BK1A Kerstkaartjes schrijven

Welkom

1. Ga zitten volgens de plattegrond en blijf zitten tijdens de les.
Nederlands
2. Op je tafel liggen:
Leesboek, Lesboek, Schrift en je Pen.
3. Als de docent praat ben je stil!
Luister naar elkaar.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom

1. Ga zitten volgens de plattegrond en blijf zitten tijdens de les.
Nederlands
2. Op je tafel liggen:
Leesboek, Lesboek, Schrift en je Pen.
3. Als de docent praat ben je stil!
Luister naar elkaar.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning vandaag 9 december 2024
  1. Leesmoment
  2. Woorden van de week;
  3. Zelfstandig Kerstkaartjes schrijven;
  4. Reflectie op de lesdoelen;
  5. Afsluiter met spel Lingo.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
10:00
10 minuten in stilte zelfstandig lezen.

1

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantekeningen maken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord alsof?



Voorbeelden?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woord 1: Alsof
Het woord 'alsof' gebruik je om te doen "net zoals iets is," maar eigenlijk is het niet echt zo. Je gebruikt het bijvoorbeeld om een vergelijking te maken of iets te verzinnen.
 weten het niet zeker.


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden: "Alsof"
Hier zijn een paar voorbeelden:
"Hij doet alsof hij ziek is."
→ Dat betekent: Hij is niet echt ziek, maar hij doet net alsof.
"Het lijkt alsof het gaat regenen."
→ Dat betekent: Het lijkt erop dat het gaat regenen, maar weten het nog niet zeker.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent behoefte hebben aan?



Voorbeelden?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woord 2: Behoefte hebben aan
De woorden 'behoefte hebben aan' betekenen dat je iets nodig hebt of dat je ergens zin in hebt. Het is iets wat je wilt of waar je niet zonder kunt.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden va behoefte hebben aan
"Ik heb behoefte aan water."
→ Dat betekent: Ik heb water nodig, bijvoorbeeld omdat ik dorst heb.
"Na een lange dag heb ik behoefte aan rust."
→ Dat betekent: Ik wil graag rust, omdat ik moe ben.
Als je zegt dat je ergens behoefte aan hebt, vertel je wat je nodig hebt of graag wilt.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Ik kan goed een kerstkaart schrijven.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gaan in de klas kerstkaarten schrijven. 
Denk aan de naam, een vriendelijk bericht/wens en je eigen naam.
Eerst lever je een voorbeeld in en daarna doe je het op een kaart die je aan iemand naar keuze geeft.
Denk aan oma/opa/ouder/vriend(in)/
klasgenoot/docent/mentor.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de rebus goed!

Slide 14 - Tekstslide

den
kersen
boot
dop
tulp
tenen
Kerstkaarten

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lees
De teksten en de opdrachten goed.
Maak
Maak opdracht 1 t/m 6 van blz. 222 t/m 223 van cursus Spelling, paragraaf 5.
Hoe
Zelfstandig en met een fluisterstem in je boek of schrift, je mag fluisterend  vragen stellen aan je docent.
Tijd
20 minuten
Klaar?
1. Laat je werk zien aan de docent, we gaan het als de timer klaar is nakijken;
2. Maak een samenvatting van de theorie (groene blokken) van cursus Spelling;
2. Ga puzzelen vanaf blz. 236.
Leerdoelen: 
1. Verkleinwoorden spellen.
timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies