Eindquiz

Nederland in 2050 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Nederland in 2050 

Slide 1 - Tekstslide

Hoe wordt het ruilen van akkers tot grotere akkers ook wel genoemd?
A
Intensieve landbouw
B
Specialisatie
C
Ruilverkaveling
D
schaalvergroting

Slide 2 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij de foto?
A
Smart City
B
Gespecialiseerde voorziening
C
Circulaire materialen
D
Dagelijkse voorziening

Slide 3 - Quizvraag

Welk begrip past bij de omschrijving:
''Beleid om meer woningen te bouwen in en dicht tegen de stad aan.''
A
Verdichting
B
Duurzame steden
C
Herinrichting
D
Compacte stadbeleid

Slide 4 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij de foto?
A
Re-urbanisatie
B
Leefbaarheid
C
Smart City
D
Vergroening

Slide 5 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij de foto?
A
Smart City
B
Gespecialiseerde voorziening
C
Circulaire materialen
D
Dagelijkse voorziening

Slide 6 - Quizvraag

Welk begrip past bij de omschrijving:
''Veranderingen in een arme woonwijk als rijkere mensen er verwaarloosde woningen kopen en opknappen, waardoor de minder welvarende inwoners verdrongen worden.''
A
Gentrificatie
B
Inrichting
C
Ruimtelijke ordening
D
Sociale huurwoning

Slide 7 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij de foto?
A
Smart City
B
Gespecialiseerde voorziening
C
Circulaire materialen
D
Dagelijkse voorziening

Slide 8 - Quizvraag

Hoeveel nieuwe woningen zijn nodig in 2050?
A
0,5 miljoen
B
1 miljoen
C
1,5 miljoen
D
2 miljoen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is geen nadeel van verdichting?
A
Kleine appartementen
B
Dure woningen
C
Geen tuin
D
Minder ruimte voor natuur

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van een smart city?
A
Autoluw
B
Snelweg
C
Automatische verkeerslichten
D
Zonnepanelen

Slide 11 - Quizvraag

Zonnepanelen zijn 100% circulair
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn fossiele brandstoffen?
A
Aardolie
B
wind
C
Aardgas
D
Kolen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het grootste grondstof exportproduct van Nederland
A
Zand
B
Kolen
C
Hout
D
Erts

Slide 14 - Quizvraag

Wat is geen nadeel van intensieve landbouw?
A
Afname boerenbedrijven
B
Trek naar de stad
C
Minder arbeiders
D
Minder machines

Slide 15 - Quizvraag

Welk product is geschikt voor een vertical farm?
A
Sla
B
Runderen
C
Wortels
D
Kersen

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de drempelwaarde?
A
Aantal mogelijke klanten binnen de reikwijdte
B
Minimum bedrag dat je moet uitgeven in een winkel
C
Minimum aantal mensen die nodig zijn voor een voorziening
D
De hoogte van een drempel

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de gemiddelde tijd dat een Nederlander naar werk reist
A
34 min
B
42 min
C
48 min
D
53 min

Slide 18 - Quizvraag

Wat is een duurzamere manier van reizen in plaats van de auto?
A
Vliegtuig
B
Hyperloop
C
Trein
D
Wandelen

Slide 19 - Quizvraag

Waar is vooral sprake van vervoersarmoede?
A
De stad
B
Bij jongeren
C
Het platteland
D
Bij ouderen

Slide 20 - Quizvraag

Waar woon je liever?
A
Stad
B
Platteland

Slide 21 - Quizvraag