Je hebt online iets besteld. Iets wat je graag wilt hebben. In plaats van wat je hebt besteld, krijg je iets anders. Dat wil je ook graag hebben, maar hier heb je niet voor betaald.
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet je nog?
Hoe schrijf je een goede mail?
Schrijf de opbouw van een zakelijke e-mail in je schrift.
Je schrijft een mail naar het bedrijf dat een pakket heeft verstuurd.
In de mail:
- Leg je het probleem uit;
- Vertel je dat je deze situatie vervelend vindt;
- Leg je een oplossing voor;
- Vraagt om een termijn voor de oplossing;
- Je bent benieuwd wie de extra kosten voor de verzending gaat betalen;
- Let op de interpunctie en conventies over mails.
Slide 5 - Tekstslide
Wat doe jij?
Je hebt online iets besteld. Iets wat je graag wilt hebben. In plaats van wat je hebt besteld, krijg je iets anders. Dat wil je ook graag hebben, maar hier heb je niet voor betaald.
Slide 6 - Tekstslide
Klaar?
Ga naar cambiumned.nl en oefen met spellingregels.
Slide 7 - Tekstslide
Iedereen klaar?
Bekijk de e-mail van je buurman/-vrouw, wat vind je er goed aan?
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 2
Jij bent nu iemand van de winkel die het foute pakketje heeft verstuurd. Jij reageert op de mail die een klasgenoot naar jou stuurt.