19/9: formuleren 5.1 herhaling en 5.3

Welkom!
Pak alvast: leesboek, laptop en Nieuw Nederlands
Laptops blijven nog dicht

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Pak alvast: leesboek, laptop en Nieuw Nederlands
Laptops blijven nog dicht

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Lezen
Herhalen Formuleren 5.1 online
Uitleg Formuleren: zinnen begrenzen
Oefenen met Formuleren

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt zinnen correct begrenzen door grammaticaal goede zinnen te maken én juiste interpunctie toe te passen.
  • Je kunt zinnen correct verbinden door het gebruik van juiste voegwoorden.

Slide 3 - Tekstslide

Herhalen formuleren
  • Online methode > 5.1 correct formuleren
  • Vandaag: zinnen correct begrenzen
  • Lees de theorie door/ bekijk het uitlegfilmpje
  • Maak opdracht 1 t/m 3
  • +- 15 minuten
  • Daarna uitleg 5.3 zinnen begrenzen

Slide 4 - Tekstslide

Zinnen begrenzen
Vanmorgen wilde ik ontbijten ik had niks in huis ik heb onderweg naar school snel nog wat gekocht.

Vanmorgen wilde ik ontbijten, maar ik had niks in huis. Ik heb toen onderweg naar school snel nog wat gekocht.

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdzinnen verbinden 1
  • Vandaag gaat Peter naar de bibliotheek. Hij heeft zijn boeken al weer uit.
  • Vandaag gaat Peter naar de bibliotheek, want hij heeft zijn boeken al weer uit.
  • Gebruik de nevenschikkende voegwoorden en, of, maar, want en dus om hoofdzinnen te verbinden. 
  • Plaats een komma voor de voegwoorden maar, want en dus.

Slide 6 - Tekstslide

Hoofdzinnen verbinden 2
  • Gebruik een puntkomma (;) als twee hoofdzinnen inhoudelijk nauw met elkaar samenhangen. 
  • Bijna dezelfde functie als de punt; hij sluit de zin af.
  • De mededeling na de puntkomma is vaak net niet belangrijk genoeg om in een aparte zin op te nemen.
  • 'We hebben een mooie zomer gehad; vooral augustus was heerlijk zonnig.'

Slide 7 - Tekstslide

Hoofdzinnen verbinden 3
  • Gebruik de dubbele punt (:) om twee zinnen te verbinden, als de tweede zin een verklaring bevat bij de eerste zin. 
  • Je kunt in plaats van de dubbele punt dan namelijk of want denken.
  • 'Mijn vrienden hadden een topavond in het stadion: hun club heeft weer gewonnen.'

Slide 8 - Tekstslide

Hoofd- en bijzinnen verbinden
  • Ik heb maar een regenpak aangetrokken. Omdat het is gaan regenen. (?)
  • Gebruik onderschikkende voegwoorden, zoals als, dat, doordat, hoewel, mits, nadat, omdat, terwijl, tenzij, tot, toen, voordat, zodat, zodra. 
  • Plaats voor het voegwoord een komma en schrijf de bijzin niet als losse zin!

Slide 9 - Tekstslide

Let op de leesbaarheid!
  • Verbind zinnen aan elkaar met voegwoorden, puntkomma of dubbele punt, maar:
  • Maak je zinnen niet te lang! 
  • Gemiddeld 20 woorden per zin
  • Varieer: wissel langer en kort met elkaar af

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen!
  • 5.3: opdracht 1 (blz. 156-157)
  • Je mag de verwoording van de zinnen en volgorde van de woorden ook wat aanpassen
  • Kijk de opdracht zelf na > antwoorden in Classroom
  • Klaar? Herhaal de theorie voor de so/ oefen met de opdrachten (7.1 t/m 7.3, 7.7 en 7.8)
  • Of ga lezen in je boek

Slide 11 - Tekstslide

Even checken
Ik heb makkelijke schoenen aangedaan: omdat we vandaag veel gaan wandelen.

Waarom is dit grammaticaal niet correct?

Slide 12 - Tekstslide

Vooruitblik
  • Volgende les: Formuleren 5.5 (verwijswoorden) & herhalen
  • Dinsdag 26/9: so > zie leerstof in Magister
  • Boekopdracht 27/9: leesboek, NN en aantekeningen mee
  • Toets in de toetsweek: proza & poëzie
  • Proza: begrippen uit reader proza kennen en kunnen toepassen 
  • Poëzie: soorten rijm, beeldspraak & stijlfiguren en vaste dichtvormen kennen en kunnen toepassen

Slide 13 - Tekstslide