Ondersteunen bij de uitscheiding (les5)

Ondersteunen bij de uitscheiding (les 5)
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Ondersteunen bij de uitscheiding (les 5)

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Je kan uitleggen wat er met uitscheiding wordt bedoeld en kan benoemen welke vormen er allemaal zijn.
Je kan vertellen wat een normale uitscheiding is en hoe een zorgvrager zichzelf verzorgt bij een normale uitscheiding?
Je kan uitleggen wanneer de uitscheiding is verstoord.
Je laat zien hoe je volgens protocol iemand de po aanbiedt, ondersteunt naar de po-stoel vanuit bed en een urinaal aanlegt op bed.
Je laat zien hoe je volgens protocol een katheterzak verwisselt en hoe je incontinentiemateriaal verwisselt.
Je kent de theorie omtrent het verwisselen van een katheterzak (wat observeer je van de urine? Wat zijn afwijkingen die je kan zien? Hoe schrijf je die op?

Slide 2 - Tekstslide

Theorie
Uitscheiding is een verzamelterm voor de processen in het lichaam die zorgen voor de afvoer van afvalstoffen. De stofwisseling en de vochtafvoer door de nieren zijn voorbeelden van zulke processen. De nieren en de andere organen die bij de uitscheiding betrokken zijn, heten uitscheidingsorganen. De afvalstoffen verschillen van vorm en verlaten op verschillende manieren het lichaam.

Slide 3 - Tekstslide

Urine
Als (persoonlijk) begeleider kan het voorkomen dat je een cliënt moet ondersteunen bij het urineren. Hierbij kun je gebruikmaken van verschillende hulpmiddelen. Ook kan er een aanleiding zijn om de urine van een cliënt te observeren. Daarnaast kan het zijn dat je urine moet opvangen voor nader onderzoek in het laboratorium.

Slide 4 - Tekstslide

Om urineren te bevorderen, kun je de volgende maatregelen nemen:

Laat de cliënt een zo natuurlijk mogelijke houding aannemen tijdens het plassen.
Laat een waterkraan lopen. Het stromende geluid van water kan het urineren stimuleren.
Zorg voor voldoende privacy.
Gun de cliënt de tijd om te plassen.
Laat de geslachtsorganen spoelen met lauw water.




Slide 5 - Tekstslide

Ondersteunen bij urine-incontinentie
Urine-incontinentie is het onwillekeurig verliezen van urine. Incontinentie is niet typisch een probleem van ouderen. Het komt ook voor bij jongeren, bij cliënten met een verstandelijke beperking en bij cliënten in een revalidatiecentrum. Cliënten met klachten van incontinentie voelen schaamte bij het ongewild verliezen van urine. Ze praten er niet over met anderen in de hoop dat het misschien vanzelf weer overgaat. Ze vermijden het om langere tijd van huis te zijn. Sommige cliënten zie je daardoor zelfs in een isolement geraken.

Slide 6 - Tekstslide

Incontinentiemateriaal

Slide 7 - Tekstslide

Urine observeren en beoordelen
Je kunt de volgende zaken observeren:

frequentie ( hoe vaak plast de client, ziektebeeld, plastablet)
hoeveelheid( hoeveel plast de client)
kleur( rood, thee-kleur, bijna geen kleur)
geur ( sterk, afwijkend)
helderheid en samenstelling.( troebel, vlokken)




Slide 8 - Tekstslide

Feces
Als (persoonlijk) begeleider kun je cliënten tegenkomen die problemen hebben met het uitscheiden van feces (ontlasting). Het kan zijn dat iemand moeite heeft met het uitscheiden van de ontlasting of dat er juist sprake is van incontinentie.

Slide 9 - Tekstslide

Ondersteunen bij defeceren
Een cliënt vindt het vaak ongemakkelijk om een gesprek met jou als (persoonlijk) begeleider te beginnen over zijn ontlastingspatroon. Houd daarom goed rekening met schaamtegevoelens van de cliënt en kies een juist moment om de cliënt hiernaar te vragen.

Slide 10 - Tekstslide

Middelen en werkwijzen waarmee je de dagelijkse gang naar het toilet voor de cliënt kunt bevorderen, zijn:

Aanpassingen in de toiletruimte, zoals een toiletverhoger en armsteunen, voldoende ruimte en een handig te bedienen bel zodat de cliënt kan laten weten dat hij klaar is.
Als een cliënt niet meer mobiel is en in bed op de po moet, ondersteun je de cliënt door hem zo comfortabel mogelijk te helpen. Zet de hoofdsteun omhoog of steun de rug van de cliënt met kussens. Overleg met de cliënt of hij ook de bedhekken omhoog wil hebben om zo veilig mogelijk op de po te zitten. Zorg ervoor dat de cliënt ongestoord kan toiletteren.
Let bij de ondersteuning van de cliënt op je eigen houding en het gebruik van je armen en schouders. Als het voor de cliënt geen probleem is dat een mantelzorger helpt, maak dan gebruik van deze hulp. Ondersteun eventueel de mantelzorger door instructies te geven over een handige werkwijze. Je kunt ook de mantelzorger vragen welke werkwijze altijd wordt gebruikt bij het toiletteren. Mogelijk voelen cliënt en mantelzorger zich daar comfortabeler bij omdat ze deze manier herkennen.
Na het defeceren maak je de anus schoon met toiletpapier en was je hem zo nodig. Het is raadzaam om hierbij wegwerphandschoenen aan te trekken. De geur bestrijd je zo nodig met een luchtverfrissende spray.
Wees bij het opruimen van de po en de ontlasting alert op de hygiëne. Ontlasting van een cliënt kan ook jou besmetten met ziekteverwekkende micro-organismen.




