Fase 2 Verkoop; bezoek drogist

• Detail
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Template algemeen gebruik | Geel Roze

LoopBaanBegeleiding 

Fase 2

Verkoop'

de drogist

_{Verkoop les fase 2} 

_18-03-2024

het assortiment

Het assortiment zijn alle artikelen die de winkel aanbiedt.

Je assortiment moet goed passen bij jouw klanten. de mensen die jij in jouw winkel verwacht dat is jouw doelgroep.

We kijken naar een kort filmpje en neen je mee door het assortiment van een bouwmarkt

Wat verkopen ze allemaal in een bouwmarkt?
(Dus wat is het assortiment)

je kunt een piramide maken

#winkel

assortimentgroep;

artikelgroep;

artikelsoort;

artikelvariëteit 

Breed assortiment

Als de winkel veel verschillende assortimentsgroepen heeft.

ze hebben van deze verschillende groepen maar een paar artikelen dan is het een 

ondiep assortiment

je kunt een piramide maken

#winkel: drogist

assortimentgroep; haarverzorging

artikelgroep; shampoo

artikelsoort; cremespoeling

artikelvariëteit cremespoeling met honing

                           cremespoeling krullend haar

                    cremespoeling stijl haar

Smal assortiment

De winkel heeft weinig assortimentgroepen (bv telefoonwinkel)

ze hebben wel vaak een diepassortiment

een telefoonwinkel heeft

1. een breed assortiment
2. een smal assortiment
3. een ondiep assortiment
4. geen assortiment

een supermarkt heeft...

1. een small assortiment
2. een breed assortiment
3. een diep assortiment
4. een breed en een ondiep assortiment

een schoenenwinkel heeft

1. een smal en een ondiep assortiment
2. een smal en diep assortiment
3. een diep en breed assortiment
4. een breed en diep assortiment

kern en rand assortiment

kernassortiment is wat de klant verwacht in de winkel!

en randassortiment vult de kern aan. 

b.v snoep bij de drogist

of shampoo bij de kapper

assortimentslijst

een overzicht van alle artikelen in het assortiment

standaardartikel

randartikel

aanvullendartikel

prijsaanbieding

concurrerend artukel

impulsartikel

Je hebt anderen nodig

• Mensen zijn afhankelijk van elkaar: school, winkels, je sociale omgeving

• Omdat mensen met miljoenen samenleven én omdat we afhankelijk zijn van anderen, moeten er afspraken zijn

Gedragsregels

• Regels die je automatisch toepast en vanzelfsprekend vindt

• Zijn zelden opgeschreven

• Hebben vaak met fatsoen te maken: fatsoensregels

• Bijvoorbeeld: iemand een hand geven of opstaan in een volle bus voor iemand die slecht te been is

Welke fatsoenregels heb je bij een drogisterij?

In mijn omgeving is een winkelcentrum.

Daar zijn veel winkels.

Er is een kapper en een drogist.

Ik koop vaak nieuwe spullen.

Ik hou het meest van de kledingwinkels, want ik hou van nieuwe kleren. 

Ik betaal meestal met een pinpas.

In mijn omgeving zijn een paar winkels.

Er is alleen een bakker en een slager.

Ik koop niet vaak nieuwe spullen.

Ik hou het meest van de bakker, want ik hou van brood.

Ik betaal meestal met contant geld

In mijn omgeving is ... .

Daar zijn ... winkels.

Er is een ... en een ... .

Ik koop ... nieuwe spullen.

Ik hou het meest van ..., want ik hou van ... .

Ik betaal meestal met ... .