Regeling Opfrissen

Regeling
Even wat opfrissen


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Regeling
Even wat opfrissen


Slide 1 - Tekstslide

Alvleesklier
Glucose
Glycogeen
Insuline
Glucagon
Bloedsuikerpsiegel gaat omlaag
Bloedsuikerpsiegel gaat omhoog
Lever

Slide 2 - Sleepvraag

Dendriet
Cellichaam
Kern
Axon
Myelineschede
Synaps

Slide 3 - Sleepvraag

Welke type zenuw cel ligt volledig in het centrale zenuwstelsel?
A
Sensorische zenuwcellen
B
Schakel zenuwcellen
C
Motorische zenuwcellen

Slide 4 - Quizvraag

Welke soort
zenuwcel bevindt bij 1?
A
Sensorische zenuwcel
B
Motorische zenuwcel
C
Schakelcel
D
Zowel sensorisch als motorisch

Slide 5 - Quizvraag

Welk type zenuwcel zorgt ervoor dat spieren aangestuurd worden?
A
Bewegingszenuwcel (motorisch)
B
Gevoelszenuwcel (sensorisch)

Slide 6 - Quizvraag

Welk deel van een zenuwcel leidt impulsen van het cellichaam af?
A
Dendriet
B
Axon

Slide 7 - Quizvraag

Welk type zenuwcel vervoert de impulsen vanaf de zintuigen naar het centrale zenuwstelsel?
A
Schakelcel
B
Gevoelszenuwcel
C
Bewegingszenuwcel
D
Spiercel

Slide 8 - Quizvraag

Geef de juiste volgorde van cellen die betrokken zijn bij een reflex
A
bewegingszenuwcel, schakelcel, gevoelszenuwcel
B
bewegingszenuwcel, gevoelszenuwcel
C
gevoelszenuwcel, schakelcel, bewegingszenuwcel
D
gevoelszenuwcel, bewegingszenuwcel

Slide 9 - Quizvraag

Het animale zenuwstelsel regelt vooral:
A
de hartslag
B
de spijsvertering
C
de werking van skeletspieren
D
de werking van de nieren

Slide 10 - Quizvraag

Het autonome zenuwstelsel bestaat uit 2 delen: para en orthosympatisch. Welk deel zorgt ervoor dat je lichaam in rust komt?
A
parasympatisch
B
orthosympatisch

Slide 11 - Quizvraag

De impuls kan doorgegeven worden van cel..
A
A naar B
B
B naar A
C
van A naar B en terug

Slide 12 - Quizvraag

Welk nummer wijst neurotransmittors aan?
A
nummer 2
B
nummer 3
C
nummer 5
D
nummer 8

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de (biologische) term voor de hormonale regeling zoals die door de pijlen 1 en 2 in bron 1 wordt aangegeven?

HT = hypothalamus
H = hypofyse
S = schildklier
A
Positieve feedback
B
Negatieve feedback
C
Regeling
D
Doorstroming

Slide 14 - Quizvraag

Vanuit je gehoororgaan loopt de gehoorzenuw naar het centrale zenuwstelsel.
Wat voor zenuw is de gehoorzenuw?

A
een bewegingszenuw
B
een gevoelszenuw
C
een gemengde zenuw

Slide 15 - Quizvraag

De zenuw in de carpale tunnel in de hand is een gemengde zenuw.
Geleidt deze zenuw impulsen naar de vingers toe? En geleidt deze zenuw impulsen vanuit de vingers in de richting van de pols?
A
beide
B
alleen naar de vingers toe
C
alleen vanuit de vingers in de richting van de pols.

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een impuls
A
een elektrisch signaaltje door een zenuw
B
een verandering in de omgeving
C
een verandering in de omgeving die je kunt waarnemen
D
een elektrisch signaaltje door de zenuw die je kunt waarnemen

Slide 17 - Quizvraag

De met rabiës besmette hond beet één van de kinderen in een arm. Het virus kwam in een armspier terecht en verplaatste zich via uitlopers in een gemengde zenuw naar het centraal zenuwstelsel.
Waar in het centraal zenuwstelsel komt het virus dan als eerste terecht?
A
in de grote hersenen
B
in de kleine hersenen
C
in de hersenstam
D
in het ruggenmerg

Slide 18 - Quizvraag

Stel dat de zenuw op plek 2 onderbroken wordt. Wat kan hiervan het gevolg zijn?
A
geen gevoel meer in de linker arm
B
een deel van de spieren in de linker arm is verlamd
C
geen gevoel meer in de rechterarm
D
een deel van de spieren in de rechter arm is verlamd

Slide 19 - Quizvraag

Met welk nummer is de grijze stof in het ruggenmerg weergegeven?
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 20 - Quizvraag

Welke cellen bevinden zich in deel 9?
A
alleen schakelcellen
B
alleen gevoelszenuwcellen
C
Alleen bewegingszenuwcellen
D
zowel schakel als bewegingszenuwcellen

Slide 21 - Quizvraag

Met mijn basiskennis van dit thema zit het wel goed...
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll