Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Werkwoordspelling diversen STL-LS BOL 14 dec 2023, BBL jan 2024
Werkwoorden
LT
diversen
1 / 29
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Werkwoorden
LT
diversen
Slide 1 - Tekstslide
In welke zin is het werkwoord
FOUT gespeld.
A
De brandweer bestrijdt de brand zo goed mogelijk.
B
De radio zendt de hele dag nieuwsberichten uit
C
Hij vond zijn verloren horloge gelukkig weer terug.
D
Over de hele weg lagen de bladeren verspreidt.
Slide 2 - Quizvraag
1. Bran…. (tt) jij je vingers?
A
Brand
B
Brandde
C
Brandt
D
Brant
Slide 3 - Quizvraag
2. Bran…. (tt) je broer zijn vingers?
A
Brand
B
Brandde
C
Brandt
D
Brant
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de ..... van de batterij?
A
grote
B
grootte
Slide 5 - Quizvraag
3. Vorig jaar bra….en (braden, vt) ze in dat restaurant alles met roomboter.
A
braadden
B
braaden
C
braden
D
bradden
Slide 6 - Quizvraag
4. Vroeger kos….. (kosten, vt) zo’n schrift een paar cent.
A
koste
B
kosten
C
kostte
D
kost
Slide 7 - Quizvraag
Wat zijn de plus en min punten van het orderverwerkingssysteem?
A
goed
B
fout
Slide 8 - Quizvraag
5. Maria verwach….e (verwachten, vt) een e-mailbericht van mij.
A
verwachte
B
verwachten
C
verwachtte
D
verwacht
Slide 9 - Quizvraag
In welke zin is het werkwoord
FOUT gespeld.
A
De dokter verbind de wond meteen.
B
Hij heeft veel geld aan dvd's besteed.
C
Marnix beantwoordde mijn brief.
D
Red jij de aangespoelde zeehondjes?
Slide 10 - Quizvraag
6. De verwach…e post kwam maar niet.
A
verwachte
B
verwachten
C
verwachtte
D
verwacht
Slide 11 - Quizvraag
7. Uiteindelijk ontving zij de te verwach…(verwachten) post
A
verwachte
B
verwachtte
C
verwachtten
D
verwachten
Slide 12 - Quizvraag
Dit is een goeie oefening.
A
goed
B
fout
Slide 13 - Quizvraag
In welke zin zijn beide werkwoorden GOED gespeld?
A
Omdat ons huis bijna instorte, zijn we snel verhuisd.
B
Omdat ons huis bijna instorte, zijn we snel verhuist.
C
Omdat ons huis bijna instortte, zijn we snel verhuisd.
D
Omdat ons huis bijna instortte, zijn we snel verhuist.
Slide 14 - Quizvraag
8. Heeft hij de gehele dag .... ?
A
gegamed
B
gegamet
C
gegamd
D
gegamt
Slide 15 - Quizvraag
In welke zin is het werkwoord
FOUT gespeld.
A
Bekleedde Mozart een positie aan het hof?
B
De kweker plante een rij violen.
C
Onthoud je wel wat ik zeg?
D
Waarom moest jij de verrassing verpesten?
Slide 16 - Quizvraag
9. Bran…. (tt) de open haard goed?
A
Brand
B
Brandde
C
Brandt
D
Brande
Slide 17 - Quizvraag
10. Wie bie….. (bieden, tt) daar geld voor?
A
bied
B
biedt
Slide 18 - Quizvraag
In welke zin zijn beide werkwoorden GOED gespeld?
A
Reisden jouw neefjes alleen of werden ze vergezeld?
B
Reisden jouw neefjes alleen of werden ze vergezelt?
C
Reizden jouw neefjes alleen of werden ze vergezeld?
D
Reizden jouw neefjes alleen of werden ze vergezelt?
Slide 19 - Quizvraag
11. Bie… (bieden, tt) jij daar dan wel wat voor?
A
Bied
B
Biedt
Slide 20 - Quizvraag
12. Voor zulke rommel bie… (bieden, tt) ik niets.
A
biedt
B
bied
Slide 21 - Quizvraag
14. Heeft hij de foto ...
A
gedeleted
B
gedeletet
Slide 22 - Quizvraag
Dit is een hele goede telefoon.
A
goed
B
fout
Slide 23 - Quizvraag
15. Wij konden niet langer wach…en.
A
wachten
B
wachtten
Slide 24 - Quizvraag
19. Die automobilist beschadig… (beschadigen, tt) regelmatig een geparkeerde auto.
A
beschadigd
B
beschadigen
C
beschadigdt
D
beschadigt
Slide 25 - Quizvraag
Deze auto is even snel ... een Tesla.
A
dan
B
als
Slide 26 - Quizvraag
22. Zij ….. (deleten) gisteren per ongeluk haar werkstuk.
A
delete
B
deletete
C
deletet
D
deletetet
Slide 27 - Quizvraag
23. Gisteren heeft hij dit nog …… (e-mailen).
A
ge-e-maild
B
geemaild
C
ge-emailed
D
gemaild
Slide 28 - Quizvraag
24. Ireen is als eerste ….. (finishen)
A
gefinishd
B
gefinished
C
gefinishet
D
gefinisht
Slide 29 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Werkwoordspelling diversen MTL2, 3 sept 2020
Januari 2023
- Les met
19 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 4
werkwoordspelling bijvoeglijk naamwoord
November 2021
- Les met
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
werkwoordspelling bijvoeglijk naamwoord
November 2021
- Les met
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
werkwoordspelling bijvoeglijk naamwoord
April 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Werkwoordspelling MTL, 5-11-2019
November 2019
- Les met
14 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
werkwoordspelling bijv. nw mtl1, 28 sept 2021
Januari 2023
- Les met
13 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
LessonUp workshop
November 2019
- Les met
25 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Uitleg en oefenen (Engelse) werkwoorden
November 2023
- Les met
34 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2,3