Persoonsvorm verleden tijd van sterke werkwoorden

Welkom 1MHA
Cursus 7:  Werkwoordspelling
§11 Persoonsvorm verleden tijd sterke werkwoorden
Voordat we gaan beginnen:
Log in op LessonUp
Neem je boek voor je 
op blz. 244
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom 1MHA
Cursus 7:  Werkwoordspelling
§11 Persoonsvorm verleden tijd sterke werkwoorden
Voordat we gaan beginnen:
Log in op LessonUp
Neem je boek voor je 
op blz. 244

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Herhaling alle spellingsregels tot nu toe.

Je kunt de persoonsvorm van sterke werkwoorden in de verleden tijd spellen (1F)


Slide 2 - Tekstslide

Welk woord is hier de persoonsvorm?

De hond wordt door de buurman uitgelaten.

Slide 3 - Open vraag

kleven (vt)
Nog altijd […] de kauwgom aan mijn schoen.

Slide 4 - Open vraag

Wij verhui....... (vt) vroeger met regelmaat.

Slide 5 - Open vraag

Is het onderstreepte werkwoord sterk of zwak?
zwak
sterk
Mara en Inge eten zaterdag pizza.
Corneel lacht om een filmpje.
De bergbeklimmers halen de top.
Abe drinkt koffie in de pauze.
Die vraag verbaast mij.

Slide 6 - Sleepvraag

Noem een sterk werkwoord...

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Tekstslide

Morgen leid/leidt de treinstaking vast op veel scholen tot lege lokalen.
A
leid
B
leidt

Slide 9 - Quizvraag

Rijd/Rijdt je broer al lang op die opgevoerde brommer?
A
Rijd
B
Rijdt

Slide 10 - Quizvraag

Door een defecte wekker miste/mistte ik bijna de bus naar school.
A
miste
B
mistte

Slide 11 - Quizvraag

Vrijdagavond besloten/besloot Meike en Hamid pizza's te bestellen.
A
besloten
B
besloot

Slide 12 - Quizvraag

Een uurtje later (rijden) de pizzakoerier de straat al in.
A
rijdt
B
reed
C
reet

Slide 13 - Quizvraag

Opdrachten maken
Blz. 244
Maken opdracht 1 t/m 4

Slide 14 - Tekstslide