2 havo-4e naamval-voornaamwoorden-voorzetsels-ontleden

Bitte Buch auf den Tisch und Handy in das Hotel. Dankeschön!

1 / 28

Slide 1: Tekstslide

DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Lesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Bitte Buch auf den Tisch und Handy in das Hotel. Dankeschön!

Slide 1 - Tekstslide

Die Planung

SO nakijken (inhalers moeten even buiten wachten)
Persoonlijke voornaamwoorden 1e en 4e naamval = komt niet in de toets!
Herhaling: Voorzetsels met de 4e naamval = komt wel in de toets!!
Oefeningen maken
Liedje?

Morgen = laatste les!! Wel vakhulp op vrijdag en/of dinsdag, kom je ook?

-> laatste les: oefentoets en enquête

Slide 2 - Tekstslide

SO nakijken

= inhalers moeten even buiten wachten...

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 1/1

kennen

1. Je kent de persoonlijke voornaamwoorden in de eerste en 4e naamval.

2. Je weet hoe je de 4e naamval vindt.

3. Je kent de voorzetsels in het Duits met een 4e naamval

Slide 4 - Tekstslide

Zinsontleding

1e naamval = onderwerp

4e naamval = lijdend voorwerp

Slide 5 - Tekstslide

Ik kom morgen ook

Heb je ik gezien? of heb je mij gezien?

Slide 6 - Tekstslide

Persoonlijke vnw in de 4e naamval

ich - mich

du - dich

etc.

Heb je mij gezien?

Hast du mich gesehen?

Slide 7 - Tekstslide

Het persoonlijk voornaamwoord in de 1e en 4e naamval, blz 16

> Persoonlijk voornaamwoord

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Ook het vragend voornaamwoord wer verandert in de vierde naamval van vorm.

1. wer ist das?

4. Für wen sind diese Möbel?

Slide 10 - Tekstslide

Hast du (mij) gesehen?

Slide 11 - Open vraag

Hast du (haar) gesehen?

Slide 12 - Open vraag

Kennst du (hem)?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Voorzetsels met 4e naamval

durch, für, ohne , um , bis ,gegen

blz. 16 boek

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Ich gehe durch den Park (door)

Slide 17 - Tekstslide

Die Rose ist für meine Mutter. (voor)

Die Rose ist für .........

Slide 18 - Tekstslide

Ohne mein Geld kann ich nichts kaufen (zonder)

Slide 19 - Tekstslide

Die Kette hängt um ihren Hals. (om)

Slide 20 - Tekstslide

Das Auto fährt gegen einen Baum. (tegen)

Slide 21 - Tekstslide

Das Bett ist viel zu klein für (hem)....

Slide 22 - Open vraag

Für (wie) .....ist dieser Stuhl?

Slide 23 - Open vraag

Aufgaben auf Seite 16/17

Aufgabe 7

Aufgabe 8

Na aflopen timer controle/nakijken

timer

5:00

Slide 24 - Tekstslide