Les 8, uitspraaktekstje + oefen SO (2vwo) 18-12

Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Pak je leesboek en ga stil lezen of ga bezig met de woordzoeker (Vorige woordzoeker af? Steek je vinger op voor een nieuwe)

Stil = ook echt stil
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Pak je werkboek, aantekeningenschrift en etui.
Pak je leesboek en ga stil lezen of ga bezig met de woordzoeker (Vorige woordzoeker af? Steek je vinger op voor een nieuwe)

Stil = ook echt stil

Slide 1 - Tekstslide

Le programme:
- Absentie
- Datum uitspraaktoets Ch.2
- Oefenen uitspraaktoets
- Phrases-clés C
- Oefentoets SO

Slide 2 - Tekstslide

Est-ce que tout le monde est présent?
- Zijn we compleet? Wie missen we?

Slide 3 - Tekstslide

Maandag 15 januari = uitspraaktoets tekst 'Où est mon polo blanc'
- Hoe ziet de uitspraaktoets eruit?
- De tekst vind je op blz. 61
- In de online leeromgeving kun je bij Ch.2 onderdeel A, lire het audiofragment van deze tekst beluisteren (tip !)

Slide 4 - Tekstslide

Ouvre le livre à la page soixante-et-un

Slide 5 - Tekstslide

Oefenen uitspraaktoets
Wat? Ik lees de Franse tekst voor en jij arceert de letters die je niet uitspreekt. Kijk ook naar woorden die je moeilijk vindt om goed uit te spreken.

Tu parles --> parles

Slide 6 - Tekstslide

Phrases-clés C 

Slide 7 - Tekstslide

Zoek het juiste cijfer bij de juiste letter:
A = Qu'est-ce que vous aimez faire?
B = Tu as des frères ou des soeurs?
C = Tu as un animal?

1 = Oui, j'ai un petit frère.
2 = Oui, j'ai un chat et un poisson.
3 = On aime regarder la télé

Slide 8 - Tekstslide

Zoek het juiste cijfer bij de juiste letter:
A = Qu'est-ce que vous aimez faire?
B = Tu as des frères ou des soeurs?
C = Tu as un animal?

1 = Oui, j'ai un petit frère.
2 = Oui, j'ai un chat et un poisson.
3 = On aime regarder la télé

Slide 9 - Tekstslide

Oefentoets SO van morgen:
Wat? Je schuift je tafels uit elkaar. Ik deel de oefentoetsen uit.
Op welke manier? Je maakt de oefentoets alleen en in stilte. Heb je vragen, dan steek je je vinger op. 
Klaar? Ga leren voor de toets van morgen of ga bezig voor een ander vak.
Hulp? Heb je vragen, dan steek je je vinger op.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide