H5: Voorkennis en 5.1/ Kwadraten, Wortels en Machten - 2M

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Voorkennis H5
● Nieuwe theorie
● Afsluiting en huiswerk
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar:
- aantekeningenschrift
- rekenmachine
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Start geen nieuwe vergadering
Accepteer 
in LessonUp c
deze les. Als het c
kan o
p een 2e device.
Welkom   wiskunde!
Stel je camera, microfoon en profielfoto
goed

in.
Wat gaan we doen?
● Lesdoel bespreken 
● Voorkennis H5
● Nieuwe theorie
● Afsluiting en huiswerk
bij
We gaan zo starten.
Leg klaar:
- aantekeningenschrift
- rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Je weet wat een kwadraat is en kunt deze uitrekenen.

 Je kent de rekenvolgorde en kunt deze toepassen.

 Je weet wat een wortel in de wiskunde is
en kunt deze uitrekenen.

 Je kunt bovenstaande gecombineerd gebruiken,
ook bij berekeningen met formules.


H5: Machten, wortels en verbanden:

VK: Kwadraat en wortel
5.1: Machten
5.2: Volgorde & deelstreep
5.3: [H] Wortels herleiden
5.4: Lineaire formules met 
        haakjes
5.5: Formules met een
        deelstreep
5.6: Formules met
       kwadraten
5.7: Formules met wortels
5.8: Periodieke grafiek

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Je weet wat een macht en daarmee het grondtal
en de exponent is.
Ook kun je machtsverheffen,
eventueel met de rekenmachine.

Je kent de rekenvolgorde met machten er bij in
en kunt deze toepassen.

H5: Machten, wortels en verbanden:

VK: Kwadraat en wortel
5.1: Machten
5.2: Volgorde & deelstreep
5.3: [H] Wortels herleiden
5.4: Lineaire formules met 
        haakjes
5.5: Formules met een
        deelstreep
5.6: Formules met
       kwadraten
5.7: Formules met wortels
5.8: Periodieke grafiek

Slide 3 - Tekstslide


Reken uit:
42

Slide 4 - Open vraag

Kwadraten
42=44=16
132=

Slide 5 - Tekstslide

Kwadraten
42=44=16
132=1313=

Slide 6 - Tekstslide

Kwadraten
42=44=16
132=1313=169

Slide 7 - Tekstslide

Kwadraten
42=44=16
132=1313=169
23,82=

Slide 8 - Tekstslide

Kwadraten
42=44=16
132=1313=169
23,82=

Slide 9 - Tekstslide

Kwadraten
42=44=16
132=1313=169
23,82=566,44

Slide 10 - Tekstslide

Kwadraten die je uit je hoofd                          moet kennen.
12 = 1 x 1 = 1

Slide 11 - Tekstslide

Kwadraten
12 = 1 x 1 = 1
22 = 2 x 2 = 4

Slide 12 - Tekstslide

Kwadraten
12 = 1 x 1 = 1
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9

Slide 13 - Tekstslide

Kwadraten
12 = 1 x 1 = 1
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16

Slide 14 - Tekstslide

Kwadraten
12 = 1 x 1 = 1
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25

Slide 15 - Tekstslide

Kwadraten
12 = 1 x 1 = 1
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49

Slide 16 - Tekstslide

Kwadraten
82 = 64
92 = 81
102 = 100
112 = 121
122  = 144
132 = 169
14=196

Slide 17 - Tekstslide

Kwadraten
152 = 225
202 = 400
252 = 625
302 = 900
402 = 1600
502 = 2500

Slide 18 - Tekstslide

Reken uit:
100

Slide 19 - Open vraag

Wortels
Wortels zijn het omgekeerde 
van kwadraten.
                             want 4 x 4 = 16
                               want 13  13 = 169

16=4
169=13

Slide 20 - Tekstslide

Wortels
Wortels zijn het omgekeerde
van kwadraten.
16=4
169=13
83=

Slide 21 - Tekstslide

Wortels
Wortels zijn het omgekeerde
van kwadraten.
16=4
169=13
83=

Slide 22 - Tekstslide

Wortels
Wortels zijn het omgekeerde
van kwadraten.
16=4
169=13
83=9,1104...

Slide 23 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
want 1 x 1 = 1

Slide 24 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
4=2
want 1 x 1 = 1
want 2 x 2 = 4

Slide 25 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
4=2
want 1 x 1 = 1
want 2 x 2 = 4
9=3
want 3 x 3 = 9

Slide 26 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
4=2
want 1 x 1 = 1
want 2 x 2 = 4
9=3
16=4
want 3 x 3 = 9
want 4 x 4 = 16

Slide 27 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
4=2
want 1 x 1 = 1
want 2 x 2 = 4
9=3
16=4
25=5
want 3 x 3 = 9
want 4 x 4 = 16

Slide 28 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
12 = 1 x 1 = 1                                                              
22 = 2 x 2 = 4
32 = 3 x 3 = 9
42 = 4 x 4 = 16
52 = 25
62 = 36
72 = 49
1=1
4=2
want 1 x 1 = 1
want 2 x 2 = 4
9=3
16=4
25=5
36=6
49=7
want 3 x 3 = 9
want 4 x 4 = 16

Slide 29 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
82 = 64
92 = 81
102 = 100
112 = 121
122  = 144
132 = 169
14=196
196=14
169=13
144=12
121=11
100=10
81=9
64=8

Slide 30 - Tekstslide

Kwadraten               Wortels
152 = 225
202 = 400
252 = 625
302 = 900
402 = 1600
502 = 2500
225=15
400=20
625=25
900=30
1600=40
2500=50

Slide 31 - Tekstslide

Rekenvolgorde
1.

2.

3.

4.



Haakjes wegwerken
Vermenigvuldigen en delen. (L naar R)
Optellen en aftellen (L naar R)
Kwadrateren en worteltrekken.

Slide 32 - Sleepvraag

5.1: Machten
34
Macht
Exponent
Grondtal

Slide 33 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 

Slide 34 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 

Slide 35 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Slide 36 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Slide 37 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Op de rekenmachine:

Slide 38 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Op de rekenmachine:

Slide 39 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Op de rekenmachine:
4 ^ 3 =

Slide 40 - Tekstslide

5.1: Machten
42 betekent dus 4 × 4.
Wat zou 43 betekenen? 
43 = 4 × 4 × 4 = 64

Op de rekenmachine:
4 ^ 3 = 64

Slide 41 - Tekstslide

5.1: Machten
27  = 2×2×2×2×2×2×2 of op de rekenmachine 2 ^ 7

Slide 42 - Tekstslide

5.1: Machten
27  = 2×2×2×2×2×2×2 of op de rekenmachine 2 ^ 7
2= 128

Slide 43 - Tekstslide

Bereken:
185

Slide 44 - Open vraag

. . .
. . .
. . .
Exponent
Grondtal
Grondgetal
Macht

Slide 45 - Sleepvraag

Rekenvolgorde
1.

2.

3.

4.



Haakjes wegwerken
Vermenigvuldigen en delen. (L naar R)
Optellen en aftellen (L naar R)
Machten, Kwadrateren en worteltrekken.

Slide 46 - Sleepvraag

Huiswerk week 48

Maken van H5:

blz. 10-11: opg. 1 t/m 8 (havo ook 9)

blz. 12-14: opg. 1 t/m 11

blz. 15 t/m 17: opg. 15 t/m 19 + E-17


Nakijken en verbeteren:

Alles wat je tot nu toe gemaakt hebt











Boek deel 2

Slide 47 - Tekstslide