K8 Grammatik BK 'bezit'
1 / 18
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
mijn
jouw
zijn
haar
onze
jullie
hun
uw
mein
dein
sein
ihr
ihr
Ihr
unser
euer
Slide 2 - Sleepvraag
Vertaal de woorden naar het Duits: mijn
Slide 3 - Open vraag
jouw
Slide 4 - Open vraag
zijn
Slide 5 - Open vraag
haar
Slide 6 - Open vraag
ons/onze
Slide 7 - Open vraag
jullie
Slide 8 - Open vraag
uw
Slide 9 - Open vraag
Wanneer krijgt de persoon (bezit) er een E achter?
A
Als er een 'der'-woord achter staat
B
Als er een 'das'-woord achter staat
C
Als er een 'die'-woord achter staat
D
Als er een vrouwelijk woord achter staat
Slide 10 - Quizvraag
Wat is juist? Das is ... Vater.
A
mein
B
meine
Slide 11 - Quizvraag
Das ist ... Mutter
A
mein
B
meine
Slide 12 - Quizvraag
Das ist ... Kind
A
unser
B
unsere
Slide 13 - Quizvraag
Das sind ... Männer
A
euer
B
euere
C
eure
Slide 14 - Quizvraag
Vertaal het woord tussen haakjes:
die Kette - Das ist (mein) ... Kette
die Kette - Das ist (mein) ... Kette
Slide 15 - Open vraag
der Pullover - (jouw) ... Pullover ist schön.
Slide 16 - Open vraag
das Kleid - Ich finde (haar) ... Kleid hässlich.
Slide 17 - Open vraag
die Tasche - Das ist (zijn) ... Tasche.
