Chapitre 6 helemaal + Chapitre 5 bron H

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 2

Grammaire 

- een vraag stellen 

- het vraagwoord quel

- het werkwoord prendre, comprendre en apprendre

Een vraag stellen

- Op welke drie manieren kun je een vraag stellen?

Een vraag stellen

- Elle est gentille? 
- Tu es sportif?

- Est-ce qu'elle est gentille? 
- Est-ce que tu es sportif? 

- Welke vraagwoorden zijn er?

Welke vraagzinnen zijn goed?
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

1. Il fait du foot.
2. Est-ce qu'il fait du foot?
3. Il fait du foot?
4. Il fait du foot est-ce que?

Welke vraagzinnen zijn correct?
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

1. Tu as un téléphone?
2. Est ce que tu as un téléphone?
3. Est-ce qu' tu as un téléphone?
4. Est-ce que tu as un téléphone?

Welke vraagzinnen zijn goed?
Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.

1. Tu es malade?
2. Est-ce que tu es malade?
3. Tu es est-ce que malade?
4. Tu es malade est-ce que?

	Wie
	Waarom
Qu'est-ce que
	Waar
Quand
	Hoe

De vraagwoorden

Qui

Pourquoi

Wat

Wanneer 

Où

Comment

Welk vraagwoord ontbreekt?
Tu as ... de matières? J'ai neuf matières.

1. quand
2. pourquoi
3. qui
4. combien

Welk vraagwoord ontbreekt?
Tu habites ...? J'habite à Caen.

1. qui
2. combien
3. où
4. quand

Welk vraagwoord ontbreekt?
Ton anniversaire, c’est ... ? Mon anniversaire c'est le trois décembre.

1. pourquoi
2. qui
3. combien
4. quand

Ik beheers het onderwerp 'een vraag stellen'

0100

Het vraagwoord 'quel'

- Wat betekent het werkwoord 'quel'?

- Welke vier vormen van 'quel' zijn er?

Het vraagwoord 'quel'

- Betekenis: Altijd welke tenzij ‘quel’ gevolgd wordt door ‘est’ of ‘sont’.

 

Quel: mannelijk enkelvoud

Quelle: vrouwelijk enkelvoud

Quels:  mannelijk meervoud

Quelles:  vrouwelijk meervoud

Vul de juiste vorm van 'quel' in.
______ est le prix d'un CD?

Vul de juiste vorm van 'quel' in.
______ filles sont dans ta classe?

Vul de juiste vorm van 'quel' in.
______ est ton nom?

Vul de juiste vorm van 'quel' in.
______ est ta matière préférée?

Ik beheers het onderwerp 'het vraagwoord quel'

0100

 Het werkwoord prendre, comprendre en apprendre

- Wat zijn de vertalingen van prendre, comprendre en apprendre?

- Hoe vervoeg je het werkwoord prendre in 

de présent? 

- Hoe vervoeg je het werkwoord prendre in

de passé composé?

prendre (nemen) - apprendre (leren) - comprendre (begrijpen)

Présent                                                      Passé composé

(prendre, présent) Nous......................

(apprendre, présent) Il ......................

(prendre, présent) Elles ......................

(comprendre, présent) Je ......................

(prendre, passé composé)
Marion ......................

(apprendre, passé composé)
Vous ......................

(prendre, passé composé)
Tu ......................

(comprendre, passé composé)
On ......................

Ik beheers het onderwerp 'prendre, apprendre en comprendre in de présent en passé composé'

0100