hoofdstuk 2 mens en aarde herhaalles 1F 13-3-2023

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Nederland
Spanje
Italië
Griekenland
Frankrijk
Egypte

Slide 2 - Sleepvraag

Wat was de hoofdstad van het Romeinse Rijk?
A
Carthago
B
Alexandrië
C
Rome
D
Athene

Slide 3 - Quizvraag

De Romeinen offerden in tempels.
Wat was de reden dat de Romeinen offerden?
A
Het was een manier van slachten.
B
Het was normaal cadeaus aan anderen te geven.
C
Ze hoopten dat de goden de mensen zouden helpen.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een ambtenaar?
A
Iemand die voor de overheid werkt
B
Iemand die alle klusjes doet
C
Mensen die heel veel dingen regelen
D
Mensen die alleen voor de regering werken

Slide 5 - Quizvraag

Het Romeinse Rijk was een....
A
Samenleving van jager-verzamelaars
B
Landbouwsamenleving
C
Landbouwstedelijke samenleving
D
Industriële samenleving

Slide 6 - Quizvraag

Politiek wat is dit?
A
alles wat te maken heeft met het Jodendom
B
alles wat te maken heeft met het christendom
C
alles wat te maken heeft het besturen van een gebied
D
een gebied met een grens eromheen.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is Romanisering?
A
Als iets heel romantisch is
B
Het overnemen van de Romeinse cultuur
C
Het overnemen van de Griekse cultuur
D
Het gebied wat de Romeinen veroverd hadden

Slide 8 - Quizvraag

Bondgenoten zijn ..
A
vrienden
B
vijanden

Slide 9 - Quizvraag

Het Romeinse rijk splitste zich in twee delen. Het Noord-Romeinse en het Zuid-Romeinse Rijk.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Waarom werden rivieren vaak gebruikt als grens voor het rijk?
A
een rivier is makkelijk te verdedigen.
B
ze konden moeilijk over de rivieren heen.
C
Dat was niet zo.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent godsdienstvrijheid?
A
Je mag niet bepalen waar je in gelooft.
B
Je mag zelf bepalen waar je in gelooft.
C
Je moet geloven in een god.

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de Thora?
A
Het heilige boek van de joden.
B
Leider van de katholieke kerk.
C
Het heilige boek de christenen.
D
Het heilige boek van de Romeinen.

Slide 14 - Quizvraag

In welk jaar werd het Christendom een staatsgodsdienst?
A
830
B
38
C
308
D
380

Slide 15 - Quizvraag

De joden geloven in...
A
Meerdere goden
B
Eén god

Slide 16 - Quizvraag

Wat was na 394 n. Chr. de staatsgodsdienst van het Romeinse rijk?
A
Het Christendom
B
Het Jodendom
C
De Romeinse Goden
D
Cthulhu

Slide 17 - Quizvraag

Hoe noem je het gebedshuis van de Joden?
A
kerk
B
moskee
C
tempel
D
synagoge

Slide 18 - Quizvraag

Wat offerde Abraham (in plaats van zijn zoon)
A
Een schaap
B
Een kat
C
Een ram
D
Een geit

Slide 19 - Quizvraag

Wat is een tempel?
A
Een gebouw waar gladiatoren gingen vechten
B
De plek waar de keizer woonde
C
Een soort badhuis bij de Romeinen
D
Een gebouw waar een god wordt vereerd

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel geboden heeft het christendom
A
5
B
7
C
10
D
20

Slide 21 - Quizvraag

Wie wordt gezien als de stichter van het Jodendom?
A
Isaak
B
Abraham
C
Sara
D
Jozef

Slide 22 - Quizvraag

Wat betekent godsdienstvrijheid?
A
Alleen het christelijke geloof is toegestaan.
B
Alleen het Romeinse geloof is toegestaan.
C
Geen enkel geloof is toegestaan.
D
Alle geloven zijn toegestaan.

Slide 23 - Quizvraag

De paus is
A
het heilige boek van de christenen
B
de hoogste priester van de christelijke kerk en de bisschop van Rome
C
de organisatie van christenen
D
de stenen tafel waarbij gelovigen bidden en offeren

Slide 24 - Quizvraag

Waarom werd het Romeinse Rijk verdeeld in 2 delen het oosten en het westen?
A
Omdat er ruzie was.
B
Omdat de keizer lui was.
C
Het rijk was te groot om alleen te besturen.

