Of het zal zijn als met een man die op reis ging, riep zijn dienaren bijeen en het talent dat hij bezat aan hen in beheer gaf. Aan de een gaf hij vijf talent, aan een ander twee, en aan nog een ander één, ieder naar wat hij aankon. Toen vertrok hij. Meteen ging de man die vijf talent ontvangen had op weg om er mee te werken, en zo verdiende hij er vijf talent bij. Op dezelfde wijze verdiende de man die er twee had gekregen er twee bij. Degene die één talent ontvangen had, besloot het talent van zijn heer te verstoppen: hij begroef het.
Na lange tijd keerde de heer van die dienaren terug.
Degene die vijf talent ontvangen had zei: “Heer, u hebt mij vijf talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er vijf bij verdiend.” Zijn heer vond dat voortreffelijk
Degene die twee talent ontvangen had zei: “Heer, u hebt mij twee talent in beheer gegeven, alstublieft, ik heb er twee bij verdiend.” Zijn heer vond dat voortreffelijk
Degene die een talent zei: “Heer, ik wist van u dat u streng bent, en uit angst besloot ik uw talent te begraven. Alstublieft, hier hebt u het terug”
Zijn heer antwoordde hem: “Je bent een slechte, luie dienaar. Neem hem dat talent af en geef het aan degene die er tien heeft. Want wie heeft zal nog meer krijgen, en wel in overvloed, maar wie niets heeft, hem zal zelfs het laatste worden ontnomen. En die luie dienaar, gooi hem eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt.