2.1 Stroomkringen

Klas 2D
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zit 44 slide, met tekstslide en 1 video.

Onderdelen in deze les

Klas 2D

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag
  • Uitleg nieuwe hoofdstuk 
  • Start 2.1 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H2 Elektrische schakelingen
2.1 Stroomkringen
2.2 Stroom en schakelen
2.3 Elektrische energie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leervragen bij 2.1
  1. Wat is nodig voor een elektrische stroom? 
  2. Wanneer loopt er een elektrische stroom?
  3. Hoe teken je een schakeling?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Sidderaal
  • Jaagt met elektriciteit 
  • Stroomstoot kan mens doden

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is nodig voor een elektrische stroom?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische stroom
  • Elektrische appraten gebruiken elektrische energie 
  • Waar haalt jouw laptop energie uit?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stopcontact
  • Staat een spanning op
  • Krijgt spanning van elektriciteitscentrale 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ken je nog meer spanningsbronnen?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanning
  • Spanning = een grootheid, kun je meten 
  • Welke de grootste spanning?
  • Batterij = 1,5.....?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanning
Grootheid: Spanning (U)
Eenheid: Volt (V)

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een spanningsbron?
  • Staat spanning op
  • Als je apparaat op aansluit zorgt spanningsbron ervoor dat er een elektrische stroom ontstaat

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat doet een spanningsbron?
  • Stroom gaat door draad naar apparaat
  • Apparaat neemt energie uit stroom op = VERBRUIKER
  • Door andere draad stroom terug

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag 
Wat: Maken 2.1 BLZ 70 opdracht 1 t/m 6
Hoe: Zelfstandig / samen 
Hulp: 1. Boek  2. Directe buurman of buurvrouw 3. Docent
Tijd: 20 min 
Klaar: 1. Nakijken met boekje 2. Aan mij laten zien 

timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer loopt er een elektrische stroom?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Batterij, draadjes en verbruiker
  • Stroom van + naar - 
  • 2 draadjes

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische stroom
  • is het transport van elektrische energie door een draad
  • De batterij zorgt voor een elektrische stroom
  • Stroom van + naar - 
  • Lamp zet elektriciteit om in ?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische stroom
  • Er kan alleen stroom lopen als er een stroomkring is

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische stroom
  • Er kan alleen stroom lopen als er een stroomkring is

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomkring kan je
onderbreken met 
een schakelaar

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Open stroomkring: elektronen kunnen niet verder
Gesloten stroomkring: elektronen kunnen door 
Wanneer loopt er een elektrische stroom?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zet elektriciteit om in .......?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stroomsterkte
  • Als er een elektrische stroomkring is kan je de stroomsterkte meten
  • Hoeveel stroom erdoorheen gaat = stroomsterkte
  • Grootheid: Stroomsterkte (I)
  • Eenheid: Ampere (A)

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanningsbron: die duwt de elektronen door de stroomkring

Stroomsterkte: de hoeveelheid elektriciteit (elektronen) die in een bepaalde tijd door de stroomkring gaat: meet je in Ampere

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Meer vrachtwagens = stroomsterkte
Vrachtwagen vol geladen = spanning
= stroom
=spanning

Slide 28 - Tekstslide

Meer vrachtwagens = stroomsterkte
Vrachtwagen vol geladen = spanning
Hoe teken je een schakeling?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zien we in de schakeling?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Makkelijk te tekenen?

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schema
Voor elk onderdeel een symbool

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels schakeling tekenen 
Werk altijd met potlood en liniaal
Teken de symbolen juist
Draden tekenen we alleen horizontaal of verticaal
Het schakelschema moet zo overzichtelijk mogelijk zijn


Afstanden in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke afstanden
Posities in het schakelschema zeggen niets over de werkelijke posities

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels tekenen schakelschema

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels tekenen schakelschema

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels tekenen schakelschema

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels tekenen schakelschema

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Branden de lampjes?

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Branden de lampjes?

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat als lampje 1 kapot gaat?

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies