Taalverzorging les 6: Laatste letter -t of -d van een normaal woord
Taalverzorging les 6: Laatste letter -t of -d van een normaal woord en de ik-vorm van een werkwoord
Welkom 1 mavo.
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Laptop, boek en schrift op tafel.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1
In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Taalverzorging les 6: Laatste letter -t of -d van een normaal woord en de ik-vorm van een werkwoord
Welkom 1 mavo.
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Laptop, boek en schrift op tafel.
Stap 3: Log in bij Lessonup met je eigen naam.
Slide 1 - Tekstslide
-->
Kijk naar het plaatje.
Klopt dit?
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt woorden (geen werkwoorden) die eindigen op een -t of een -d correct spellen.
Je kunt de ik-vorm van een werkwoord correct spellen.
Ik kan woorden met de ei en ij correct spellen.
Slide 3 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Lezen
Nakijken huiswerk: Lidwoord en zelfstandig naamwoord.
Uitleg + oefenen: Laatste letter -t of -d van een woord
Uitleg + oefenen: Ik-vorm van een werkwoord
Huiswerk: opdr. 2, 3, 4 en 6 blz. 58 en 59
Oefenen met ei en ij
Slide 4 - Tekstslide
Lezen in je leesboek
timer
10:00
Slide 5 - Tekstslide
Nakijken huiswerk opdr 1.
1. de
2. de
3. het, een
4. de, het
5. X
6. de
Slide 6 - Tekstslide
Opdr. 2
1. Pieter, Leendert, voorstelling
2. Foto, Anouk, oma, muur
3. Schoolgebouw, fiets
4. Restaurant, menukaarten, tafels
5. Meneer Van Zijl, sommen, keer
6. nieuwjaarsochtend, weg, vuurwerk
Opdracht 3 staat op de volgende afbeelding
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 6 mavo+
1. weersvoorspelling = zn, regent = (z)ww
2. gaan = (z)ww, een = olw, Efteling = zn
3. volleyballers= zn, geblesseerd =(z)ww
4. het = blw, interview = zn, gegeven = (z)ww
5. plukdagen = zn, kun = (h)ww, plukken = (z)ww
6. Een =olw, trein = zn, gevallen = (z)ww
Slide 9 - Tekstslide
Bedenk voor jezelf: Wanneer schrijf je een normaal woord (geen werkwoord) met een -t of een -d?
Slide 10 - Open vraag
Wanneer moet een gewoon woord met een -d of -t?
Waarom moet brand met een -d en niet met een -t?
Wanneer moet een regulier woord met een -t of -d? Je maakt gebruik van de verlengproef: Je maakt het woord langer door er -e, -en of -ig erachter te plakken.
Voorbeeld: het dier: paard/paart. Ik maak hem langer: paarden. Dan hoor ik de -d, dan schrijf ik die ook.
Slide 11 - Tekstslide
Suus en haar vrien... zijn naar Spanje gewees.... .
A
vriend, geweesd
B
vrient, geweest
C
vriend, geweest
D
vrient, geweesd
Slide 12 - Quizvraag
Ben jij van gedachten verander...... ? (neem het woord helemaal over)
Slide 13 - Open vraag
Hoe schrijf je de ik-vorm van een werkwoord?
Slide 14 - Open vraag
De ik-vorm van een werkwoord (tegenwoordige tijd)
Stap 1: Haal -en van het werkwoord af.
Vaak heb je nu de ik-vorm van het werkwoord.
Uitzonderingen:
De ik-vorm eindigt nooit op een -v. De -v verandert in -f
De ik-vorm eindigt nooit op een -z. De -z verandert in -s
De ik-vorm eindigt nooit met twee medeklinkers: bukken --> ik buk.
Bij een lange klank voeg je een klinker toe: Praten --> ik praat.
Slide 15 - Tekstslide
Noteer de ik-vorm van het werkwoord schudden: ik ....
Slide 16 - Open vraag
Noteer de ik-vorm van het werkwoord lezen: ik ....
Slide 17 - Open vraag
Aan de slag
Wat ga je doen? Maken blz. 58+59 opdracht 2, 3, 4 en 6.
Hoe werk je: Je mag fluisterend overleggen.
Klaar: Lezen in je leesboek
Let op: Blijf ingelogd in de Lessonup
Slide 18 - Tekstslide
Ei of ij: Neem de woorden over en noteer de juiste spelling Wie mooi moet zijn moet p..n l...den
Slide 19 - Open vraag
Ei of ij: Neem de woorden over en noteer de juiste spelling: het waterp...l staat erg hoog.