1919 - 1929: De Roaring Twenties

Van Golden Age naar Great Depression

De roaring twenties


1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Van Golden Age naar Great Depression

De roaring twenties


Slide 1 - Tekstslide

Deze week:
De USA in het interbellum: 
The Roaring Twenties
Consumptie & Kapitalisme
Isolationisme & Drooglegging

Slide 2 - Tekstslide

Vorige week:
Lenin
Stalin 
Totalitaire staat
NEP & Collectivisatie

Slide 3 - Tekstslide

Acht kenmerken totalitaire staat:

1)  Landsbelang staat boven individu
2) De leider is allesoverheersend
3) Eenpartijstelsel, geen parlementaire democratie
4) Massamedia: propaganda en
     censuur (controle op inhoud)
5) Jeugd wordt geïndoctrineerd 
     (moeten naar jeugdkampen)


6) Veel (leger)parades (militairisme)
7) IJzeren handhaving van de orde door geheime politie (terreur)
8) Onderdanen leven in permanente angst, zo oppositie uitsluiten (Goelags)


Kennen wij een hedendaags totalitair regime? 

Slide 4 - Tekstslide

lesdoelen
Je kan kan de volgende begrippen toelichten:  isolationisme, Great migration en consumptiemaatschappij. 

Je kan uitleggen wat de roaring twenties waren en wat het met zich mee bracht .

Je kan uitleggen waarom de roaring twenties ook een schaduwzijde had.

Slide 5 - Tekstslide

Oorlogseconomie
(W. Wilson)
 Isolationisme
(Warren G. Harding)

Slide 6 - Tekstslide

Er komt een tijd in de Verenigde Staten van culturele, sociale en economische vernieuwingen. Deze periode noemt men de roaring twenties.
De Roaring Twenties

Slide 7 - Tekstslide

'Any customer can have a car painted any color that he wants so long as it is black.'
Door vooruitgang in de industrie en het gebruik van de lopendeband werd het fabriceren van producten makkelijker en daarmee goedkoper. Hierdoor konden meer mensen hetzelfde product krijgen. Dit leefde erg in de VS en daarom noemen we het een consumptiemaatschappij

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

De Great migration
Veel Mensen trekken van het zuidelijke platteland naar de noordelijke steden. Dit zorgt voor de goei van de noordelijke steden.

Slide 10 - Tekstslide

Schaduwzijden
  • Door toenemend vermaak werd alcohol meer genuttigd. Dit zorgde voor sociale ellende en uiteindelijk tot de drooglegging (1920). Echter groeide de criminaliteit nog meer. 
  • Het verschil tussen arm en rijk nam toe.  Rijke mensen werden rijker en arme mensen (boeren en arbeiders) werden armer.
  • Opkomst van racisme in de VS. Voorbeelden hiervan zijn de KKK en de National Origins Act (1924). 

Slide 11 - Tekstslide

Wie zorgde ervoor dat de VS zich isoleerde van de wereld?
A
Woodrow Wilson
B
FDR
C
Warren G. Harding
D
Douglas Macarthur

Slide 12 - Quizvraag

Wat is géén kenmerk van de Roaring Twenties?
A
Jazz
B
Sport arenas
C
Consumptie
D
Jukebox

Slide 13 - Quizvraag

Wat was de Great Migration?
A
De binnenlandse migratie van Afro-Amerikanen naar noordelijke steden
B
De migratie van veel Europeanen die naar de VS trokken voor een beter bestaan
C
De migratie van veel Japanners die weg trokken van de VS terug naar Japan
D
Amerikanen die wegtrokken naar Europa om de schaduwzijde te ontkomen

Slide 14 - Quizvraag

Waardoor kon men meer producten kopen?
A
Men werd rijker door het illegaal verkopen van alcohol
B
Door massaproductie werden producten goedkoper en mensen konden gemakkelijk krediet krijgen (geld lenen voor goederen)
C
Door het overlijden van veel mensen in de oorlog word er veel geld geërfd
D
De Amerikaanse overheid gaf geld terug aan het volk ter compensatie voor de oorlog

Slide 15 - Quizvraag

Wat was de drooglegging?
A
Het leegpompen van het moeras in Florida.
B
Het weg trekken van Afro-Amerikanen naar de noordelijke steden.
C
Het verbod op alcohol.
D
Het verbod om drinkwater te gebruiken voor iets anders dan drinken.

Slide 16 - Quizvraag

Wat waren negatieve gevolgen van de Roaring Twenties?
A
Racisme, toenemende criminaliteit en groei economische kloof
B
Lokale onrust, ophoping afval en armoede
C
Racisme, ophoping afval en toenemende criminaliteit
D
Armoede, lokale onrust en racisme

Slide 17 - Quizvraag





1929: De grote Depressie

Slide 18 - Tekstslide

Roaring Twenties
  • In de VS ging het geweldig in de jaren '20. 

  • Veel mensen kochten spullen met een lening. 

  • Ook aandelen 

Slide 19 - Tekstslide


Beurskrach
'Black tuesday' 1929



  • De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurkrach'
  • De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.

Slide 20 - Tekstslide

Banken failliet
  • De overproductie in de landbouw zorgde voor een scherpe prijsdaling, boeren en banken kwamen in de problemen

  • Banken hadden veel geld uitgeleend aan bedrijven en mensen, maar door de beurskrach kregen ze dat niet meer terug

  • Mensen met aandelen verloren het vertrouwen en gingen hun aandelen snel verkopen!

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Armoede door crisis
1932:   
  • Het inkomen van de Amerikanen
     50% lager dan in 1929.
  • Waarde aandelen gedaald met
     88%!
  • 15.000.000 Amerikanen werkloos

In Europa: Vooral Engeland en Duitsland getroffen door de crisis.

Slide 23 - Tekstslide

Duitsland na de Eerste Wereldoorlog 
  • Eerste democratie in Duitsland: Republiek van Weimar (1919)

  • De herstelbetalingen zijn niet op te brengen door de regering, en de inflatie is groot.

  • De crisis van 1929 slaat in als een bom...

Slide 24 - Tekstslide

Hulp voor Duitsland

het Dawesplan


  • Door Dawesplan ging het weer beter met Duitsland.

  • Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.



Slide 25 - Tekstslide

Domein:
Vragen H5 
   §1: 2/3/4/5/6/8/9 
§2: 3/4/5/6/7/10
samenvatting §2
Bespreken PO Loopgraven

Slide 26 - Tekstslide