Verder gebruiken we het koppelteken als:
- de voorvoegsels adjunct, aspirant, assistent, bijna, collega, ex, interim, kandidaat, leerling, meester, niet, non, oud, sint of substituut worden gebruikt;
- klinkers botsen na voorvoegsels van Griekse of Latijnse oorsprong, zoals: anti, loco, pro, pseudo, quasi, semi of vice;
- anderstalige woorden normaal gesproken los worden geschreven.