We gaan leren om de basisvorm van verkleinwoorden, zelfstandig naamwoorden, bijvoeglijk naamwoorden en werkwoorden te benoemen.
Kerstballen
Kerstballetje
Slide 2 - Tekstslide
Voorkennis
- Wat is een werkwoord?
- Wat is een zelfstandig naamwoord?
- Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
- Wat is een verkleinwoord?
Slide 3 - Tekstslide
Basisvorm
Voorbeeld
bij een bijvoeglijk naamwoord: zonder -e klein
bij een werkwoord: het hele werkwoord lopen
bij een zelfstandig naamwoord: enkelvoud klas
bij een verkleinwoord: zonder -je, -tje, -etje of -pje bloem
Afgeleide vorm
Voorbeeld
kleine
loopt
klassen
bloemetje
Slide 4 - Tekstslide
De basisvorm is de vorm waarin een woord in het woordenboek staat.
De sneeuwvlokjes vallen uit de lucht.
'Lucht' is een basisvorm. Het staat zo in het woordenboek.
De andere basisvormen zijn:
IK:
De witte sneeuwvlokjes vallen uit de lucht.
Slide 5 - Tekstslide
De basisvorm is de vorm waarin een woord in het woordenboek staat.
De sneeuwvlokjes vallen uit de lucht.
'Lucht' is een basisvorm. Het staat zo in het woordenboek.
De andere basisvormen zijn:
WIJ:
Deze lieve klas heeft bijna vakantie.
Slide 6 - Tekstslide
De basisvorm is de vorm waarin een woord in het woordenboek staat.
De sneeuwvlokjes vallen uit de lucht.
'Lucht' is een basisvorm. Het staat zo in het woordenboek.
De andere basisvormen zijn:
JULLIE:
In je groepje:
Zoek in de tekst zoveel mogelijk afgeleide woorden. Schrijf die op en zet de basisvorm erachter. Laat het blaadje rondgaan zodat iedereen aan de beurt komt.
Doe het zo:
Ik liep naar het leuke winkeltje.
Liep-lopen
Leuke - leuk
Winkeltje - winkel
timer
3:00
Slide 7 - Tekstslide
Dit korte weekje wordt een bijzondere week en donderdag wordt de leukste dag. Dan vieren we Kerst maar voor die tijd moet er nog hard gewerkt worden.
Een paar kinderen gaan oefenen om leuke kerstliedjes te zingen in het grote schoolkoor. Andere leerlingen uit deze leuke groep gaan het kerstverhaal uitbeelden. Er zijn drie koningen, een schattig ezeltje, en natuurlijk de bekende Jozef en Maria.
Om 12 uur gaat iedereen zich thuis klaar maken voor het kerstdiner. Je trekt vast je mooiste kleding aan en je neemt heerlijke gerechten mee. Daar gaan we met elkaar van genieten en aan het einde van de avond begint de lange vakantie voor de kinderen. De juffen moeten vrijdag nog werken maar daarna gaan zij ook genieten van een lekkere, rustige vakantie.