WRE 2TN - Cursus Spelling - §2 Hoofdletters

Maak de opdracht die op je tafel ligt
Leg je materiaal klaar op tafel (boek en schrift)
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§2 Hoofdletters
Voordat we beginnen:
WELKOM 2TN
timer
5:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Maak de opdracht die op je tafel ligt
Leg je materiaal klaar op tafel (boek en schrift)
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§2 Hoofdletters
Voordat we beginnen:
WELKOM 2TN
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
Cursus 1 - Meer dan lezen
1. Lesdoelen
2. Opdracht bespreken
3. Uitleg: hoofdletters
4. Samen oefenen
5. Zelfstandig werken
6. Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

  • Je leert hoofdletters op de juiste manier te gebruiken.
  • Je begrijpt waarom hoofdletters een tekst beter leesbaar maken.
Lesdoelen

Slide 3 - Tekstslide

STARTOPDRACHT BESPREKEN
Noteer de juiste antwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

HOOFDLETTERS
  • Je begint iedere zin met een hoofdletter;
  • Feestdagen;
  • Merknamen &  bedrijfsnamen;
  • Namen schrijf je ook met een hoofdletter; 
  • (Uitleg volgende bladzijde).

Slide 5 - Tekstslide

Namen met een hoofdletter:
Aardrijkskundige namen:
Nederland, Almere , Flevoland, Oostvaardersplassen, de Rijn, Europa
Namen van personen en dieren:
Marieke Hermans, K. Visser, mevrouw Brand, Simone de Klein, konijn Flappie, tante Truus, Henk van Hemert
Feestdagen:
Pasen, Suikerfeest, Koningsdag 


Slide 6 - Tekstslide

Let op!
  • Géén hoofdletter bij: zon, maan en sterren. 
  • Namen van dagen, maanden en seizoenen.

  • Tussenvoegsel (zoals van, de, van der)  bij een naam = kleine letter:        
  • Pieter de Jong,  G. van der Valk, Simon van de Misse.

  • Afleidingen van feestdagen ook géén hoofdletter:                                          
  • paasei, kerstboom, kerstbal, nieuwjaarsborrel.

Slide 7 - Tekstslide

Waar zijn de hoofdletters goed gebruikt?
A
Op Maandag 3 Maart ben ik vrij!
B
Op maandag 3 Maart ben ik vrij!
C
Op maandag 3 maart ben ik vrij!
D
op maandag 3 maart ben ik Vrij!

Slide 8 - Quizvraag

Waar is de volgende naam goed geschreven?
janneke de boer

A
Sven van der Meer
B
Sven Van der Meer
C
Sven Van Der Meer
D
Sven Van der meer

Slide 9 - Quizvraag

Juist of onjuist geschreven?

Rikard Van der Linde
A
Goed
B
Fout

Slide 10 - Quizvraag


Welke zin is goed geschreven?
A
Mijn lievelingsdier is een Hond.
B
Mijn lievelingsdier is een hond
C
Mijn lievelingsdier is een hond.
D
Mijn Lievelingsdier is een Hond?

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?

In verband met het onweer werd de wedstrijd van zaterdag op sportpark rotterdam verplaatst.

A
onweer
B
wedstrijd
C
sportpark
D
rotterdam

Slide 12 - Quizvraag

Herschrijf de zin met hoofdletters.
bij de plus koopt lola elke pauze een blikje red bull.

Slide 13 - Open vraag

Plaats waar nodig hoofdletters.

het vliegveld van het spaanse eiland is afgesloten

Slide 14 - Open vraag

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
kerstmis
B
december
C
kerstviering
D
kerstboom

Slide 15 - Quizvraag

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
adres
B
postcode
C
nederland
D
woonplaats

Slide 16 - Quizvraag

Zelfstandig werken
Wat:
Cursus Spelling §2 Hoofdletters
Basis: opdracht 1 tot en met 5 op blz. 220-221
Kader: opdracht 1 tot en met 5 op blz. 226-227
Hoe:
Zelfstandig. Zet de antwoorden in je schrift en/of boek.
Hulp:
De 4 B's (poster whiteboard)
Tijd:
Tot de laatste vijf minuten van de les.
Klaar:
Kiezen uit:
- Oefen verder in de online methode
- Lees alvast de theorie op blz. 228 over de komma
ZELFSTANDIG WERKEN

Slide 17 - Tekstslide