,

doelen 8 en 9

Rekenbingo
Rekenen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Rekenbingo
Rekenen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Som, verschil, product en quotiënt.
Sleep de woorden en de tekens naar het juiste vak.
Som
product
verschil
quotiënt
+
-
x
:
plus
min
keer
delen

Slide 3 - Sleepvraag

Wat is de juiste volgorde van berekenen?
A
vermenigvuldigen/delen, optellen/aftrekken, haakjes
B
Haakjes Vermenigvuldigen/delen Optellen/aftrekken
C
Optellen/aftrekken Vermenigvuldigen/delen Haakjes
D
Haakjes Optellen/aftrekken Vermenigvuldigen/delen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een kwadraat?
A
Een getal keer 2
B
Een getal vermenigvuldigd met een ander getal
C
Een getal gedeeld doorzichzelf
D
Een getal vermenigvuldigd met zichzelf

Slide 5 - Quizvraag

?
?
?
exponent
macht
grondtal

Slide 6 - Sleepvraag

Haakjes
Machten
Vermenigvuldigen en Delen
Optellen en Aftrekken

Slide 7 - Sleepvraag

[?][?]
Breuk =
Teller
Noemer

Slide 8 - Sleepvraag

Wanneer mag je twee breuken optellen of aftrekken?
A
Wanneer de tellers gelijk zijn.
B
Wanneer de noemers gelijk zijn.
C
Er is geen eis.

Slide 9 - Quizvraag

Bij breuken optellen moet je
de breuken gelijknamig maken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag





  • Ga aan de slag met je doelen.
  • Op eigen tempo aan het werk 
  • Elke paragraaf start met een inleidende opdracht - deze staat ook in je boek op de eerste bladzijde van de paragraaf.
  • Elke paragraaf eindigt met een afsluitende opdracht - deze staat ook in je boek, zie afronding.
  • Bij elk doel horen O-opdracht als je het doel nog niet gehaald hebt, U-opdrachten als je het doel gehaald hebt en E-opdrachten als afsluiting van het doel.
  • Zelf je werk serieus nakijken en verbeteren en leren van je fouten!!!








1) Wat is een som, een verschil, een product en een quotiënt?

2) Wat is de juiste volgorde van berekenen?
3) Wat zijn kwadraten en machten?
4) Wat is de juiste volgorde van berekenen bij machten?
5) Hoe werkt bij elkaar optellen, van elkaar halen en vermenigvuldig van decimale getallen?
6) Hoe tel je breuken bij elkaar op en hoe haal je breuken van elkaar af?
7) Hoe vermenigvuldig je breuken?
8) Hoe schrijf je een percentage als breuk en andersom?
9) Hoe schrijf je een percentage als decimaal getal en andersom?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide




Om 50% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 25% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 20% te berekenen deel je het totale aantal door ...

Om 10% te berekenen deel je het totale aantal door ...
10
4
2
5

Slide 14 - Sleepvraag


Als je 10% van iets wilt uitrekenen dan kun je ....
A
Delen door 10
B
Delen door 100
C
Delen door 4
D
Keer 10 doen

Slide 15 - Quizvraag


Als je 25% van iets wilt uitrekenen dan kun je ....
A
Delen door 10
B
Delen door 100
C
Delen door 4
D
Keer 10 doen

Slide 16 - Quizvraag


1/4 deel= ...
A
4%
B
20%
C
25%
D
40%

Slide 17 - Quizvraag


1/10 deel= ...
A
10%
B
100%
C
1%
D
0,1%

Slide 18 - Quizvraag


1/2 deel =
A
50 %
B
40 %
C
25 %
D
12,5 %

Slide 19 - Quizvraag

Maandag 17 april af

Slide 20 - Tekstslide