In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Ondernemen + Marktonderzoek
Slide 2 - Tekstslide
Sommige startende ondernemers schrijven een ondernemingsplan. Een ondernemingsplan bestaat uit drie onderdelen. Wat is niet één van deze drie vaste onderdelen?
A
Persoonlijk plan
B
Omgevingsplan
C
Marketing plan
D
Financieel plan
Slide 3 - Quizvraag
Koppel de juiste omschrijving aan de principes van effectuation. 1. Bird in the hand 2. Affordable loss 3. Crazy quilt 4. Lemonade 5. Pilot in the plane
a. Bepaal je eigen toekomstperspectief en kansen. b. Profiteer van onverwachte situaties. c. Begin klein en snel met het uitvoeren van jouw idee en de middelen die je hebt. d. Gebruik je netwerk om vaardigheden die je zelf niet bezit aan te vullen. e. Bepaal hoeveel risico je wilt lopen.
A
1 = c, 2 = e, 3 = b, 4 = a, 5 = d
B
1 = d, 2 = e, 3 = c, 4 = b, 5 = a
C
1 = d, 2 = c, 3 = e, 4 = a, 5 = b
D
1 = c, 2 = e, 3 = d, 4 = b, 5 = a
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
De onderneming Thuisleveren bezorgt maaltijden supersnel bij de consument thuis. Om dit te kunnen doen maakt dit bedrijf gebruik van zogenaamde 'riders'. Dit zijn bezorgers die op elektrische fietsen de maaltijden afleveren. Alle riders die voor Thuisleveren maaltijden bezorgen zijn zzp'er en dus niet in vaste dienst.
Van welk soort transactie is sprake tussen Thuisleveren en een rider?
A
C2C
B
C2B
C
B2C
D
B2B
Slide 6 - Quizvraag
A
1 = field, 2 = desk, 3 = kost veel tijd en is duur
B
1 = field, 2 = desk, 3 = betrouwbaarheid van bronnen kan onduidelijk zijn
C
1 = desk, 2 = field, 3 = kost veel tijd en is duur
D
1 = desk, 2 = empirisch, 3 = betrouwbaarheid van bronnen kan onduidelijk zijn
Slide 7 - Quizvraag
Ondernemingen kunnen verschillende strategieën toepassen bij klantsegmentatie:
1. Een online reiswinkel richt zich alleen op jongeren die op een duikvakantie willen. 2. Een winkelketen verkoopt goedkope kleding en probeert de hele markt te bereiken met één marketingstrategie. 3. Een producent van frisdrank richt zich op meerdere verschillende marktsegmenten en gebruikt daarvoor steeds een andere marketingstrategie.
Geef per strategie aan welke vorm van marketing gebruikt wordt.
A
1 = geconcentreerde, 2 = ongedifferentieerde, 3 = direct