2.3 Veranderingen in de puberteit

Start van de les
- Rustige binnenkomst, direct naar je eigen tafeltje (klasopstelling).

- Check bij jezelf: jas/pet/kauwgom?

- Tablet blijft in de tas. Werkspullen pak je voor je.

- Zachtjes overleg tot timer is afgelopen. Lesstart -> aandacht naar voren.

- leesmoment (lezen theorie uit je lesboek).
Lezen basisstof 3 + verder lezen (of moeilijke basisstoffen herhalen)


timer
2:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Start van de les
- Rustige binnenkomst, direct naar je eigen tafeltje (klasopstelling).

- Check bij jezelf: jas/pet/kauwgom?

- Tablet blijft in de tas. Werkspullen pak je voor je.

- Zachtjes overleg tot timer is afgelopen. Lesstart -> aandacht naar voren.

- leesmoment (lezen theorie uit je lesboek).
Lezen basisstof 3 + verder lezen (of moeilijke basisstoffen herhalen)


timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit

Slide 2 - Tekstslide

Weet je nog?

Slide 3 - Tekstslide

Tekst
Tekst
Tekst
Te
teelbal, testis
zaadleiders
de prostaat
teelballen
zaadblaasjes
worden zaadcellen gemaakt
Opslag plaats voor zaadcellen
zorgen voor het vervoer van zaadcellen
voegt vocht toe aan de zaadcellen
voegt vocht en voedingsstoffen aan de zaadcellen toe

Slide 4 - Sleepvraag

Eileider
Eisprong
Eierstok
Eicel
Follikel 

Slide 5 - Sleepvraag

leerdoel 
- Je kunt omschrijven wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn en daarbij voorbeelden noemen.

 
- Je kunt de processen van de menstruatiecyclus in de tijd beschrijven.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken:
Aanwezig bij de geboorte:
- schaamlippen, vagina
- penis, balzak
Secundaire geslachtskenmerken: 
Ontstaan in de puberteit.
- borsten, ronde vormen
- borsthaar, baardhaar, baard in de keel

Slide 8 - Tekstslide

Secundaire geslachtskenmerken

Slide 9 - Tekstslide

Hormoonklieren
Maken testosteron
Maken
Oestrogeen
Stuurt eierstokken/
teelballen aan

Slide 10 - Tekstslide

Hypofysehormoon
Hypofysehormoon, gemaakt door de hypofyse (in de hersenen) werkt in op de teelballen en de eierstokken.
Het zorgt dat: 
  • de teelballen zaadcellen produceren.
  • de teelballen het mannelijke geslachtshormoon testosteron produceren.
  • In de eierstokken 1 x per 4 weken een follikel gaat rijpen.
  • Eierstokken het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen produceren.

Testosteron en oestrogenen zorgen er onder andere voor dat in de puberteit de ontwikkeling van de secundaire geslachtskenmerken op gang komt.

Slide 11 - Tekstslide

Verandering in de puberteit
Hoe ontwikkelen de primaire geslachtskenmerken bij het embryo?
Valt je op dat testosteron bij de ontwikkeling van de primaire geslachtsorganen een belangrijke rol speelt?

Slide 12 - Tekstslide

De eisprong (herhaling)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Menstruatiecyclus
In de puberteit komt onder invloed van vrouwelijke geslachtshormonen (oestrogeen) de eerste mentruatiecyclus op gang.

Een cyclus is een herhaling van verschillende gebeurtenissen.

De cyclus begint met de menstruatie: dag 1 in de afbeelding.

Menstruatie: de spieren in de baarmoederwand spannen zich aan en duwen daarmee het slijmvlies met daarin vele bloedvaten naar buiten door de vagina. Dit zorgt voor buikkrampen.





Slide 15 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
Na de menstruatie wordt het baarmoederslijmvlies weer opgebouwd, onder invloed van vrouwelijke geslachtshormonen (oestrogeen).
Ook gaat nu een nieuwe follikel rijpen.

+/-14 dagen na het begin van de menstruatie (halverwege dus) vindt de ovulatie (eisprong) plaats.

De cyclus duurt (gemiddeld) 28 dagen.

Kijk of je bovenstaande gebeurtenissen in de afbeelding kunt vinden.

Slide 16 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
Als de eicel niet wordt bevrucht? 
Dan wordt het baarmoederslijmvlies uiteindelijk weer afgebroken op dag 28 (gemiddeld).

Wel bevrucht?
Baarmoederslijmvlies  blijft dik (geen menstruatie).

Waarom is dat belangrijk voor de bevruchte eicel denk je?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Een vrouw bij wie de eileiders zijn afgesloten, heeft geen menstruatie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Tijdens de menstruatie bij de vrouw wordt ...

A
de onbevruchte eicel uit de eileider verwijderd
B
telkens één eicel uit één van de eierstokken verwijderd
C
de bevruchte eicel uit de baarmoeder verwijderd
D
een deel van het baarmoederslijmvlies uit de baarmoeder verwijderd

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Video

Aan de slag!
Thema 2, basisstof 3
- De lesson-up maken
- Opdrachten 1 t/m 7
- Nakijken (nakijkboek in Peppels media)

Klaar?
Top, jouw weektaak is af!
Je kunt nu gaan herhalen door samen te vatten, flashcards te maken of oefenen (quizlet) of door te gaan naar b4.



Slide 22 - Tekstslide