Slide 11 - Tekstslide

Feces observeren en beoordelen
Het kan noodzakelijk zijn om feces en het fecespatroon van een cliënt te observeren. 
frequentie ( patroon)
hoeveelheid 
kleur ( zwart, groen, rood, etc)
geur ( zuur)
samenstelling ( wat zit er in)
consistentie ( Bristol Stool Scale)




Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

kleuren palet

Slide 14 - Tekstslide

 Feces opvangen voor onderzoek
Ontlasting kan worden onderzocht op de volgende afwijkingen:
 

- parasieten die zich binden aan het darmslijmvlies en ontstekingsreacties geven;
- ziekmakende bacteriën door besmet voedsel of water die een bacteriële infectie veroorzaken;
- virussen, zoals het zeer besmettelijke norovirus dat buikgriep veroorzaakt;
- calprotectine, een eiwit dat vrijkomt bij een ontsteking en het prikkelbaredarmsyndroom of de ziekte van Crohn kan aantonen;
- de aanwezigheid van occult bloed; dat betekent dat er bloed verborgen zit in de ontlasting dat niet met het blote oog is waar te nemen. Dit onderzoek vraagt om een speciale voorbereiding.




Slide 15 - Tekstslide

Overige uitscheidingsproducten
  • Transpireren 
  •  Menstruatie
  • Sputum
  • Braaksel

Slide 16 - Tekstslide

Zoek in Vilans en lees de protocollen
- urinaal
- po in bed + achtergrondinformatie uitscheiding!
- toiletbezoek
- braken

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Urinaal
Katheterzak (CAD-zak)

Slide 21 - Tekstslide

Lees de volgende protocollen
- incontinentiemateriaal (ook de achtergrondinformatie!)
- Urineopvangzak verwisselen bij verblijfskatheter (ook de achtergrondinformatie)

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht Incontinentiemateriaal
Bekijk de filmpjes 5.5 over incontinentiemateriaal op:
http://www.goedgebruik.nl/filmpjes

Lees de achtergrondinformatie en bekijk de filmpjes over incontinentie
https://www.zorgvoorbeter.nl/incontinentie

Slide 23 - Tekstslide

maak de verwerkingsopdracht niv. 4 in thieme meulenhof, module 4 ( kopje 3, aanklikken en naar opdrachten)

Slide 24 - Tekstslide

inleiding opdracht
In de zorg ondersteun je regelmatig zorgvragers bij de toiletgang. Het kan zijn dat je iemand begeleid naar het toilet, of dat iemand op bed met behulp van een po of urinaal zijn behoefte moet doen. Het is nu de bedoeling dat jij je gaat verplaatsen in een zorgvrager aan de hand van onderstaande casus. Beantwoord vervolgens de vragen.



Slide 25 - Tekstslide

Opdracht
Stel jij ligt in het ziekenhuis en je moet nodig plassen. Je ligt op een kamer met drie andere zorgvragers. Je bent net geopereerd en kan nog niet naar het toilet lopen. Je hebt op het belletje gedrukt en een verpleegkundige komt jou helpen.
Hoe jij je zou voelen?
Wat vind jij belangrijk in deze situatie?
Welke tips zou jij de professional geven als ze jou gaat helpen bij de toiletgang?

Slide 26 - Tekstslide

Praktijk
Wat ga je oefenen:
- Po op bed aanbieden
- Iemand vanuit bed op de postoel zetten
- Aanleggen urinaal op bed (zie protocol Vilans)

Slide 27 - Tekstslide

In groepjes van drie ga je bovenstaande vaardigheden oefenen. Student 1 is verzorgende, student 2 is zorgvrager en student 3 is observant. Als jullie een vaardigheid hebben afgerond gaan jullie de vaardigheid nabespreken. De zorgvrager vertelt hoe hij of zij de handeling heeft ervaren, de observant geeft 2 complimenten en twee verbeterpunten aan de verzorgende.

Vervolgens wisselen de rollen totdat iedereen alle handelingen heeft gedaan.
Als een groepje vindt dat deze de vaardigheid beheerst, wordt de vaardigheid gedemonstreerd aan de docent.

Slide 28 - Tekstslide

Kennisvragen
Beantwoord eerst onderstaande vragen:

- Wat is incontinentie?
- Welke zorg denk je dat je als zorgverlener biedt bij incontinentie? Noem er minimaal drie.
- Naast lichamelijk zorg biedt je ook psychosociale begeleiding. waarom is  dit zo belangrijk denk je?
- Welke soorten katheters zijn er?
- Wat is een bladderscan?

Je kan ThiemeMeulenhoff en de Vilans site gebruiken als informatiebron.

Slide 29 - Tekstslide

Praktijk
Wat ga je oefenen:
- Verwisselen katheterzak
- Verwisselen incontinentiemateriaal
- Hulp bij braken

Slide 30 - Tekstslide

In groepjes van drie ga je bovenstaande vaardigheden oefenen. Student één is zorgverlener, student twee is zorgvrager en student drie is observant. Als jullie een vaardigheid hebben afgerond gaan jullie de vaardigheid nabespreken. De zorgvrager vertelt hoe hij of zij de handeling heeft ervaren, de observant geeft twee complimenten en twee verbeterpunten aan de zorgverlener.

Vervolgens wisselen de rollen totdat iedereen alle handelingen heeft gedaan.
Als een groepje vindt dat deze de vaardigheid beheerst, wordt de vaardigheid gedemonstreerd aan de docent.

Slide 31 - Tekstslide

E-learning incontinentie
https://www.free-learning.nl/modules/incontinentie-preventie/start.html

Bij 80% goede antwoorden ontvang je een certificaat

Slide 32 - Tekstslide

Over 2 lessen theorietoets
Na vakantie herkansing en praktijktoets.

Slide 33 - Tekstslide