Slide 25 - Quizvraag

Wat hoort bij welk geloof?
christendom
islam
beide
Mohammed
Geloof in één god
kerk
moskee
Mekka
Bijbel
Jezus
Koran

Slide 26 - Sleepvraag

Welk heilig boek hoort bij welk geloof?

Sleep het heilige boek naar het juiste geloof.
het jodendom

de islam



het christendom

de Koran
de Bijbel
de Thora

Slide 27 - Sleepvraag

De val van het Romeinse rijk had verschillende oorzaken 
en gevolgen. Sleep de oorzaken en gevolgen bij elkaar.
Ontstaan nieuwe koninkrijken.
OORZAKEN
GEVOLGEN
Romeinse wegen verdwijnen
Volksverhuizingen
Zwak leger
Steden verdwijnen
Weinig internationale handel
Splitsing van het Romeinse rijk
Minder geschreven bronnen

Slide 28 - Sleepvraag

Slide 29 - Tekstslide

Waaruit bestaat de aardkern?
A
Nikkel
B
Staal
C
IJzer
D
Zink

Slide 30 - Quizvraag

Wat is het verschil met aardbevingen in de wereld en aardbevingen in Groningen?
A
Er is geen verschil
B
In Groningen ontstaan aardbevingen door gaswinning
C
Onder Groningen verschuiven aardplaten

Slide 31 - Quizvraag

Wat is een epicentrum?
A
Hier kan je schuilen voor een aardbeving.
B
De plek waar de aardbeving ontstaat.
C
De plek waar de aardbeving naar boven komt.
D
Een druk centrum in een stad.

Slide 32 - Quizvraag

Wat is de schaal van Richter?
A
begrip dat aangeeft hoeveel steen gesmolten is.
B
los stuk had steen
C
de kracht om een aardbeving aan te geven
D
trilling die ontstaat bij plotselinge verschuiving van de aarde.

Slide 33 - Quizvraag

Een aardbeving van 5,0 is zwaarder dan een aardbeving van 8,5.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Wat is geen onderdeel van de opbouw van de aarde?
A
Mantel
B
Aardkorst
C
Aardkern
D
Atmosfeer

Slide 35 - Quizvraag

Weinig risico op aardbevingen
Weinig risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen
Veel risico op aardbevingen

Slide 36 - Sleepvraag

Hier ontstaat een bergrug onder water.
Hier ontstaan zware aardbevingen..
Hier ontstaan hoge bergen.
Hier ontstaan explosieve vulkanen.

Slide 37 - Sleepvraag

Slide 38 - Tekstslide

Is magma eerst lava? Of is lava eerst magma?
A
Magma is eerst lava
B
Lava is eerst magma

Slide 39 - Quizvraag

Een dode vulkaan is een vulkaan dat...
A
in de zee ligt
B
nooit meer gaat uitbarsten
C
op een kerkhof ligt
D
binnenkort weer gaat uitbarsten

Slide 40 - Quizvraag

Is dit lava of magma?
A
lava
B
magma

Slide 41 - Quizvraag

Bij welk nummer is de kraterpijp? (bron 34, p79)
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 42 - Quizvraag

Wat is magma?
A
magma dat buiten de aardkorst is gekomen
B
gat in de aardkorst waardoor de lava naar buiten komt
C
pijp in een vulkaan waardoor de lava naar buiten komt
D
vloeibaar gesteente in de aardmantel

Slide 43 - Quizvraag

Wat komt er uit een vulkaan bij een vulkaanuitbarsting?
A
As, lava en giftige stoffen
B
Stenen, grind en zand
C
Lava, magma en radioactiviteit
D
Lava, as en magma

Slide 44 - Quizvraag

Vulkaan
Aardbeving
Vulkaan
Aardbeving

Slide 45 - Sleepvraag

Dode vulkaan
Slapende vulkaan
Actieve vulkaan

Slide 46 - Sleepvraag

timer
0:50
Geen bevingen, wel vulkanen
Hevige beving, veel vulkanen
Hevige beving, geen vulkanen

Slide 47 - Sleepvraag