B1i/h - Periode 4 - H2 Les 3 - GSE (03-06-2022)

Bienvenidos
klas B1h: lessonup klascode ffmtf
klas B1i: lessonup klascode ckblv

Classroom en lessonup:
de linkjes staan in magister bij 24/25 januari 2022
¿Qué día y qué fecha es hoy?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bienvenidos
klas B1h: lessonup klascode ffmtf
klas B1i: lessonup klascode ckblv

Classroom en lessonup:
de linkjes staan in magister bij 24/25 januari 2022
¿Qué día y qué fecha es hoy?

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen (metas)
  1. Je leert jezelf voorstellen en communiceren over je woonsituatie en je school. 
  2. Dit communiceren leer je zowel productief (spreken/schrijven) als receptief (lezen/luisteren).    
  3. Je leert woordenschat en grammatica die je nodig hebt om het Spaans te kunnen produceren en begrijpen op ERK-niveau A1.   
  4. Kennis van het Spaanse taalgebied: je leert over de achtergronden van Spaanstalige kinderen en over scholen in het Spaanse taalgebied.           
   

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

El programa de hoy

1. 15m - SO 
2. 10m - DEBERES + bezittelijk voornaamwoord voc. p.7 oefening 2-3
3. 5m - VOCAB 2.3 + FRASES CLAVE zin 4-5-6 
4. 25m - Hoe zeg je dat je iets leuk vindt: 
  • MI ASIGNATURA FAVORITA TB p.34 oef 3ABC
  • GUSTAR gram. nr. 33 + oefenen
6. 5m - REFLEXIÓN

(Video-rondleiding volgende les)

Slide 4 - Tekstslide

SO

Slide 5 - Tekstslide

Comprobar los deberes
Leren: SO 2.1 beide richtingen + 2.2 S-N+ gram. nr. 35

afmaken WB p.44 (regelm ww) -> nakijken
afmaken voc. p. 13-15 oef 1 t/m 5 (onregelm ww) -> nakijken
afmaken: bezittelijk voornaamwoord voc. p.7 oef 1 -> vandaag verder werken oef 2-3

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Tekstslide

Vertaal de volgende uitdrukkingen:
1. mijn zus
2.. jullie school
3. onze vrienden
4. jouw ouders

Slide 9 - Open vraag

Vocabulario

1. Estudiar: Voc. 2.3 
2. En parejas (in tweetallen): Frases 4,5,6 (voc. p.5) 

Contesta la pregunta en una frase entera (hele zin):
¿Cuál es tu asignatura favorita?

Slide 10 - Tekstslide

Hoe zeg je dat je iets leuk vindt? (25m)
1. Mi asignatura favorita es inglés. (Engels is mijn lievelingsvak.)
2. Me gusta el inglés. (Ik vind Engels leuk.)

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 3

Slide 12 - Tekstslide

Gustar (leuk vinden)
Als je zegt: 'Mi asignatura favorita es Inglés', 
zeg je daarmee dat je Engels het leukste vindt.
Er is nog een andere manier om te zeggen dat je iets leuk vindt.
Je gebruikt dan het werkwoord gustar (leuk vinden).

1. Estudiar: gram. nr. 33.
2. Practicar: Werkboek p.17 oef 1 en 2 
3. Tekstboek p.36 oef 3

Slide 13 - Tekstslide

Los deberes
Leren: vocab 2.3 S-N + gram nr. 8 (bezitt. vnw) + gram. nr. 33 (gustar) ;

Maken:  
Voc. p.11-12 oef 25bc + 26 (verbos regulares); voc. p. 7 oef 2-3 (bezitt. vnw.); voc. p. 17 oef 1 + 2

Slide 14 - Tekstslide

1. Wat vind je moeilijk aan dit hoofdstuk?
2. Wat gaat er al heel goed?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide