* Begrijpend lezen H1, havo 3

klas H3: Begrijpend lezen NN6 
Hoofdstuk 1

Vaste tekststructuren (1) 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

klas H3: Begrijpend lezen NN6 
Hoofdstuk 1

Vaste tekststructuren (1) 

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van leesvaardigheid van vorig schooljaar?

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen:
Je kunt na deze lessen:
  • verschillende vaste tekststructuren herkennen.
  • de tekst opdelen in betekenisvolle stukken en de functie van deze stukken benoemen.

Slide 3 - Tekstslide

antwoord
argument
onderdelen
situatie nu
oplossing
verklaring(en)
voor- en nadelen
vraag
standpunt
samengesteld geheel

situatie vroeger
verschijnsel
vraag/stelling
probleem

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Video

Vaste tekststructuren
De meeste teksten hebben een inleiding, een middenstuk en een slot. Ze zijn vaak opgebouwd volgens een vaste structuur.

  • probleem-oplossingsstructuur
  • verklaringsstructuur
  • verleden-heden-(toekomst)structuur 
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 6 - Tekstslide

probleem-oplossingsstructuur
inleiding
probleem (+gevolgen)
middenstuk
gevolgen (waardoor is het een probleem? wat merk je ervan?)
oorzaken
oplossingen
slot
de beste oplossing

Slide 7 - Tekstslide

verklaringsstructuur
inleiding
middenstuk
samenvatting of conclusie
inleiding
verschijnsel
middenstuk
kenmerken / voorbeelden
verklaringen / oorzaken / redenen
slot

Slide 8 - Tekstslide

verleden-heden-(toekomst)structuur 
inleiding
middenstuk
inleiding
introductie onderwerp
middenstuk
situatie vroeger
situatie nu / ontwikkeling vroeger-nu
slot
conclusie of toekomstvoorspelling

Slide 9 - Tekstslide

De tekststructuur waarbij de inleiding begint met een probleen, het middenstuk bestaat uit gevolgen, oorzaken, oplossingen en het slot bestaat uit de beste oplossing noem je een...............................structuur
A
verklaringsstructuur
B
probleem-oplossingsstructuur
C
verleden-heden-(toekomst) structuur

Slide 10 - Quizvraag

De tekststructuur waarbij de inleiding begint met een verschijnsel, het middenstuk bestaat uit kenmerken en voorbeelden en het slot bestaat uit een samenvatting of conclusie noem je ......structuur
A
verklaringsstructuur
B
probleem-oplossingsstructuur
C
verleden-heden-(toekomst) structuur

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide