00
269,4
gewicht (g)
5
x
y

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?




  • x = 32,00 * 5 / 237,4 = 0,7 gram
Sn (118,7); O (16,00)
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2
verhouding (u)
237,4
32,00
269,4
gewicht (g)
5
0,7
y

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • We laten 5 gram Sn reageren, hoeveel gram SnO ontstaat er?




  • x = 32,00 * 5 / 237,4 = 0,7 gram
  • y = 5 + 0,7 = 5,7 gram SnO
Sn (118,7); O (16,00)
Sn
O₂
SnO
coëfficienten
2
1
2
verhouding (u)
237,4
32,00
269,4
gewicht (g)
5
0,7
5,7

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Massaverhouding
  • Fe (s) + S (s) --> FeS (s)
  • Wat nou als we andere hoeveelheden beginstoffen hebben?
  • 15,0 gram ijzer, hoeveel zwavel en ijzersulfide?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(Huis)werk
  • Opgave 30 t/m 37

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
  • Stoffen reageren met elkaar in een vaste molecuulverhouding die blijkt uit de reactievergelijking.
  • Doordat moleculen allemaal een eigen massa hebben, kun je de massaverhouding in u hier direct uit afleiden.
  • Als je de massaverhouding waarin moleculen met elkaar reageren kent, weet je ook de massaverhouding waarin stoffen met elkaar reageren.

Slide 22 - Tekstslide

.